4. de te ruilen onroerende goederen worden overgedragen met alle
daarop rustende erfdienstbaarheden en lasten en daaraan ver
bonden rechten, doch vrij van huur en hypotheek;
No. 17410a.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van
17 november 1Q66 (bijlage no. 372);
BESLUIT;
I. tot het aangaan van een overeenkomst van grondruil met A. van der
lïoord, te Leeuwarden, Molenpad 14? handelende onder de naam
"fa. J. van der Noord", en zijn echtgenote J. van der Noord-van Eik,
te Leeuwarden, Molenpad 14, waarbij;
a. de gemeente van Tan der Noord, voornoemd en zijn echtgenote, in
eigendom overneemt twee percelen grond, gelegen nabij het Yiiei,
kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sectie G, nos12 290 en
14291, samen groot 2085 m2met de zich daarop bevindende cr tal
len, doch met uitzondering van de perronstukken, de kraanbaan met
kraan en de storttrechtersen waarbij:
b. de Gemeente aan Tan der Noord, voornoemd en zijn echtgenote in
eigendom overdraagt het perceel industrieterrein, gelegen tussen
de Pascalstraat en de Zwettehaven, ter grootte van pin. 3000
m2, welk perceel op de bij dit besluit behorende tekening gemerkt
A roodomlijnd is aangegeven, onder bepaling, dat de Gemeente
aan Van der Noord, voornoemd en zijn echtgenote een toegift be
taalt van 315.OOO,— (waarin begrepen een schadevergoeding wegens
verplaatsing van het bedrijf ad 300.000,--) en verder onder de
volgende bedingen;
1 de juiste begrenzing van het onder b bedoelde terrein zal
door de landmeetkundig ambtenaar van de dienst der Openbare
Werken van de gemeente Leeuwarden ter plaatse worden aangegeven;
2. de oostelijke grens Van het onder b bedoelde terrein dient
in verband met het onderhouden van de oeververdediging te
worden getrokken op een afstand van 90 cm uit de kruin van het
talud van de insteekhaven (landinwaarts);
3. de verkrijgers van het onder b bedoelde terrein verplichten
zich om op hun kosten en ten genoegen van de directeur van de
dienst der Openbare Werken van de gemeente Leeuwarden langs
de oever van het gedeelte van het verkregene, waaraan schepen
worden gemeerd, een voldoend aantal meerpalen of steigers aan
te brengen, zulks ter bescherming van de bestaande oeverver
dediging;
3. de levering en de betaling van de toegift geschieden op de dag
van het verlijden van de akte van overdracht;
6. van de levering af komen alle zakelijke lasten en belastingen,
welke van de over te dragen onroerende goederen geheven worden,
voor rekening van de verkrijgers van deze goederen;
7. de vervreemders zijn tot geen andere vrijwaring gehouden dan
tot die wegens uitwinning;