- 3 - 5,3 5,41 - 2 - nog niet hebben bereikt. Rekening dient te worden gehouden met het feit, dat de stedebouw in de loop der jaren een ontwikkeling heeft doorgemaakt en dat de verschillende stadswijken het stempel dragen van de tijd, waarin zij tot stand zijn gekomen. Verscheidene erfpachtspercelen zijn gelegen aan straten zonder trottoirs, aan zeer smalle straten'of in wijken met verouderde bebouwing, die als woonstand minder gewild zijn. Andere erf pachtspercelen zijn veel gunstiger gelegen. Bij het opnieuw vaststellen vat de grondwaarden zal met deze omstandigheden rekening moeten worden gehou den, waardoor aan een differentiatie in de nieuwe grondprijzen niet valt te ontkomen. Uiteraard vertonen ook de grondwaarden, zoals die bij de uitgiften in erfpacht zijn vastgesteld, een vergaande differentiatie die echter een geheel andere is dan wij voor deze percelen voor de toekomst voorstaan, rekening houdende met de thans geldende omstandigheden. De gevarieerdheid in de oorspronkelijke uitgifteprijzen maakt het onmogelijk een zodanige verhogingsschaal te construeren, dat alle grondwaarden van in een bepaald tijdvak in erfpacht uitgegeven percelen zouden kunnen worden verhoogd met een vast percentage, afhankelijk van de ouderdom van het gevestigde erf- pachtsrecht. De thans reeds bestaande verschillen in grondwaarden zouden daardoor nog worden vergroot. Wij zijn dan ook tot de conclusie gekomen, dat het meest bevredigende resultaat wordt verkregen door de erfpachtspercelen straatsgewijze te groeperen in prijsklassen met intervallen van 2,-- per m2, waarbij ieden prijsklasse de meer of minder gunstige ligging van het perceel, en de wijk waarin het perceel is gelegen, tot uitdrukking brengt, mede gelet op de toestand van de straten, het al of niet aanwezig zijn van trottoirs, enz. Bij deze indeling hebben wij een minimum-grondwaarde aangehouden van 10,-- per m2overeenkomende met de minimum-prijs die de Gemeente be taalt bij de verwerving van terreintjes gelegen in saneringsgeoieden. Als maximum-grondwaarde hebben wij aangehouden een bedrag van 36,-- per m2 voor erfpachtspercelen gelegen aan de Harlingerstraatweg en enkele andere straten. Indien Uw Raad zich met onze zienswijze kan verenigen wordt de totale grondwaarde van de bij de herziening betrokken percelen 13327561 dat is gemiddeld 21,40 per m2De jaarlijkse opbrengst wegens erfpachts canons stijgt dan met een bedrag van rond 443*000,--. Wij stellen U voorts voor om ter vereenvoudiging 'van de jaarlijkse administratieve werk zaamheden de berekende erfpachtscanons naar beneden af te ronden op een bedrag van één gulden. In de becijferingen, die aan laatstgenoemde bedragen ten grondslag liggen is geen rekening gehouden met de omstandigheid, dat niet bij alle erfpachtsuitgiften het zelfde canonpercentage is overeengekomen. In de jaren tot 1920 gaf de gemeente Leeuwarden terreinen in erfpacht uit, waarbij de erfpachtscanon werd berekend naar aanvankelijk 4later naar 4-1$ van de grondwaarde. In de "Bepalingen betreffende de uitgifte van bouwterreinen, gelegen tussen Oostersingel en Cambuursterpad en toebeho rende aan de gemeente Leeuwarden is het canonpercentage gesteld op 6$. In 1953 en latere jaren is hiervan afgeweken _in dier /oege dat canonper centages zijn gehanteerd van 4"ë> 5, 5i en 5g$. In de periode dat de ge meente Leeuwarden de erfpachtscanons berekende naar 6$ van de grondwaarde, deed de gemeente Leeuwarderadeel zulks naar 5van de grondwaarde. Momen teel wordt bij erfpachtsuitgifte de canon weer berekend naar 5-g$. Wanneer de grondwaarden van vergelijkbare percelen bij de herziening op eenzelfde bedrag per m2 worden vastgesteld, heeft het gebruik van ver schillende canonpercentages tot gevolg dat de door de erfpachters te be talen canons niet aan elkaar gelijk zijn. Bij het beraad in ons College eï ook bij de behandeling van deze materie in de Financiële Commissie is de vraag gerezen, of de grondwaarden niet zodanig kunnen worden vastgesteld, dat de te betalen erfpachtscanons per m2 terreinoppervlakte voor gelijk waardige percelen aan elkaar gelijk zijn. Wij zijn als College tot da conclusie gekomen dat een dergelijke handelwijze niet gerechtvaardigd kan worden. De door de erfpachters te betalen canons is het product van twee factoren, n.l. de grondwaarde en het canonpercentage. In de erfpachtsbe palingen heeft de Gemeente zich alleen het recht voorbehouden de factor grondwaarde opnieuw vast te stellen. Het zou tegenover degenen die con tractueel een voordeel genieten in de vorm van een laag canonpercentage niet juist en waarschijnlijk rechtens ook niet mogelijk zijn dit voordeel teniet te doen door in die gevallen de grondwaarde extra te verhogen. Voorts is door ons onder ogen gezien de vraag, of het voor de Gemeente aanvaardbaar zou zijn in de gevallen, waarin de erfpachtscanon wordt be rekend naar 6$, tegelijk met het opnieuw vaststellen van de grondwaarden, het canonpercentage te verlagen tot 5"|", zijnde het percentage dat de Gemeente thans bedingt bij nieuwe uitgiften in erfpacht. Een minderneid in ons College is van mening, dat de Gemeente hiertoe wel kan overgaan. De lastenverzwaring voor degenen, die thans een erfpachtscanon betalen be rekend naar 6van de grondwaarde, zou daardoor enigszins worden getemperd en meer in overeenstemming worden gebracht met die van de overige erf pachters. De meerderheid van ons College staat echter op het standpunt, dat het financiële belang der Gemeente zich verzet tegen het onverplicht verlenen van een tegemoetkoming aan het deel van de erfpachters, dat bij het aangaan van de erfpachtsovereenkomsten iets zwaardere verplichtingen heeft aanvaard dan anderen, die onder iets gunstiger omstandigheden hebben kunnen contracteren. Uitsluitend ter bescherming van de belangen van de erfpachters worden de erfpachtsovereenkomsten aangegaan voor een lange periode soms wel van 60 tot 75 jaar. Inhaerent aan de langlopende overeen komst is, dat beide partijen daarmee goede en kwade kansen aanvaarden. Bij het erfpachtstelsel aanvaardt de Gemeente in het bijzonder risico ten aanzien van de financiering. Voor de financiering van erfpachtsgronden moet de Gemeente leningen aangaan, waarvan de gemiddelde looptijd 15 tot 20 jaar bedraagt. In de periode, dat de Gemeente zich contractueel tegen over de erfpachter heeft verbonden op een bij het aangaan van de overeen komst aanvaardbaar canonpercentage, moet de Gemeente 3 tot 5 maal haar financieringsmiddelen (tengevolge van aflossingsverplichtingen) vervangen, waarbij de situatie op de kapitaalmarkt beslissend is voor de vraag, of de Gemeente er in slaagt op ongeveer dezelfde voorwaarden te lenen als voorheen. Dat dit lang niet altijd het geval is, is in de laatste jaren overduidelijk gebleken. De totale financiering van alle erfpachtspercelen (dus inclusief de percelen, die thans niet bij de herziening zijn betrokken) vertoont h_;t volgende beeld: Grondwaarde Toestand per 1 januari 1965 Voorgestelde verhoging 10.535*400,— 7.967*600,-- 18.503*000,-- Indien het canonpercentage wordt verlaagd van 6 tot 5-g-, daalt de canonopbrengst met rond Canonopbrengst 559*000,-- 443*000,-- 1.002.000,-- 40.700,-- Resultaat wordt dan 18.503.000,-- 96I.3OO,— 5,2 Hierbij zij opgemerkt, dat van de thans bij de herziening betrokken per celen rond 60$ een erfpachtscanon betaalt, berekend naar 6$ van de grond waarde, zodat, wanneer het canonpercentage ongewijzigd blijft, de gemiddel de opbrengst iets stijgt, n.l. van 5,3 naar 54^$> terwi jlwanneer het canonpercentage van 6 wordt teruggebracht naar 5d-e gemiddelde opbrengst iets daalt, n.l. van 5,3 "tot 5,2$. Het is gebruikelijk, dat de Gemeente in het canonpercentage een half procent verdisconteert als vergoeding voor beheers- en administratiekosten van de erfpachtsgronden. Momenteel ligt de rentevoet op de kapitaalmarkt zelfs boven het canonpercentage, dat bij nieuwe erfpachtsuitgiften in rekening wordt gebracht. De rente, die de Gemeente echter gemiddeld be taalt over oude en nieuwe leningen tezamen, (het omslagpercentage van de

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1965 | | pagina 252