No. 17374.
NE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 17 decem
ber 1964 (bijlage no. 401)»
BESLUIT:
vast te stellen de volgende
VERORDENING tot wijziging van de Verplaat
singskostenverordening.
Artikel I.
Tussen de artikelen 4 en 5 wordt een nieuw artikel 4a ingevoegd,
luidende
1. Aan een belanghebbende, bedoeld in de artikelen 2 en 3> kan ingeval
naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders voor hem geen pas
sende huurwoning in de gemeente beschikbaar is en binnen afzienbare
tijd ook niet beschikbaar zal komen, bij het betrekken van een door
hem gekochte woning in of nabij de gemeente, naast de verhuiskos
tenvergoeding, een tegemoetkoming in de volgende kosten worden
verleend:
a. 80^ van de som van de kosten van de koopakte (notariskosten) en
de registratiekosten (fiscale heffing);
b. 40$ van de makelaarscourtage.
2. De in het eerste lid bedoelde tegemoetkoming kan slechts worden
verleend, indien de belanghebbende schriftelijk heeft verklaard,
dat hij de ontvangen vergoeding zal terugbetalen ingeval hij op
verzoek of tengevolge van aan hem zelf te wijten feiten of omstan
digheden wordt ontslagen, tenzij dit geschiedt twee jaren of langer
na de verplaatsing of na de indiensttreding, en één jaar of langer
na de verhuizing. Overgang zonder onderbreking naar een andere
tak van dienst van dezelfde Gemeente of naar een van haar bedrij
ven of instellingen wordt niet als ontslag op verzoek beschouwd.
Artikel II.
Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 1965-
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Uitkering-ineens i.v.m. nacalculatie "trend" 1964
Bijlage no. 402. Leeuwarden, 17 december 1964-
Aan de Gemeenteraad.
In verband met de algemene salarisverhoging van ^0c/o per 1 januari
1964 voor het overheidspersoneel heeft Uw Raad in de vergadering van 23
april 1964» no. 5198a, een overeenkomstig besluit genomen. Inmiddels is
evenwel gebleken, dat genoemde procentuele verhoging is achtergebleven
bij de loonontwikkeling in het bedrijfsleven. Over het gehele jaar 1964
gerekend bedraagt deze achterstand 3 >5^ van het reeds met 10c/o verhoogde
salaris. In verband hiermede heeft de Regering besloten het rijkspersoneel
over het jaar 1964 aanmerking te brengen voor een uitkering van deze
grootte. De Minister van Binnenlandse Zaken heeft ons verzocht t.b.v. het
daarvoor in aanmerking komende gemeentepersoneel het treffen van een
zelfde voorziening te bevorderen. Op voet van de Rijksrichtlijnen, opgeno
men in de circulaire van 1 september 1964no. AB 64/U 1670, van de
Minister van Binnenlandse Zaken aan zijn ambtgenoten, heeft de bedoelde
uitkering bereids bij wijze van voorschot aan het daarvoor in aanmerking
komende gemeentepersoneel plaats gehad.
Voor het rijkspersoneel is de uitkering-ineens nog niet definitief ge
regeld. Naar onze mening kan voor het gemeentepersoneel echter zonder be
zwaar tot definitieve regeling worden overgegaan. Wij hebben hiertoe een
verordening ontworpen, waarbij aan de daarvoor in aanmerking komende
ambtenaren in vaste en tijdelijke dienst, ingedeeld in de bijlagen van de
Bezoldigingsverordening 1960aanspraak op de uitkering-ineens wordt toe
gekend met inachtneming van de voor het burgerlijk rijkspersoneel geldende
ministeriële richtlijnen. Deze verordening kan dan ook worden toegepast
op de daarvoor in aanmerking komende werknemers in de zin van de Arbeids
overeenkomstenverordening, wier loon is vastgesteld met toepassing van het
bepaalde in artikel 11 van die verordening. Het ontwerp van de opgestelde
verordening is hierna afgedrukt.
Onder mededeling, dat de in het Centraal Orgaan vertegenwoordigde
organisaties van overheidspersoneel overeenkomstige toepassing van de
rijksrichtlijnen t.a.v. de nacalculatie 1964 aanbevelen, zodat plaatselijk
overleg daaromtrent achterwege kan worden gelaten, stellen wij Uw Raad voor
te besluiten tot vaststelling van eerdergenoemd ontwerp.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. van der Meulen Burgemeester.
de Jong Secretaris.