- 3 -
Havengeld»
Grondslag van de heffing»
Artikel 5°
Het recht wordt, behalve in de gevallen bedoeld in artikel 7S sub 3,
sub 4? sub 5? sub 6 en sub 7j per m3 geheven naar de maximum toelaatbare
waterverplaatsing en ten aanzien van zeeschepen naar de netto-inhoud»
Als maximum toelaatbare nuttige waterplaatsing van een vaartuig wordt
aangenomen, die volgens de geldige meetbrief»
Als netto-inhoud van zeeschepen wordt aangenomen die volgens de
geldige meetbrief of buitenlandse meetbrief, indien deze aanspraak geeft
op vrijstelling van meting hier te lande»
Bij gemis van bedoelde meetbrief kan worden aangenomen de water-
verplaatsing, c.q_» netto-inhoud volgens een ander gelijkwaardig document,
ten genoege van de directeur van de Markt- en Havendienst.
Bij gebreke van dit document of bij weigering om dit stuk tetonen
wordt de waterverplaatsing c.q.» netto-inhoud van het vaartuig door of namens
de directeur van de Markt- en Havendienst geschat en is het recht, behou
dens beroep, naar die schatting verschuldigd»
Onderdelen van tijdvakken
en eenheden
Artikel 6»
Bij de berekening van het verschuldigde recht worden onderdelen van
tijdvakken en eenheden, waarover de tarieven worden berekend, voor een
geheel gerekend.
Tarief.
Artikel 7»
Het recht bedraagt voor:
1. schepen, bestemd voor vervoer van goederen, sleepboten, kranen, bokken,
baggermolens, zandzuigers en dergelijke drijvende werktuigen:
a. bij een verblijf van ten hoogste 14 achtereenvolgende dagen,
per mp»
-P r n
met een minimum van xu,As
b» voor een kalenderkwartaal bij abonnement, per m3»
met een minimum van -• 3°~~"
c. voor een kalenderhalfjaar bij abonnement, per m3» f. 0.80
•F 8
met een minimum van x 7°-
d. voor een kalenderjaar bij abonnement, per m3« x°
f 4 ~z
met een minimum van x-
Het recht genoemd onder a,b,c en d wordt met respectievelijk f.0..Q1;
f.0.15; f.0.20 en f.0.30 per m3 verhoogd voor schepen, die tijdens hun
verblijf in de gemeente worden gebruikt voor opslag van goederen;
2. Schepen, die worden gebezigd voor personenvervoer tegen betaling van
een bepaald tarief:
a. bij een verblijf van ten hoogste 14 achtereenvolgende dagen,
■7 f 0Oo
Per ™3«
met een minimum van Xo
b. voor een kalenderkwartaal bij abonnement, per tn3» f» °°c/
-f 65 v
met een minimum van -
c. voor een kalenderhalfjaar bij abonnement, per m3»
~P "10
met een minimum van
d. voor een kalenderjaar bij abonnement, per m3« f» 1.60
met een minimum van f.16.
3. het innemen van een ligplaats met zeiljachten of
motorjachten, wanneer het verblijf binnen de gemeente
een termijn van 14 - al dan niet achtereenvolgende -
dagen binnen hetzelfde kalenderjaar te boven gaat,
per stuk per kwartaal f.15-
per stuk per jaar f.50- I
4. het innemen van een ligplaats met kano's en roeiboten,
wanneer het verblijf binnen dê gemeente een termijn
van 14 - al dan niet achtereenvolgende - dagen binnen
hetzelfde kalenderjaar te boven gaat,
per stuk en per jaar f» 7«505
5» houtvlotten:
bij een verblijf van ten hoogste 14 achtereenvolgende
dagen, per balk, paal of mast f. 0.02
met een minimum van f.1.-- per vlot;
6. het innemen van een ligplaats met woonschepen in de
daarvoor aangewezen woonschepenhaven, wanneer het
verblijf binnen de gemeente een termijn van 14 -
al dan niet achtereenvolgende - dagen binnen het
zelfde kalenderjaar te boven gaat:
a. voorzover de lengte niet meer bedraagt dan
15m», per week f. 0.70
b. bij een grotere lengte dan 15 m. f.0.70 verhoogd
met f.0.05 voor iedere meter boven 15 meter;
•7. het innemen van een ligplaats met woonschepen buiten
de woonschepenhaven, wanneer het verblijf binnen de
gemeente een termijn van 14 - al dan niet achter
eenvolgende - dagen binnen hetzelfde kalenderjaar
te boven gaat:
a» Voorzover de lengte niet meer bedraagt dan
15 meter, per week f. 1.40
b. bij een grotere lengte dan 15 meter f.1.A0 ver
hoogd met f.0.10 voor iedere meter boven 15 meter.
Voortgezet verblijf.
Artikel 8.
Voor vaartuigen, die vallen onder de bepalingen van artikel 7, sub
1, sub 2, sub 5, is, wanneer daarvoor geen abonnement is genomen, het
recht bij voortgezet verblijf binnen de gemeente elke 14 achtereenvolgen
de dagen opnieuw verschuldigd.
Bit laatste is niet van toepassing indien het voortgezette verblijf
het gevolg is van het gestremd zijn van de scheepvaart tengevolge van ijs
of andere redenen van overmacht, mits in dat geval het vaartuig niet als
lichter of anderszins voor tijdelijke opslag van goederen wordt gebezigd»
Tarief
Opslaggeld.
Artikel 9,
Het recht bedraagt per m2 of gedeelte daarvan:
per dag of korter f. 0.04
per week f. 0.25
per maand f1
per jaar f. 8»