helft voor rekening van de gemeente Leeuwarden tot een "bedrag van maximaal 6.000,--; de verharding zal worden aangebracht over een lengte, ongeveer overeenkomende met die van de gevel van het te stichten gebouw aan de straatzijde en zal bestaan uit tegels en voor wat betreft de breedte van een vijftal normale overritten, uit stelconplaten; de uitvoering van het werk en het onderhoud van de verharding geschieden door en voor rekening van de koopster. Aldus vastgesteld in de openbare vergaderin van Voorzitter. Secretaris. Beroep van W.J. Visser te Wirdum tegen de weigering van een bouwvergunning voor de bouw van een woning van de Swichumerdyk te Wirdum. Bijlage no.208 Leeuwarden, 21 juni 1966. Aan de Gemeenteraad. Bij brief van 20 november 1965 is de hoer W.J. Visser te Wirdum bij TJw Raad in beroep gekomen tegen ons besluit van 22 oktober 1965, no. B2860, tot weigering van een vergunning voor de bouw van een bojaarden- woning in de vorm van een bungalow op een terrein aan de noordzijde van de Swichumerdyk te Wirdum. Hot verzoek om bouwvergunning is destijds ingediend door de vader van appellant en het besluit tot woigering van de vergunning is dan ook gericht aan do heor Visser Sr. Ook de besprekingen, welke omtrent deze aangelegen heid zijn gevoerd, hebben steeds met laatstgenoemde plaats gehad. Hoewol wettelijk niet juist, geven wij U in het onderhavige geval toch in over woging appellant in zijn beroep ontvankelijk te verklaren, aangezien hij het bedrijf van zijn vader heeft voortgezet. Onzo bovengenoemde beslissing is op 1 november 1963 in afschrift aan de heor Visser toegezonden. Het beroep is binnen de daarvoor gestelde ter mijn van 1 maand ingesteld, zodat appellant in dit opzicht in zijn beroep dient to worden ontvangen. Zoals U uit de brief van de hoer Visser blijkt, hangt met deze kwestie samon eon grondtransactie met de Hervormde Gemeente te Wirdum. Ton aanzien hiervan merken wij het volgende op. In hot begin van 1964 hoeft dc Directeur van hot Grondbedrijf onder handelingen gevoerd met de Hervormde Gemeente omtrent de aankoop van diverse poreolen grond in Wirdum. Hieronder bevond zich ook een perceel weiland aan de noordzijde van de Swichumerdyk, kadastraal bekend gemeente Wirdum, sectie B, no.2154, ter grootte van 0.99*40 ha,. Nadat omtrent de aankoop in principe overeenstemming was bereikt, bleek echter, dat de heer Visser met één der kerkvoogden was overeengekomen, dat hij het weste lijk gedeelte van genoemd perceel ter breedte van 50 m zou kopen ten be hoeve van do bouw van een aantal woningen. Wij merken hierbij op, dat het desbetreffende perceel grond ingevolge het ter plaatse geldende uitbreidingsplan in hoofdzaken een agrarische bestemming heeft, zodat de bouw van woningen op dat terrein niet mogelijk is. Do hoor Visser was hiermede bekend, kon daarmede althans bekend zijn. Hoewol zulks hem meerdere malen is medegedeeld bl-eef hij zijn aanspraken op het terreingedeelte doen gelden cn was hij niet bereid daarvan afstand te doen. Hoewol het genoemde perceel in het thans ter inzage liggende bestemmings plan voor Wirdum niet is opgenomen, zodat de thans geldende agrarische be stemming blijft bestaan, werd dezcEijds de eigendomsverwerving van het perceel toch wel van belang geacht in verband met een eventuele verdere uitbreiding van het dorp aan de noordoostzijde. Vooral de verwerving van een gedeelte van de strook grond, waarop de heer Visser aanspraken deed gelden, is van belang met het oog op een mogelijke doortrekking van de Tjitzo do Boerstrjitte in noordelijke richting. In verband hiermede is bij de diverse besprekingen dan ook steeds gesteld, dat op medewerking voor dc bouw van woningen op het terreingedeelte dat voor deze mogelijke doortrek king noodzakelijk zou kunnen zijn, niet behoefde te worden gerekend. Des ondanks hoeft de heer Visser op 28 juli 1965 een bouwplan ingediend, welis waar voor de bouw van één bejaardenwoning, maar uit de op de bouwtekening voorkomende situatietekening, welke voor U bij de stukken ter inzage ligt, blijkt dat het zijn bedoeling was op het terrein in totaal 5 woningen c.a. te bouwen. Op de genoemde tekening is onzerzijds aangegeven op welke wijze de doortrekking zowel van de Doeke Hellemastrjitte als van de Tjitze de Boerstrjitte kan plaatsvinden. Daaruit blijkt, dat zelfs; de bouw van 3

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1966 | | pagina 54