Vaststelling van een doorstromingsregeling.
Bijlage no. 340° Leeuwarden, 17 november 1966.
Aan de Gemeenteraad.
In artikel 28 -van het Besluit geldelijke steun volkshuisvesting (Ko
ninklijk besluit van 22 december 1965? Stbl. 589) is bepaald, dat-ter bevor
dering van de doorstroming aan gemeenten bijdragen ineens kunnen worden
verstrekt ter tegemoetkoming in de kosten van voorziening in de huisvesting
van hen, die hun woonruimte verlaten om andere, aan de omstandigheden van
hun gezin meer aangepaste woonruimte in gebruik te nemen. Deze bijdrage is
bij een daarna afgekondigde beschikking van de Minister van Volkshuisvesting
en Ruimtelijke Ordening bepaald op f.50.per woning of wooneenheid, ge
reedgekomen in het jaar, voorafgaande aan dat van de aanvrage, vermeerderd
met f.O.50 per inwoner van de gemeente naar de toestand op 31 december van
dat jaar.
Aanvragen van gemeenten moeten jaarlijks vóór 1 april worden ingediend. De
bijdrage wordt ineens verstrekt, onder de voorwaarde, dat zij wordt gestort
in een doorstromingsfonds. Over dit fonds kan de gemeente naar eigen inzicht
beschikken, mits de door haar toe te kennen bijdragen strekken ter tegemoet
koming in;
a. de kosten, die voortvloeien uit het verlaten van een woning en het in
gebruik nemen van andere woonruimte;
b. de kosten, die voortvloeien uit het bewonen van de na verlating van een
woning in gebruik genomen andere woonruimte.
Overeenkomstig het vorenstaande hebben wij tijdig een aanvraag voor de
bijdrage bij de Minister ingediend tot een bedrag van f.83.193°-"? gebaseerd
op een aantal gereedgekomen woningen in het jaar 1965 van 799 en een inwonertal
van 86846 op 31 december van dat jaar. Bij beschikking van 11 augustus 1966
is gemeld bedrag daarop aan de gemeente toegekend.
V/ij stellen IJ voor thans over te gaan tot de instelling van een door-
stromingpTondswaarin bovengenoemd bedrag en de eventueel naderhand nog van
het Rijk te ontvangpnlbqgiragen zullen worden gestort. Yoorts hebben wij een rege
ling ontworpen, waarin voorschriften zijn opgenomen nopens de toekenning van
een vergoeding ter bevordering van doorstroming in het gemeentelijk woning
bestand. Bij het opstellen van deze voorschriften hebben wij ons laten leiden
door de gedachte dat, overeenkomstig de bedoeling van de Minister, bij de be
steding van het fonds zeer selectief te werk moet worden gegaan en de gelden
behoren te worden bestemd voor die gevallen, waarin de doorstroming daadwerke
lijk wordt bevorderd. Veelal toch zal het bij de betrokkenen zelf levende ver
langen naar betere huisvesting voldoende zijn om de nodige activiteit te ont
wikkelen.
Het nuttige effect van de doorstroming is naar onze mening in de eerste
plaats gelegen in het vrijmaken van woningen in de huurklasse, waarnaar de
meeste vraag bestaat, namelijk daar, waar de huurprijs schommelt tussen f.50.--
en f.110.per maand. Vanneer iemand uit deze huurklasse vrijwillig verhuist
naar een nieuwe woning met huurwaarde van tenminste f.130.-- per maand, waarvan
hij de eerste bewoner is, zouden vrij daarvoor een premie toegekend willen zien
van f.1.000.Gebleken is namelijk, dat voor velen de overgang van een woning
met een naar hedendaagse begrippen lage of matige huur naar een nieuwe etage-
woning, waarvan de huur, mede door de talrijke centrale voorzieningentot een
bedrag van tenminste f.130.-- per maand is opgelopen, zo groot is, dat zulks
remmend werkt op de doorstroming. De thans voorgestelde premie zal voor de
betrokkenen ongetwijfeld een prikkel vormen om eerder te verhuizen.
In de bijgevoegde ontwerp-regeling is een en ander nader uitgewerkt,
levens zijn daarin een aantal gevallen opgenomen, waarin naar ons oordeel geen
uitkering dient plaats te vinden.