- 2 -
Na bestudering hiervan zijn wij thans in staat onze mening aan de
Raad kenbaar te maken. Intussen bestaat daartoe na de behandeling
van ons pré-advies met betrekking tot de afbraak van panden in d(
Sint Jaoobsstraat (bijlage nr. 233) in Uw vergadering van 28 augu
tus j.l. des te meer aanleiding.
I. Stadhuis in beginsel in binnenstad of daarbuiten?
De groei van de gemeente 56.000 inwoners in 1940; 88.000
thans) en de intensivering van de gemeentelijke bestuurstaak in
laatste decennia hebben geleid tot een aanzienlijke uitbreiding
van het gemeentelijke apparaat. De te verwachten ontwikkeling zal
stellig een verdere vergroting van dat apparaat meebrengen. Het
spreekt vanzelf, dat de huisvesting van het bestuur van de gemeen]
te en van het in het stadhuis ondergebrachte deel van bedoeld ap
paraat -d.w.z. de secretarie- aangepast moet worden aan de eisen,
die de zoeven aangeduide ontwikkeling stelt. Tot nu toe zijn en
worden daartoe steeds ten aanzien van 'zowel de huisvesting van de
secretarie als die van het bestuur (o.m. wethouderskamers) - in dl
gegeven omstandigheden nog wel aanvaardbare, maar zeker niet be
vredigende -noodoplossingen gevonden. Het laat zich nu al weer
aanzien, dat binnenkort weer verdere uitwegen voor de oplossing va
acute huisvestingsproblemen moeten worden gevonden. Wij achten hei]
noodzakelijk, dat op een (meer) integrale en definitieve wijze
wordt voorzien in de toenemende behoefte aan ruimte.
Dit kan op twee manieren gebeuren:
1e. door verbouwing en uitbreiding van het huidige stadhuis;
2e. door de bouw van een geheel nieuw stadhuis elders in de ge
meente
Wij willen vooropstellen, dat, wanneer dit vraagstuk enkel zou
worden benaderd uit een oogpunt van efficiency voor het gemeente
lijk "bedrijf", naar onze mening de voorkeur zou moeten worden geJ
geven aan de bouw van een nieuw stadhuis op een terrein van vol
doende grootte elders in de gemeente, waar alle mogelijkheden open
staan. Maar naast dit efficiency-aspect moeten naar onze overtui
ging ook andere overwegingen in de beschouwing worden betrokken.
De verantwoordelijkheid van het gemeentebestuur beperkt zich immer
niet tot het zo economisch mogelijk laten functioneren van het be-
stuurs- en administratieve apparaat. Er zal o.m. ook gelet moeten
worden op het effect, dat enerzijds verplaatsing en anderzijds
handhaving op de tegenwoordige plaats van het stadhuis in breder
verband heeft. Daaruit resulterende argumenten kunnen zakelijke,
rationele zijn.
Wij willen trachten aan te geven wat naar ons gevoelen in
breder verband, als hierboven aangeduid, voor handhaving van het
stadhuis (met verbouwing en uitbreiding) op zijn tegenwoordige
plaats pleit. Daarin liggen eigenlijk meteen ce nadelen van de
tweede hierboven genoemde mogelijkheid besloten.
a. Het representatieve element:
Het representatieve gedeelte van het huidige stadhuis is van grote
architectonische en kunsthistorische betekenis. Nieuwbouw elders
zou naar onze mening de mogelijkheid uitsluiten dit meest waarde
volle gedeelte overeenkomstig zijn oorspronkelijke bestemming te
blijven gebruiken, (wij komen daarop hierna onder II nog terug).
Prijs geven van dit bouwwerk als stadhuis zou betekenen, dat er
een nieuwe bestemming voor moet worden gevonden. Het zou niet een
voudig zijn een bestemming te vinden, die recht doet aan de fraaie
inrichting van sommige vertrekken van dit gebouw en die tevens
ook in de toekomst de publieke toegankelijkheid ervan zou 'waarbor
gen. In elk geval zou dit monumentale gebouw een ernstig functie
verlies ondergaan, dat niet zou nalaten zijn invloed op de his
torisch van betekenis zijnde (en nog steeds aanwezige), sfeer- en
stijlvolle omgeving (Gouverneursplein, Hofplein en Raadhuisplein)
te doen gelden. Men moet daarbij bedenken, dat wat de ene stad van
de andere onderscheidt in het algemeen niet is het karakter van de
buitenwijken, van de nieuwere stadsdelen, maar gevormd wordt door
de eigen aard, de sfeer van de binnenstad met de daarin aanwezige
monumentale en functionele elementen. Als zodanig moet ongetwijfeld
het stadhuis worden aangemerkt, echter niet enkel als gebouw,
doch met name ook in zijn functie van zetel van het stadsbestuur.
bHet stedebouwkundige element:
Behalve de belangen, die gemoeid zijn met de nandhaving van het
stadhuis op deze plaats op zich zelf,staan er ook -zoals gezegd-
andere, verder reikende op het spel. Het stadhuis is immers -zoals
hierboven ook al opgemerkt- tot nog toe tevei.s een onderdeel van
het stadscentrum. Het naar buiten brengen var een belangrijk ele
ment uit het stadscentrum met zijn verwevenheid en samenhang van
functies kan niet ongestraft geschieden. Het doet schade aan de