No. 17967.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 7 janu
ari 1965 (bijlage no. 2);
BESLUIT
van de Stichting Bedrijfspensioenfonds voor de Bouwnijverheid, geves
tigd te Amsterdam, aan te kopen de op de bij dit besluit behorende
tekening roodomlijnde perceelsgedeelten, met een gezamenlijke opper
vlakte van plm. 8650 m2, deel uitmakende van de percelen, kadastraal
bekend gemeente Huizum, sectie E, nos. 546 en 548 voor een prijs van
in totaal 1,-- en voorts onder de volgende bedingen:
1 de grond v/ordt overgedragen met alles wat daarop of daarin aanwezig
is en met alle daarop rustende erfdienstbaarheden en lasten en
daaraan verbonden rechten, doch vrij van huur en hypotheek;
2. de levering geschiedt op de dag van het verlijden van de akte van
overdracht
3. van de onder 2 bedoelde datum af komen alle zakelijke lasten en be
lastingen, welke van de over te dragen perceelsgedeelten geheven
worden, voor rekening van de gemeente Leeuwarden;
4. de verkoopster is tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die
wegens uitwinning;
5. partijen doen afstand van het recht tot het vragen van ontbinding,
als bedoeld in de artikelen 1302 en 1303 van het Burgerlijk "wetboek
6. de kosten van overdracht komen voor rekening van de gemeente
Leeuwarden.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Scholenbouw in het Ielan.
Bijlage no. 3. Leeuwarden, 7 januari 1965
Aan de Gemeenteraad.
Zoals Uw Raad bekend is, heeft het Ne(}eriands Economisch Instituut
ten aanzien van verschillende wijken van het stedelijk deel dezer gemeente
onderzoeken ingesteld naar de toekomstige behoefte aan lokaalruimte voor
het kleuteronderwijs en het gewoon lager onderwijs. De hierop betrekking
hebbende rapporten zijn indertijd aan de leden van Uw College ter kennis
neming toegezonden.
Een dergelijk onderzoek is ook ingesteld met betrekking tot de stads
uitbreiding, die in het plan Ielan (onderdelen Bilgaard en Lekkumerend)
zal worden gerealiseerd. Zoals U uit de uitgebrachte rapporten kan blijken,
komt het N.E.I. op grond van de verzamelde gegevens tot een minimum
raming en een maximum-raming van de lokalenbehoefte, voorzover het gewoon
lager onderwijs betreft bovendien nog gevarieerd naar het al dan niet vol
ledig invoeren van de verlaging van de leerlingenschael
Hoewel de werkelijkheid ongetwijfeld min of meer belangrijke afwij
kingen van de opgestelde prognoses te zien zal geven, bieden deze toch
naar ons oordeel een bruikbaar uitgangspunt voor het bepalen van het be
leid ten aanzien van de scholenbouw in het Ielan. Wanneer er bovendien
rekening mee wordt gehouden, dat de scholenvoorziening niet kan zijn
afgestemd op het maximum-aantal kinderen, dat op een bepaald moment in
een nieuwe wijk mag worden verwacht, dat, zij het in beperkte mate, een
aantal leerlingen zal kunnen worden opgevangen door scholen in andere
stadsdelen en dat zonodig aan meer kinderen onderdak zal kunnen worden
verschaft, hetzij door provisorische maatregelen, hetzij door voor korte
tijd genoegen te nemen met een iets hogere leerlingenschaalis het naar
ons oordeel mogelijk om tot een verantwoorde bepaling van het aantal te
stichten schoollokalen te komen. V/ij menen, dat, voorzover het gewoon
lager onderwijs betreft, rekening ware te houden met een benodigd aantal
van 72 lokalen en voor het kleuteronderwijs met een aantal van 24
lokalen.
Nu de uitvoering van het uitbreidingsplan Ielan op gang is gekomen
en dit plan waarschijnlijk binnen de eerstkomende vijf tot tien jaren zal
worden gerealiseerd, is het noodzakelijk geworden ook met de scholenbouw
in dit gebied op korte termijn een aanvang te maken. In het komende tijd
vak zullen hier dus ongeveer 12 scholen voor gewoon lager onderwijs en 6 a
8 kleuterscholen moeten worden gebouwd. De ervaring leert, dat in nieuwe
stadswijken de scholenbouw door allerlei oorzaken vaak in een oe traag
tempo plaatsvindt en geen gelijke tred houdt met het gereedkomen van
woningen. Het behoeft geen betoog, dat hierdoor vaak voor het onderwijs
ernstige moeilijkheden ontstaan en wij hebben ons daarom beraden op de
mogelijkheden om een zo snel mogelijke totstandkoming van scholen in het
Ielan te bevorderen.
De bouw van scholen voor kleuteronderwijs en gewoon lager onderwijs
is in verschillende opzichten afhankelijk van het beleid, dat de rijks
overheid op dit terrein voert en van beslissingen van rijksinstanties, s>o
is voor de bouw van een school in de eerste plaats nodig een door de
Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen af te geven zgn. urgentie
verklaring. Met name voor het kleuteronderwijs worden deze verklaringen
slechts in zeer beperkte mate afgegeven. Nadat een urgentieverklaring is
verkregen dienen de bouwplannen ter beoordeling te woeden voorgelegd
aan de onderwijsinspectie en de bouwkundig hoofdinspectie. Ook hiermee
is uiteraard de nodige tijd gemoeid. Tenslotte kan eerst met de bouw een
aanvang worden gemaakt, nadat hiervoor uen rijksgoedxeuring is afgegeven;
voor het verkrijgen van een zodanige goedkeuring diens tnans met een