Onderwijs in de Friese taal bij het openbaar gewoon lager onderwijs.
Bijlage no. 136. Leeuwarden, 5'mei 1967-
Aan de Gemeenteraad.
Met betrekking tot het in Uw vergadering van 17 oktober 1966 in onze
handen om pré-advies gestelde adres van 15 september 1966 van de Ried fan
de FryskeBiweging delen.wij U het volgende mede.
Hoewel zulks in de brief van de Ried niet duidelijk wordt gesteld, mag
aangenomen worden, dat de Ried met openbare scholen bedoelt de openbare
scholen voor gewoon lager onderwijs, omdat tweetalig onderwijs alleen moge
lijk is aan deze scholen, en met hogere klassen ongetwijfeld de hogere
klassen van dezelfde soort scholen op het oog heeft.
Wat betreft de tweetalige scholen merken wij op, dat de Wiardaskoalle
(openbare school voor gewoon lager onderwijs) te Goutum, met ingang van het
schooljaar 1959/1960 is omgezet in een tweetalige school, nadat hieraan een
enquête bij de ouders is voorafgegaan. Uit die enquête bleek, dat 95$ van
de ouders (37 van de 39) zich voor de invoering van de tweetaligheid uit
sprak terwijl de overige 5$ zich conformeerde aan de wensen van de
meerderheid. Het hoofd van de Wiardaskoalle is in het bezit van de akten
Fries l.o. en m.o. De onderwijzeres aan deze school studeert voor de akte
Fries l.p.
De openbare scholen voor. gewoon lager onderwijs in de dorpen Iiempens,
Wirdum en Lekkum zijn Nederlandstalig. Alleen het hoofd van de school te
tfirdum heeft de akte Fries I.Q.; geen der overige personeelsleden is be
voegd tot het geven van Fries. Dit betekent echter niet, dat de kinderen,
die voor het eerst 'op' school komen, in de praktijk niet worden opgevangen
in de memmetael. Nog minder, dat de-leerkrachten aan de dorpsscholen af
wijzend staan tegenover het onderwijs in de Friese taal. Hoewel ons van een
behoefte bij de ouders aan een tweetalige school in deze dorpen niet is
gebleken, komt het ons gerechtvaardigd voor, na overleg met de betreffende
oudercommissies, onder de ouders van de leerlingen van de dorpsscholen te
Hempens, Wirdum en Lekkum eens een onderzoek dienaangaande in te stellen.
Onzes inziens moet alleen dan tot omzetting van een school in een tweetalige
school worden overgegaan, wanneer een flinke meerderheid van de ouders
daarvan voorstander is. Dat wij daarbij kunnen rekenen op de medewerking
van de Inspecteur van het lager onderwijs staat voor ons vast.
Hoewel het bezit van de akte Fries weliswaar niet strikt noodzakelijk
is, achten wij het een ongewenste situatie wanneer aan een tweetalige school
geen der leerkrachten deze akte bezit.
Omzetting van één of meer stadsscholen in een tweetalige school ont
moet naar onze mening zoveel praktische bezwaren, dat aan realisering hier
van' nauwelijks te denken valt. Ook de voormalige Ouderraad voor net openbaar
lager onderwijs (wiens advies bij de stukken voor U ter inzage is gelegd)
was van mening, dat het instellen van een tweetalige school zich uitsluitend
tot de dorpen moet beperken.
Wat' betreft het onderwijs in het Fries in de hogere klassen van de
lagere scholen (gewoon lager onderwijs dus) vestigen wijin de eerste plaats
de aandacht op hetgeen het leerplan voor de gemeentelijke scholen voor ge
woon lager onderwijs (stads- èn dorpsscholen) in dit opzicht bepaalt:
"Overeenkomstig het bepaalde in artikel 3 der Lager-onderwijswet 1920
wordt onderwijs gegeven in de vakken, genoemd onder a t/m k van artikel 2
dier wet.