Wo. 6966.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN
Gelezen hot voorstel van Burgemeester en V/othoudcrs van 9 mei
1966 (bijlage no. 146);
BESLUIT;
tot het aangaan van een overeenkomst van grondruil met R. Tamminga,
Iloliconweg 19c, alhier, en L. Tamminga, Gymnasiumstraat 28, alhier,
leden van de vennootschap onder firma K. Tamminga en Zn., alhier
waarbij
a. de gemeente Leeuwarden om niet aan genoemde firmanten in eigendom
ovcicuaagt liet op de bij dit besluit behorende tekening blauwomlijndo
1C1coelsgedeeltetor grootte van plm. 4 m2, dool uitmakende van het
perceel, kadastraal bekend gemeente Iluizum, sectie B, no. 4991, en
0. de gemeente Leeuwarden om niet van genoemde firmanten in eigendom
overneemt het op de bij dit besluit behorende tekening roodomlijnde
pcrceolsgedoelteter grootte vanplm. 5 m2deel uitmakende van hot
perceel, kadastraal bekend gemeente Iluizum, sectic B, no. 4655,
een en ander onder de volgende bedingen;
1. de juis te begrenzing van de over te dragen perceelsgedeelten zal dooi
de landmeetkundig ambtenaar van de dienst der Openbare Werken van do
gemeente Leeuwarden ter plaatse worden aangegeven;
2. de verkrijgers aanvaarden de aan hen in eigendom overgedragen pcrccele
gedeelten vrij van hypotheek, beslag 011 huur en vorder in do toestand,
waarin deze zich ten tijde van do eigendomsoverdracht bevinden, met
alle lusten, lasten, plichten, erfdienstbaarheden enz., daartoe van
ouds en met recht behorende;
3» alle op de grondoverdrachten vallende kosten, daaronder begrepen die
van de levering van een afschrift van de akte ton behoeve van hot
gemeente-archief en die van de verrichtingen van de landmeetkundig
ambtenaar, bedoeld onder punt 1komen voor rekening van de fa.
IC. Tamminga en Zn.;
4= do levering geschiedt op de dag van hot verlijden van do akte van
overdracht
5. no 0 j. isico voor en het onderhoud van de geruilde perceelsgedeeltcn
en allo daarvan geheven wordende of nog te heffen lasten en belastingoi
icomen mnaf de levering voor rekening van do nieuwe eigenaren,
6. partijen zijn tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die wegens
uitwinning;
7. partijen doen aistand van het recht tot het vragen van ontbinding
als bedoeld in de artikelen 1302 en 1303 van hot Burgerlijk Wetboek.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering:
van
Voorzitter.
Secretaris
Beveiligen Potmarge.
Bijlage no. 147» Leeuwarden, 9 mei 1966.
Aan de Gemeenteraad.
Naar aanleiding van het ons om pro-advies in handen gestelde schrijven
van de lieer J.H. Ge jas, Picter Stuyvesantweg 157c, betreffende het gevaar,
dat de Potmarge voor spelende kinderen oplevert, delen wij U het volgende
mede
In de brief van adressant worden, globaal samengevat, twee punten
genoemd, die naar do mening van adressant pleiten voor maatregelen, nl
1het verdrinkingsgevaar, dat in het bijzonder voor de in de buurt wonende
kinderen aanwezig is;
2. de vervuiling van de Potmarge.
Ton aanzien van hot laatste punt merken wij op, dat de vervuiling en
de daarmede somtijds gepaard gaande stankversprciding van de Potmarge (en
overigens ook van andere wateren in de gemeente), met name in de zomer,
oen probleem is, dat naar onze verwachting grotendeels zal zijn opgelost
mot hot gereedkomen van de rioolwaterzuiveringsinstallatie. Tot zo lang
zal naar onze mening een bepaalde mate van verontreiniging van de waterlopen
in de gemeente noodgedwongen moeten worden aanvaard. De bedoelde zui
veringsinstallatie, die de algemene watertocstand ten goede zal komen, zal
echter geen oplossing zijn voor het al of niet drijvende grofvuil, dat onop
houdelijk in de waterlopen wordt gedeponeerd. Het drijvende vuil wordt door
do Rcinigings- en Ontsmettingsdienst regelmatig verwijderd. Zo lang een
deel van de bevolking deze ton zeerste te veroordelen wijze van vuilafvoer
blijft toepassen, zal van een bepaalde verontreiniging van de waterlopen
sprake blijven. Uiteraard zal de genoemde dienst hieraan ook in do toekomst
de nodige zorg blijven besteden.
De bezorgdheid voor het verdrinkingsgevaar, waaraan de heer Gcjas in
zijn brief uiting geeft, delen wij ten volle. Dit is dan ook één van de
voornaamste redenen, waarom wij reeds vele jaren aan alle kinderen in ouzo
gemeente in do loop van de jaren, dat zij leerplichtig zijn, gelegenheid
geven tot het ontvangen van zwemonderrichtV/ij realiseren ons, dat juist de
groep heel jonge kinderen hot moeste gevaar loopt, doch voor deze groep is
de zorg en verantwoordelijkheid van de ouders o.i. primair. Het lijkt ons
niet verantwoord, dat kleuters van drie en vier jaar niet onder voortdurend
toezicht worden gehouden. Niet alleen dreigt dan het door adressant gesigna
leerde verdrinkingsgevaar, vooral in oen waterrijke omgeving, doch ook
anderszins zijn er gevaren te duchten, waarbij wij o.a. donken aan hot steeds
drukker wordende verkeer.
De verdrinkingsgevalLen van kleine kinderen die er niettemin de laatste
jaren zijn voorgekomen, zijn voor ons aanleiding geweest bijzondere aandacht
aan deze materie te schenken. Zo hebben wij enige jaren geleden een onuerzoek
laten instellen naar de mogelijkheden om do vele waterpartijen in onze
gemeente op zodanige manier af te schermen, dat do bereikbaarheid van hot
water voor kleine kinderen wordt uitgesloten. Hoewel dat onderzoek slechts
gericht was op één waterpartij in één der naoorlogse uitbreidingsplannen,
zouden bij het vindon van een passende en uitvoerbaar geachte maatregel
vele wateren moeten worden afgeschermd. V/ij dachten daartoe o.m. ook aan de
vijvers in plantsoenen en de grachtengordel, die, wat de mogelijkheden tot
hot te water geraken van kinderen betreft, niet minder gevaarlijk zijn, dan
een moderne waterpartij. Het is ons echter gebleken, dat, zal een afsluiting
van oen waterpartij werkelijk doeltreffend zijn en niet zelfs het gevaar
vergroten, deze in aanleg en, mode met het oog op do baldadigheid, ook in
onderhoud zeer kostbaar zal zijn. Mot de afscherming en hot onderhoud van