Vaststellen exploitatievergoedingen over 1964 aan besturen van bijzondere
scholen voor buitengewoon lager onderwijs.
Bijlage no. 218 Leeuwarden, 8 juli 1966.
Aan de Gemeenteraad.
Be besturen van de in deze gemeente gevestigde bijzondere scholen
voor buitengewoon lager onderwijs aan schipperskinderen, aan zwakzinnige
kinderen en aan kinderen met leer- en opvoedingsmoeilijkheden, hebben
verzoeken ingediend om toekenning van de vergoeding, bedoeld in artikel
34 van het Besluit buitengewoon lager onderwijs 1949 over 1964, onder
overlegging van de bescheiden tot staving der gedane uitgaven.
De door U vast te stellen vergoeding wordt berekend over het over
eenkomstig artikel 5 van genoemd Besluit bepaalde aantal leerlingen in
het betreffende jaar en beloopt per leerling het bedrag, dat voor elke
leerling van de gemeentelijke scholen van dezelfde soort krachtens
'artikel 32 beschikbaar is gesteld over hetzelfde jaar.
Voor de berekening van de toe te kennen vergoedingen mogen wij U
verwijzen naar bijgaand ontwerpbesluit, waaruit tevens blijkt, welke ver
rekening met de schoolbesturen moet plaats hebben in verband met de
door deze ontvangen voorschotten ingevolge raadsbesluiten van 19 februari
1964, no. 2038, en 22 december 1965, no. 20911.
Met het oog op de vijfjaarlijkse afrekening 1963 tot en met 1967)
dient U naast de hierbovenbedoelde vergoeding nog vast te stellen het be
drag der voor gemeentelijke vergoeding in aanmerking komende uitgaven,
welke door de schoolbesturen zijn gedaan in 1964» Deze uitgaven zijn
beoordeeld aan de hand van het bepaalde in artikel 34, eerste lid, van
meergenoemd besluit, terwijl bij de controle van de bescheiden tot staving
der gedane uitgaven rekening is gehouden met de nopens deze materie be
staande jurisprudentie.
Op grond van het vorenstaande stellen wij U voor te besluiten over
eenkomstig het hierna opgenomen ontwerp.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
Harmsma Burgemeester.
de Jong Secretaris