Bijlage XX Tekst artikelen Gemeentewet Oud Art. 60. De Raad kan vaste commissiën zijner leden belasten met de voorbereiding van hetgeen, waar over hij heeft te besluiten. Hij benoemt er de voor zitters en leden van. De Burgemeester kan, ook in dien hij niet lid van de Raad is, tot voorzitter van deze commissiën worden benoemd, ue Raad regelt de zittingsduur van de voorzitter en de leden, met dien verstande, dat deze niet langer mag zijn dan die der leden van de zittende Raad. De Raad kan insgelijks, doch.alleen op voor dracht van Burgemeester en Wethouders, aan vaste commissiën zijnor leden opdragen, Burgemeester en Wethouders in het beheer van bepaalde takken van de huishouding der Gemeente bij te staan. Van deze laatste commissiën is een der leden 'van het College van Burgemeester en Wethouders, door dit College uit zijn midden aangewezen, voor zitter. De Raad regelt de zittingsduur der leden, met dien verstande, dat deze niet langer mag zijn, dan die der leden van de zittende Raad. De voorzitter van een commissie, als bedoeld in dit artikel, heeft daarin stem. Dit is niet het geval, indien de Burgemeester, niet lid van de Raad zijnde, voorzitter is. Art. 61. Een plaatselijke verordening, aan Gedepu teerde Staten mede te delen, regelt de werkkring dier vaste commissiën. Art. 62. Elke commissie dient de Raad, Burgemees ter en Wethouders en de Burgemeester over de tot haar werkkring behorende zaken van bericht en raad. Art. 65. De regelen voor het benoemen van andere, commissiën van raadsleden, tot uitvoering van een bijzondere last, worden bij het reglement van orde voor de vergadering van de Raad gesteld. betreffende commissiën. N ieuw Art. 61. 1. De Raad kan commissies instellen a. met het oog op de behartiging van bepaalde belangen; b. met het oog op de behartiging van de belangen van een deel van de Gemeente hetwelk daarvoor hetzij door zijn ligging, hetzij door zijn karakter in aanmerking komt. 2. Hij regelt de bevoegdheden en de samenstelling. Art. 62. 1. Commissies van advies uitsluitend aan Burge meester en Wethouders of aan de Burgemeester worden door Burgemeester en Wethouders, onderscheidenlijk de Burge meester ingesteld. 2. De instelling van vaste commissies van advies en bij stand aan Burgemeester en Wethouders en de regeling van haar bevoegdheden en samenstelling geschieden door de Raad op voorstel van Burgemeester en v/ethouders. Art. 63. 1De Raad kan aan een commissie als bedoeld in artikel 61 bevoegdheden van de Raad en van Burgemeester en Wethouders toekennen, met uitzondering van de bevoegd heid tot a. het vaststellen van de plaatselijke begroting en van afzonderlijke begrotingen als bedoeld in artikel 253; b. het voorlopig vaststellen van rekeningen als bedoeld in de artikelen 257 en 265; c. het vaststellen van verordeningen, door strafbepaling of politiedwang te handhaven; d. het heffen van andere belastingen dan die, genoemd in artikel 275» 2. Bevoegdheden van Burgemeester en Wethouders kunnen niet dan op voorstel van dit College worden toegekend. 3« Indien de in de aanhef van het eerste lid bedoelde be voegdheden zijn toegekend aan een commissie, als bedoeld in artikel 61eerste lid, onder a, wordt tenminste één lid der commissie gekozen uit de leden van de Gemeenteraad. Art. 64. 1. Indien aan een commissie andere dan adviserende bevoegdheden worden toegekend, regelt de Raad, voorzover

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1965 | | pagina 165