s<
We
- 45 -
De Minister van Economische Zaken heeft zich in principe be
reid. verklaard een subsidie te verlenen in de kosten van het in het
Kleine Wielengebied geprojecteerde kampeerterrein. Het cultuur
technische gedeelte van dit plan is gereed en voor subsidie inge
diend. Aan het plan voor het bouwtechnische gedeelte wordt thans nog
gewerkt. Wij onderzoeken thans de mogelijkheid om nog in 1965 te
beginnen met de uitvoering van het cultuurtechnische gedeelte.
Een voorstel hieromtrent zuilen wij U binnenkort doen toekomen.
Het volgende voor uitvoering in aanmerking komende deelplan
zal betrekking hebben op het terrein voor dagrecreatie. De plannen
hiervoor zijn nog niet gereed. V/el zijn zij in een vergevorderd
stadium van voorbereiding. Wij streven er naar in het tweede hall-
jaar van 1966 met de uitvoering van dit plan te beginnen. In de
kosten daarvan verwachten wij een subsidie van het Ministerie van
Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk. Een toezegging hierom
trent is echter nog niet ontvangen. Wij houden er voorts rekening
mee, dat een min of meer afgerond gedeelte kan worden uitgevoerd
in het kader van de aanvullende werkgelegenheid.
Er resteren ten slotte nog de deelplannen voor de waterpar
tijen, het zuidelijke gedeelte van dit grote plan, het in het
oosten van het plan geprojecteerde eiland en de noordwesthoek van
het plan. In samenwerking met de Koninklijke Nederlandse Heide
Maatschappij proberen wij de verschillende deelplannen binnen niet
te lange tijd gereed te hebben, opdat deze, zo mogelijk met rijks
subsidie, zo spoedig mogelijk in uitvoering kunnen worden genomen.
Recreatiege- Yolgens de Uw Raad bekende publikatie van de Rijksdienst voor
ied urote hgt Nati0nale Plan is ten oosten van de stad een groot gebied be-
Wielen.
stemd voor recreatie. In dat gebied is, behalve de Kleine Wielen,
ook de Grote Wielen begrepen. V/ij bestuderen de mogelijkheden om
ook voor het Grote V/ielengebied en wellicht voor een nog iets
groter terrein een globaal plan te ontwerpen.
StadhuisBij de behandeling van het plan voor de binnenstad zowel als
in ons voorstel d.d. 4 juni 1965 aan Uw Raad betreffende de huis
vesting van de Secretarie (bijlage no. 172) hebben wij U meegedeeld,
dat wij voornemens zijn met betrekking tot de toekomst van de
zetel van het bestuur van onze Gemeente en de huisvesting van de
Secretarie bepaalde beslissingen te vragen. Het zal geen ver
wondering bij U wekken, dat mede tengevolge van de vele belangrijke
zaken, die momenteel aanhangig zijn, het intern beraad van ons
College omtrent deze kwestie nog niet afgesloten kon worden.
Wij stellen ons evenwel voor om ons terstond nadat dit wel het ge
val zal zijn tot Uw Raad te wenden overeenkomstig onze toezegging