- 9 - 1e. Grond, ivaarop scholen voor kleuteronderwijs, gewoon lager onderwijs, voortgezet gewoon lager onderwijs, uitgebreid lager onderwijs en buitengewoon lager onderwijs door instel lingen voor bijzonder onderwijs worden gesticht, moet ingevolge de Y/et aan die instellingen in eigendom worden overgedragen. Zodra de instelling heeft opgehouden het gebouw overeenkomstig zijn bestemming tè gebruiken gaat hot echter, eveneens inge volge de Vet, met de grond van rechtswege weer in eigendom aan de gemeente over. 2e. Vroeger werd grond, waarop een woningbouwcorporatie een complex woningwetwoningen ging stichten, in onze gemeen te in erfpacht uitgegeven. Later is hiervan om financiële redenen afgestapt. Bij uitgifte in erfpacht was het namelijk niet mogelijk een rijksbijdrage in de kosten van afschrijving van de grond (in 75 jaar) te verkrijgen, waardoor de positie van de corporatie- en daarmee ook van de gemeente - in ongun stige zin afweek van die, waarin een dergelijke instelling - en daarmee de financierende gemeente - in het algemeen ver keerden. Bovendien mag worden verwacht, dat de verkrijging van een saneringsrijp complex woningwetwoningen door de gemeen te, in verband net do bijzondere relatie van gemeente en cor poratie en met het oog op de doelstelling van deze in het belang van de volkshuisvesting werkzame instelling, als regel gemakkelijker en tegen redelijker voorwaarden kan geschieden dan in geval van eigendom van particulieren. 3e. Het heeft na de laatste wereldoorlog lang geduurd voordat een institutionele belegger belangstelling toonde voor woningbouw op enigszins grote schaal in onze gemeente, ondanks de vele moeite, die ons Collego zich getroostte om interesse hiervoor te wekken. Het behoeft geen betoog, dat, toen een zodanige belegger aanzienlijke bedragen wilde bestemmen voor do financiering van een groot woningcomplex, mits de gemeente do grond in eigendom zou afstaan, het belang van de volkshuis vesting hier moest prevaleren boven de belangen, welke het erfpachtstelsel dient. Be bovenbedoelde meerderheid verleende dan ook mot terzijdestelling van haar voorkeur voor dat stelsel haar medewerking aan de verwezenlijking van de zich voordoen de mogelijkheid. Ook in andere gevallen hoeft zij zich door de zelfde overwegingen laten leiden. Zo meende zij ook - zij het enigszins contre coour - mede te moeten werken aan eigen domsoverdracht van bungalowterreinen etc. teneinde te voor komen, dat gegadigden zich elders zouden vestigen. 4e. Be zoeven bedoelde meerderheid heeft eveneens om voor de hand liggende redenen gemeend aan gegadigden voor industrie terrein de keus te moeten laten tussen koop on verkrijging in erfpacht. Zij zou het uiteraard niet verantwoord achten indien het industrialisatiestrevon, dat voor de toekomst van Leeuwar den van het grootste belang is, nadelig zou worden beïnvloed door het star vasthouden aan het erfpachtstelsel. Zij realiseert zich, dat aan verschillende van deze afwijkingen van de algemene gedragslijn nadelen zijn verbonden, doch die heeft zij in deze gevallen menen te moeten accepteren. Alvorens aan deze afwijkingen bepaalde consequenties te verbinden, dient men echter goed de proporties in het oog te vatten, waarin die afwijkingen tot het algemeen geldende pa troon staan. Tot voor enige jaren b.v. had de gemeente immers geen enkel terrein voor particuliere woningbouw verkocht. Wel had zij echter toen reeds enige duizenden percelen grond in erfpacht uitgegeven. Tot 1958 kon men dus in elk geval niet stellen, dat de Gemeente do ene particuliere adspirant-bouwer anders behandelde dan do andere. Het argument, dat een gelijke - 10 - rechtsbedeling moet meebrengen, dat do Gemeente zich nu ook bereid verklaart de in erfpacht uitgegeven percelen te verkopen, is derhalve zwak. Begene, die voor 1958 oen bouwterrein van de gemeente wenste, werd gelijk behandeld als ieder ander, die in de laatste decenia zich tot de gemeente om een bouwterrein had gewond. Pas sedert 27 augustus 1958 is voor wat bungalowterreinen be treft de keus tussen koop en verkrijging in erfpacht mogelijk gemaakt. In totaal heeft üw Raad tot nu toe ten aanzien van enige tientallen bungalowterreinen tot uitgifte op die basis besloten. Wil men een vergelijking tussen de zogenaamde gevallen van rechts ongelijkheid maken, dan kan men tegenover een aantal duizenden gevallen, dat een "eigenaar"/bowoner een pand op erfpachts- grond heeft zonder dat de mogelijkheid van koop van die grond hoeft bestaan, slechts enkele tientallen gevallen stellen, dat de gemeente aan oen toekomstige eigenaar/bewoner de keus heeft gelaten tussen verwerving van de grond in eigendom of in erf pacht Baar komt nog bij, dat de actieve grondpolitiek van de gemeente zich eerst na de oorlog over nagenoeg de gehele linie heeft uitgestrekt.Baarvóór bestond voor een adspirant-bouwer de keus tussen verkrijging van een bouwterrein van de gemeente in erfpacht en aankoop van een dergelijk terrein van een par ticulier. Het feit, dat de Gemeente aanvankelijk slechts een deel van de bouwgrond in exploitatie nam en daardoor nog een groot aantal percelen in eigendom van particulieren is, kan naar de mening van de meerderheid van ons College uiteraard geen motief zijn om aan erfpachters een recht van koop te geven. I.Ien zal de vruchten van het erfpachtstelsel eerst in volle omvang plukken nadat dit in het algemeen gedurende vele tien tallen jaren is gehanteerd, n.l. wanneer do complexen tegen woordig in particuliere handen zijnde panden ook eenmaal voor vervanging in aanmerking zijn gekomen en de Gemeente door haar actieve grondpolitiek ook do eigendom van do ondergrond daar van zal hebben verkregen. Hier is een beleid op zeer lang zicht vereist Be gestelde ongelijke behandeling van gelijke gevallen zou overigens alleen nog maar kunnen worden volgehouden voorzover betreft degenen, die zelf op erfpachtsgrond een woning hebben gebouwd. Zij kan niet worden geponeerd met betrekking tot hen, die een op erfpachtsgrond staande -woning hebben "gekocht". Hot behoeft geen betoog, dat deze laatste categorie geleidelijk aan zeer omvangrijk is geworden in vergelijking met de eerste. IIu er nog vele niet op in erfpacht uitgegeven gemeentegrond staande panden in onze gemeente zijn, kan men bovendien de vraag opwerpen, of de "kopers" van woningen op erfpachtsgrond ook niet evenzeer de mogelijkheid hadden een pand op eigen grond te kopen. In elk geval ziet de meerderheid van ons College geen enkele billijkheidsgrond, waaraan deze categorie aanspraken op koop van hun erfpachtsgrond zouden kunnen ontlenen. Zij atten deert er in d.it verband nog eens op, dat de erfpachter bij het verstrijken van de crfpachtstermijn de waarde van de opstal ver goed krijgt en dus dientengevolge niet ongetroost wordt wegge zonden. Be hieraan hot woord zijnde meerderheid herhaalt nog eens, dat de beweerde rechtsongelijkheid slechts in zeer geringe omvang en dan ook nog alleen maar voor wat do uitgifte van grond gedurende de laatste jaren betreft staande zou kunnen worden gehouden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1965 | | pagina 109