Medewerking ingevolge art. 72 der Lager-onderwijswet 1920 voor de aan schaffing van leermiddelen en wandversiering ten behoeve van de Juliana van Stolbergschool Bijlage no. 15. Leeuwarden, 20 januari 1966. Aan de Gemeenteraad. Het bestuur der Vereniging voor Christelijk Schoolonderwijs, alhier, heeft bij een op 13 december 1965 ingekomen aanvrage verzocht, gelden uit de gemeentekas te mogen ontvangen voor de aanschaffing van leermiddelen voor natuurkunde en muziekonderwijs van een personeelsbibliotheek en van wandversiering ten behoeve van de school voor gewoon lager onderwijs aan de Robert Kochstraat, de Juliana van Stolbergschool. Uit een ingesteld onderzoek is gebleken, dat'bij de eerste inrichting der school in 1951 slechts enkele instrumenten voor het natuurkunde-onder- wijs zijn aangeschaft. Volgens de huidige opvattingen zijn deze irstrumen- ten voor het geven van vruchtdragend onderwijs in de natuurkunde onvol doende, zodat uitbreiding van het instrumentarium noodzakelijk wordt ge acht Voor het vak muziekonderwijs ontbreken eveneens leermiddelen. Nu inge volge artikel 2, 4e lid, der La.ger-onderwi j swet 1920 onder zingen tevens muzikale vorming is begrepen, dienen hiervoor ook leermiddelen aanwezig te zijn. De Juliana van Stolbergschool beschikt niet over een personeelsbiblio theek. Bij de eerste inrichting der school zijn hiervoor geen gelden aange vraagd. Wij zijn van mening, dat in het belang van het onderwijs de leer krachten der school de beschikking dienen te hebben over een personeels bibliotheek Het is ons voorts gebleken, dat in de gangen en lokalen van de hier- bedoelde school een behoorlijke wandversiering ontbreekt. Voor het aan schaffen van een wandversiering kan eveneens een beroep worden gedaan op artikel 72 der Lager onderwijswet 1920. Naar ons oordeel worden door de voorgenomen aanschaffingen de nor male eisen, aan het geven van lager onderwijs te stellen, niet overschre den. Aangezien de aanvrage ook overigens voldoet aan de in artikel 73 der Lager-onderwijswet 1920 gestelde eisen, dient naar onze mening de gevraagde medewerking te worden verleend. Wij geven U daarom in overweging te besluiten overeenkomstig het hierna opgenomen ontwerp. Te Uwer inlichting delen wij U nog mede, dat Uw medewerking slechts beoogt de principiële verklaring, dat aan de wettelijke vereisten is vol daan. Ons College treedt hierna met het schoolbestuur nader in overleg omtrent de soort en het aantal van de aan te schaffen leermiddelen enz. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, A.A.M. van der Meulen Burgemeester. de Jong Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1966 | | pagina 20