No. 4509.
NE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen hot voorstel van Burgemeester en Wethouders van 20 maart
1963 (bijlage no. 159)'
BESLUIT
I. tot restauratie over te gaan van het Waaggebouw overeenkomstig de
bij dit besluit behorende tekeningen-
II. voor de restauratie van hot sub I genoemde object een krediet be
schikbaar te stellen van 280.000,
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter
Secretaris,
Stichting Klinisch-Chemisch Laboratorium Leeuwarden.
Bijlage no. 160. Leeuwarden, 20 maart 1968.
Aan de Gemeenteraad.
Op 23 oktober 1963 besloot U:
I. de gemeente te doen deelnemen in de Stichting Klinisch-Chemisch Labora
torium Leeuwarden
II. de gemeente ten behoeve van het Stadsziekenhuis te doen toetreden tot
de overeenkomst, gesloten tussen de onder I genoemde stichting en een
tweetal in Leeuwarden een ziekenhuis exploiterende instellingen, zoals
die was opgenomen in de bij het raadsbesluit behorende bijlage A:
III. de gemeente borg te doen zijn voor een/zesde gedeelte van al hetgeen
de onder I genoemde stichting op grond van de overeenkomst, vervat in de
bij het raadsbesluit behorende bijlage B, als huurster schuldig mocht
worden aan de Stichting Provinciaal Instituut voor de Volksgezondheid.
De Raad nam weliswaar dit besluit, maar niet dan nadat in zijn verga
dering ernstige kritiek was geoefend op de formulering en de inhoud van de
concepten, die als bijlagen behoorden bij het ontwerp-raadsbesluitdat wij
IJ bij ons voorstel van 10 oktober 1963? bijlage nr. 2995 ter vaststelling hadd
aangeboden. Daarbij toonde de Raad er oog voor te hebben, dat de gemeente
hier - gezien haar ondergeschikte rol in het geheel - niet veel anders kon
doen dan zich bij de grotendeels reeds plaats gehad hebbende gang van zaken
neerleggen. Bij de behandeling in de raadsvergadering lieten wij blijken,
dat ook wij wel bedenkingen hadden tegen bepaalde onderdelen van de gekozen
opzet en formulering, maar niet voldoende in staat waren geweest onze wensen
ingewilligd te krijgen.
Ondanks het feit, dat de Raad overeenkomstig ons voorstel besloot, hebben
wij de in zijn vergadering naar voren gebrachte ernstige en naar ons gevoelen
in het algemeen goed gemotiveerde en gefundeerde kritiek bij een brief van
31 oktober 1963 ter kennis van het bestuur van de Stichting Klinisch-Chemisch
Laboratorium gebracht, waarbij wij een beroep op dat bestuur deden de beide
hierboven onder II en III bedoelde overeenkomsten opnieuw te doen redigeren.
Dat bestuur is daarvoor niet ongevoelig gebleken en heeft nieuwe concepten
doen samenstellen, waarbij met de geuite bezwaren in hoofdzaak rekening is
gehouden
Voordat wij U konden voorstellen te besluiten tot het vervangen van de
destijds aan U voorgelegde ontwerp-overeenkomsten door nieuwe, beter gefor
muleerde bleek echter in de praktijk van de samenwerking van de ziekenhuizen
met de Stichting Klinisch-Chemisch Laboratorium Leeuwarden al weer een ver
andering in de verhoudingen tot stand te zijn gekomen. Aanvankelijk werd er
van uitgegaan, dat de ziekenhuizen zich zouden verplichten hun klinisch-che-
nische onderzoekingen zoveel mogelijk door de stichting te doen verrichten,
maar dat zij daarnaast de mogelijkheid hielden bepaalde onderzoekingen, die
uit medisch-technische overwegingen noodzakelijk in het ziekenhuis zelf zou
den moeten worden verricht, niet aan de stichting op te dragen. Het bleek
naderhand echter wenselijk de afzonderlijke laboratoria in de ziekenhuizen
geheel te integreren in de organisatie en de exploitatie van het klinisch-
chemisch laboratorium. Om deze in de praktijk reeds toegepaste integratie
formeel ook op de juiste wijze te regelen is in de eerste plaats artikel 1
van de nieuwe ontwerp-overeenlcomst tussen de Stichting K.C.L. en de drie zie
kenhuizen gewijzigd.
Daarnaast zal de laboratoriumruimte in het Stadsziekenhuis door de gemeen
te moeten worden verhuurd aan de genoemde stichting en zal de inventaris
van dat laboratorium door de gemeente aan de stichting moeten worden overge
dragen. Een ontwerp van een huurovereenkomst, aan te gaan tussen gemeente en
stichting, is hiervoor opgesteld. De huurprijs is naar de toestand van 1 juni
1965 berekend op 1 44305 Pe^ ja-ar. De inventaris, die voor overdracht in
