No. 2006.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN
Gelezen de desbetreffende verzoekschriften van de na te noemen
schoolbesturen;
gelet op het advies van Burgemeester en Wethouders van 7 februari
1968 (bijlage no. 77);
mede gelet op het bepaalde in artikel 101 bis der Lager-onderwijs-
wet 1920;
BESLUIT:
voor het tijdvak van 1 januari tot en met 31 juli 1968:
I. het getal wekelijkse lesuren, gedurende hetwelk aan de openbare
scholen voor voortgezet gewoon en uitgebreid lager onderwijs
vakonderwijs zal worden gegeven, vast te stellen op resp. 4 17/42
en 4. 95/252;
II. op de vergoeding, bedoeld in artikel 101 bis, derde lid, der Lager-
onderwijswet 1920, de volgende voorschotten te verlenen:
a. aan het bestuur van de Rooms-Katholieke Schoolvereniging, alhier,
ten behoeve van het uitgebreid lager onderwijs 7*200,--;
b. aan het bestuur van het St. Luc ia-Ge s t iehtte Bennebroelc, ten
behoeve van het uitgebreid lager onderwijs ae.n haar school aan de
Grote Kerkstraat, alhier, ƒ18.000,--;
c. aan het bestuur van de Vereeniging voor Christelijk Schoolonder
wijs, alhier, ten behoeve van het voortgezet gewoon lager onder
wijs 30.000,-- on ten behoeve van het uitgebreid lager onderwijs
34*000,—;
d. aan het bestuur van de Vereniging tot Stichting en Instandhouding
van Scholen met de Bijbel te Huizum, ten behoeve van het uitge
breid lager onderwijs 18.000,--;
e. aan het bestuur van de Vereniging ter bevordering van schoolonder
wijs naar de leer der Gereformeerde Kerken in Nederland, gevestigd
te Leeuwarden, ten behoeve van het uitgebreid lager onderwijs
600,
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Vaststellen kostenbodrag ex artt. 186, 1e lid en 189, 5e lid, van het Besluit
buitengewoon onderwijs 1967, verzoek ex art. 188, 1o lid, van dat Besluit en
toekennen voorschotten op do exploitatievergoeding aan bijzondere scholen voor
b.o., alles voor 1968.
Bijlage no. 78 Leeuwarden, 7 februari 1968.
Aan de Gemeenteraad.
Ingevolge het eerste lid van artikel 186 van het Besluit buitengewoon on
derwijs 1967 moot de Gemeenteraad vóór 1 maart van elk jaar vaststellen liet
bedrag, dat per leerling van elke soort van do in dit besluit genoemde en in
de gemeente bestaande scholen en daarmede gelijk te stollen afdelingen in dat
jaar beschikbaar wordt gesteld ter bestrijding van de kosten, bedoeld in arti
kel 55, onder c tot en met h en p, der Lager-onderwijswot 1920, alsmede van
die van instandhouding. Dit bedrag vormt dan tevens do grondslag voor do ex
ploitatievergoeding aan de bijzondere scholen en afdelingen van dezelfde soort.
Indien een schoolgebouw in bruikleen wordt gegeven, ontvangt een school
bestuur goen vergoeding van de kosten van instandhouding, aangezien de onder
houdskosten van deze schoolgebouwen rechtstreeks ton laste van de gemeente ko
men. Dit is het geval mot enkele lokalen van het aan de gemeente toebehorend
schoolgebouw aan do Spoelmansstraat no. 1, welke aan het bestuur van de Stich
ting tot oprichting en instandhouding van één of moor Christelijke scholen voor
buitengewoon lager onderwijs voor Leeuwarden en omgeving ten behoeve van zijn
school voor imbeciele kindoren in bruikleen zijn afgestaan, en met het door
do gomeento aan de Stichting voor Rooms-Katholick buitengewoon lager onder
wijs in de dekenaten Loeuwarcn, Sneuk en Hooronvoen in bruikleen afgestaan
noodschoolgebouw aan de Badweg no. 8-11, waarin oen gedeelte van haar school
voor debiele kindoren is ondergebracht.
Do kosten van hot openbaar buitengewoon onderwijs voor 1968 zijn opgeno
men in bijgevoegde specificaties, waarvan do cijfers ontleend zijn aan do
ontwerp-gomcentübegroting voor 1968
Op grond van het te verwachten aantal leerlingen van de openbare scholen
en afdelingen dient het voor 1968 per leerling beschikbaar'te stollen bedrag
te worden vastgesteld op
a* 31*930,--: 85 leerlugen is 375,65 voor do kcrnafdeling van do school
voor debiele kinderen;
b. 26.345,--: 85 leerlingen is 309,94 voor dezelfde afdeling, maar zondor
do kosten van instandhouding';
o* 8.747,50 20 leerlingen is 437,38 voor de afdeling voor voortgezet
buitengewoon onderwijs voor 'jongens van do school voor debielo kinderen;
d* 9*942,50 20 leerlingen is 497,12 voor do afdeling voor voortgezet
buitengewoon onderwijs voor meisjes van de school voor debiele kindor.en;
e. 40.500,-- 45 leerlingen is 900,-- voor de school voor imbeciele
kinderen
f. 31*600,-- 45 leerlingen is 702,22 voor dezelfde school, maar zondor
de kosten van instandhouding;
gf 72*620,-- 95 leerlingen is 764,42 voor de kernafdeling van de school
voor kinderen met leer- en opvoedingsmooiijkhodon
h. 7*690,15 leerlingen is 512,67 voor do afdeling voor onaangepaste
kleuters van laatstgenoemde school, en
i. 5*425,-- 20 leerlingen is 271,25 voor de klas voor woonwagenkamp-
kinderon
V/at betreft do gemeentelijke school voor schipperskinderen zijn wij van
oordeel, dat deze school met over 1967 gemiddeld 14 7/8, afgerond 15 'leerlin
gen, door dit lage aantal in bijzondere omstandigheden verkeert. Wij menen,
dat de cijfers in bijgevoegd overzicht voor de schippersschool opgenomen, op
zichzelf aanvaardbaar zijn, maar dat het geringe aantal leerlingen een oneven
redig hoog bedrag per leerling zou opleveren, n.l. f 3.860,— 15 is
257,33* Bovendien is de mogelijkheid niet uitgesloten, gezien de daling van