No. 5360.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen een op 7 maart 1966 ingekomen verzoek van het bestuur
der Vereniging tot Bevordering van Christelijk Nationaal Schoolonderwij
te Wirdum om gelden uit de gemeentekas te mogen ontvangen voor de op
hoging en bestrating van het plein met de bijbehorende grond en fiet
senhokken bij de Christelijke school voor gewoon lager onderwijs aldaar
overwegende, dat het terrein van de school 30 a 40 cm. is
verzakt en dat als gevolg daarvan een grondig herstel noodzakelijk is;
dat deze verzakking niet kan worden gelijkgesteld mét verzakkingen
zoals die zich dikwijls rond nieuwgebouwde scholen voordoen, doch moet
worden toegeschreven aan de bodemsituatie ter plaatse;
dat, gezien de situatie waarin het terrein van de school verkeert,
en rekening houdende met hetgeen bij andere scholen aan pleinverhoging
pleegt te worden besteed, de hiervoren bedoelde voorzieningen kunnen
worden beschouwd als herstel, niet het gewone onderhoud betreffende;
dat de aanvrage van het schoolbestuur de normale eisen, aan het
geven van lager onderwijs te stellen, niet te boven gaat en ook overi
gens voldoet aan de in artikel 73 der Lager-onderwijswet 1920 gestelde
eisen;
gelet op het advies van Burgemeester en Wethouders d.d. 14 april
1966 (bijlage no. 109);
BESLUIT
de gevraagde medewerking te verlenen.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Straataanleg in het uitbreidingsplan 't Aldlfin.
Bijlage no. 110. Leeuwarden, 14 april 1966
Aan de Gemeenteraad.
In het slot van ons voorstel van 13 augustus 1964 (bijlage no. 274)
hebben wij reeds gesteld, dat hei ons gewenst voorkomt, dat het gebied,
gelegen aan de oostzijde van de Virdumervaartdat bestemd is voor de bouw
van een aantal vrijstaande ééngezinswoningen, zo spoedig mogelijk wordt
ontsloten. Drie van de elf beschikbare bouwterreinen zijn thans reeds ver
kocht of in erfpacht uitgegeven, terwijl met een viertal andere gegadigden
over vervreemding van de grond onderhandelingen worden gevoerd.
De directeur der Openbare Werken heeft in verband met het vorenstaande
een plan ingediend voor het aanleggen van de voor de ontsluiting benodigde
straten
In de eerste plaats betreft dit het doortrekken van de Hempenserweg
langs de noordzijde van het terrein van de wasserij Rapenburg, met een
dam (met duiker) in de Wirdumervaarttot ongeveer 60 m ten oosten van dit
water. De voor deze wegaanleg benodigde grond is eigendom van de gemeente,
met uitzondering van enkele smalle strookjes van het terrein van de genoem
de wasserij. Wij hopen, dat wij met de eigenaar van deze grond tot overeen
stemming kunnen komen omtrent het in gebruik nemen van de benodigde grond
voor wegaanleg. Lukt zulks niet, dan zal het weglichaam tijdelijk iets noor
delijker moeten worden gelegd.
In de tweede plaats betreft dit voorstel de aanleg van een ten oosten
van de Wirdumervaart geprojecteerde, van noord naar zuid lopende weg ter
lengte van 120 m. De hiervoor benodigde grond is gemeente-eigendom
In de derde plaats heeft het plan betrekking op het verbeteren en ver
breden van een gedeelte van de bestaande Hempenserweg, gelegen ten westen
en ten zuiden van de wasserij Rapenburg. Deze weggedeelten sluiten aan op
de reeds aangelegde weg ter ontsluiting van het geprojecteerde bungalow
wijkje.
Voor de juiste situering van de bovenbedoelde weggedeelten, welke een
rijwegbreedte krijgen van 6.00 m, met aan weerskanten een tegeltrottoir ter
breedte van 2.50 m (later aan te brengen), mogen wij U verwijzen naar de
bij de stukken ter visie gelegde tekening no. z03-05-01De verharding van
de rijweg zal worden gemaakt van asfaltbeton, dik 12 cm, waarover later nog
een 5 cm dikke deklaag zal worden aangebracht. De ligging van het straat
riool is zodanig, dat dit zal passen in het centrale rioleringsstelsel.
Voor de kruising net de Wirdumervaart is een duikerconstruciie ontworpen,
waarvan de opzet ongeveer gelijk is aan die van de duiker in de Aldlansdyk.
Terzake wordt verwezen naar de ter visie gelegde tekening no. 24-09-01.
De kosten van de bovenomschreven werken worden geraamd op 212.700,--
De kosten van het aanbrengen van openbare verlichting in dit gedeelte
van 't Aldlan worden begroot op 12.000,--. Zoals wij U in ons voorstel
van "1 november 1 965? bijlage no. 349 hebben meegedeeld, is in de grondkos-
tencalculatie van 't Aldlfin reeds rekening gehouden met de kosten van de
openbare verlichting. In totaal is dus op de begroting van het Grondbedrijf
een krediet benodigd van 224-700,--. Dit bedrag wordt gedekt in het kader
van een sluitende grondexploitatie van het uitbreidingsplan.
Onder mededeling, dat de financiële commissie en de commissie voor
openbare werken zich met dit voorstel kunnen verenigen, geven wij in over
weging te besluiten overeenkomstig het hierbij gevoegde ontwerp.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J. Tiekstra, 1-Burgemeester
de Jong, Secretaris.