- 14 - Ten aanzien van de stadsgrachten mag nogmaals worden gesteld, dat uit een verkeersoogpunt essentieel wordt geacht de vervanging van enkele be weegbare bruggen door vaste oeververbindingen. Dit heeft tot gevolg dat de scheepvaart ter plaatse onmogelijk wordt. Demping biedt daarnaast de mogelijkheid ojn de parkeergelegenheid te vergroten en daardoor grotere kantoren een gunstige ligging te bieden aan de rand van, maar niet in de oude stad. Adressajnt keert zich tegen demping van Zuider- en Oostergracht en voert als argument o.m. aan, dat het niet nodig is aan de zuidelijke zijde van het wegenvierkant een dubbele weg te maken. Het binnenstadsplan gaat echter, anders dan adressant, die de zuidelijkeinvalsweg verwerpt of althans verschuift, er van uit, dat de nieuwe toegangsweg uit het zuiden de belangrijkste van alle toegangswegen naar de binnenstad zal zijn en dat derhalve de eerste daarop aansluitende gedeelten van de binnenring, d.w.z. in noordelijke en in westelijke richting, de zwaarst belaste delen van de ring zullen worden. Voor die gedeelten moet een dubbele rijbaan niet over dreven geacht worden. Naar aanleiding van een daarop betrekking hebbende opmerking zij medegedeeld, dat de rooilijncorrecties aan de Zuidergrachts- wal niet betekenen, dat alle woningen noodzakelijk op korte termijn worden afgebroken. Ter handhaving van de Vrouwenpoortsbrug wil de heer Hepkema de noord tangent van de wegenvierhoek schuin over het Oldehoofsterkerkhof leiden, dwars door het blok tussen Torenstraat en Westerplantage, dat z.i. toch al beter kan verdwijnen. Het voordeel van deze oplossing zou zijn, dat de Oldehove en het Troelstrabeeld binnen de Prinsentuin zouden komen te staan. De Provinciale Bibliotheek zou naar de Eebuurt moeten verhuizen. Het is U echter bekend, dat het gebouw van de Provinciale Bibliotheek reeds in aanbouw is. In de gedachtengang van adressant blijft van het door deze gepropageerde "Oldehoveplein" niet veel over. Naar onze mening heeft Leeuwarden meer belang bij een stedelijk plein met culturele gebouwen, waaronder de Provinciale Bibliotheek, dan aan een vergroting van de Prinsentuin, waar de Oldehove als stedelijk element, ontdaan van zijn achtergrond, als verdwaald in zou staan. Het Stadhuis. In het adres worden een aantal bezwaren opgesomd tegen uitbreiding van het Stadhuis ter plaatse (afbraak van een aantal panden, afgrendeling St. Jacobsstraatgeen nauwere band tussen Stadhuis er city). Het voor naamste bezwaar noemt de heer Hepkema "dat na voltooiing van de voorgeno men uitbreiding verdere expansie in de toekomst onmogelijk is, tenzij men zolang doorgaat met nieuwe vleugels achter de voorgaande te plaatsen totdat de gehele binnenstad als door een Chinese muur in tweeën gedeeld is." Indien dit inderdaad het geval zou zijn, dan zou voor verplaatsing van het Stadhuis inderdaad veel te zeggen zijn. Wij verwachten een derge lijke "Chinese" expansie echter niet. De zuidelijke invalsweg. De noodzaak van een interlokale toevoerweg uit het zuiden wordt door adressant in twijfel getrokken en de aansluiting aan de Oosterkade-Ooster- grachtswal acht hij verkeerstechnisch in elk geval onjuist. Hij stelt als alternatief een weg in het verlengde van Bleeklaan, Alma Tademastraat, over het Nieuwe Kanaal, via Emmaplein, door het blok tussen Spoorstraat en Achter de Hoven, langs de Coöp. Veiling en tenslotte uitkomende op de Aldlansdyk Adressant acht de geprojecteerde invalsweg bovendien ten dele een doublure van de Verlengde Schrans en ten dele onnodig, omdat een verbre ding van het Kerkepad en een tunnel ter plaatse van de overweg Achter de Hoven evengoed in de lokale behoeften zou voorzien. Vooreerst is de noodzaak van een betere zuidelijke invalsweg o.i. on- bestrijdbaarDe door de heer Hepkema voorgestelde variant eist ingrijpende slopingen en is onlogisch. Een interlokale toevoerweg zal niet in een woon wijk moeten uitkomen, maar op een verdeelweg tangenten-vierhoek) die - op de grens van stadscentrum en woonwijken gelegen - het centrum van alle zij den toegankelijk maakt. De invalsweg is eveneens bedoeld voor het autover keer uit de zuidelijke woonwijken naar de stad. Voor het langzame verkeer wordt de overweg Schrans aanmerkelijk verruimd. De door adressant voorgestelde U-vormige tunnel ter hoogte van de overweg Schrans, welke een verlegging van de spoorweg zou betekenen, onderschat de verkeersproblemen in een nabije toekomst en zou de toegang - zowel van de zuidelijke woonwijken als van centraal Friesland - nauwe lijks uitnodigender en attractievermaken dan vandaag het geval is. Boven dien is deze oplossing technisch zeer moeilijk, om niet te zeggen onuit voerbaar. aailand-Ruiterskwartier Aan adressants kritiek op de voormalige zuidelijke tangent van het wegenvierkant is door de verschuiving ervan de grond komen te ontvallen. Uit het bovenstaande zal U duidelijk zijn geworden, dat wij de door adressant voorgestelde variant op het binnenstadsplan niet in zijn geheel kunnen aanvaarden. E. Adres van de heer H. Jellema. In het door Uw lid de heer II. Jellema, ingediende voorstel is de zuidelijke tangent van het wegenvierkant verschoven naar de Lange Markt straat-Stationsweg. Wij menen, dat door de verplaatsing van deze tangent naar de Willemskade en door verdubbeling van de West-tangent (Westersingel en Westerplantage) aan het bezwaar van adressant wordt tegemoet gekomen. Na de verbreding van de Lange Marktstraat behoeven geen bijzondere voor zieningen te worden getroffen om de door de heer Jellema uitgestippelde route van de nieuwe Verlaatsbrug naar de Schrans, welke ook wij zeer aan trekkelijk achten om het niet op de binnenstad gerichte verkeer van de binnenstadsring af te houden, voor het verkeer toegankelijk te maken. Aan de wens tot behoud van de Ooster- en Zuidergracht wordt in het alternatief eveneens tegemoet gekomen, zij het zonder afbraak van de be bouwing langs de Oosterkade. De variant, die door de meerderheid in ons College wordt geaccepteerd en aan Uw Raad wordt aanbevolen, voorziet in demping van de Zuiderstadsgracht Wij menen, dat zowel het Huis van Bewaring als de Strafganvangenis t.z.t. uit de binnenstad zullen moeten verdwijnen. De door de heer Jellema gedachte verlenging van de Oosterkade valt vrijwel samen met de westelijke helft van de zuidelijke invalsweg in het alternatief. Alleen zal de aansluiting van de verbinding Achter de Hoven - Tulpenburg - Klanderijstraat op deze weg i.v.m. de hoogte-verschillen door de spoorweg onderdoorgang bijzonder moeilijk te realiseren zijn. Aan de suggestie voor parkeerruimten zal zeker de nodige aandacht worden besteed. Aan de wens de verbreding van Weerd en Oude Lombardsteeg niet te doen plaats vinden is tegemoet gekomen. Verbreding van de Nieuweweg en verbetering van de situatie bij het Blokhuisplein staat op het programma, evenals de aanleg van een weg ter plaatse van het fietspad langs de gracht voor de Beurs. Zoals uit het vorenstaande al blijkt is aan nagenoeg alle verlangens van de heer Jellema voldaan door indiening van het huidige alternatief. FAdres van de Leeuwarder Middenstadsraad. De Leeuwarder Middenstadsraad heeft niet - zoals de meeste voorafgaande adressanten - een eigen alternatief ingediend. Hij heeft waardering voor het voorgestelde plan en slechts enige aanmerkingen t.o.v. bepaalde onder delen Zo wenst de Raad meer aandacht voor het parkeerprobleem en stelt daarom voor de Zuidergracht geheel te dempen. Uw Raad zal hieromtrent een beslissing dienen te nemen n.a.v. de ingediende variant op het alternatief. Demping is echter niet noodzakelijk voor het behoud van Hotel Amicitia en Café-restaurant De Beurs. Aan het bezwaar tegen frontverbreking van de Nieuwestad door verbreding van de Oude Lombardsteeg is in het alternatief tegemoet gekomen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1965 | | pagina 175