Weigering medewerking ingevolge artikel 72 der Lager-onderwijswet 1920
voor de aanschaffing van een televisie-toestel ten behceve van de school
voor gewoon lager onderwijs aan de Carel Fabritiusstran21 (j.W. Friso-
school)
Bijlage no. 252. Leeuwarden, 12 juni 1968.
Aan de Gemeenteraad,
Het bestuur van de Vereniging tot Stichting en InsDsndhouding van
scholen met de Bijbel te Huizum (Fr.), gevestigd te Leeuwarden: heeft IJ
bij brief, ingekomen d.d. 29 februari 1968, verzocht, ingevolge artikel
72 der Lager-onderwijswet 1920, gelden beschikbaar te stellen voor het
aanschaffen -.an een televisietoestel met toebehoren en plaatsing van een
antenne t.b.v. de onder zijn bestuur staande school voor gewoon lagor
onderwijs aan de Carel Fabritiusstraat 21 (J.W. Frisosoncol)
In de toelichting op dit verzoek deelt het bestuur irede, dat het
gaarne wil deelnemen aan het experiment onderwijs-televieie en dat het
daartoe de J.W. Frisoschool heeft uitgekozen. De Stichting Nederlandse
Onderwijs Televisie zal gaarne zien, dat genoemde school aan dit experi
ment deelneemt.
In ons aan U uitgebracht advies van 27 september 1967 met betrek
king tot een soortgelijke aanvraag van de Vereeniging voer Christelijk
Schoolonderwijs t.b.v, de Willem de Zwijgerschoolgaven wij U uitvoe
rige informatie omtrent „de ontwikkeling van de schooltelevisie. De toen
geschets'. situatie is praktisch ongewijzigd en leidt naar onze mening
tot de conclusie, dat de onderwijstelevisie hier te lar.de nog steeds
in een min of meer experimenteel stadium verkeert. De waards van dit
medium voor het gewoon lager onderwijs moet o.i. nog worden bewezen en het
is met name nog de vraag, of televisie in de toekomst niet juist voor
andere takken van onderwijs de meeste betekenis zal hebben.
Ons standpunt, dat op dit moment het nut van schocltelevisie niet
zodanig is, dat daardoor in het algemeen belangrijke kosten van het aan
schaffen en installeren van televisietoestellen op de scholen worden ge
rechtvaardigd, is dan ook nog ongewijzigd.
Hieraan doet niet af de omstandigheid, dat de J.W. Frisos :hooï ..al
kunnen deelnemen aan het onderwijstelevisie-experiment.
Uit een ingesteld onderzoek is ons namelijk gebleken, cat door de Stichting
Nederlandse Onderwijs Televisie geen scholen meer worden aangewezen cm
aan het experiment deel te nemen. Scholen, die zulks verzoeken, worden
echter alsnog ingeschakeld, mits zij aan de voorwaarder van deelneming
aan het experiment kunnen voldoen. Deze voorwaarden omvatten het opstel
len van het televisietoestel in een lokaal, dat een redelijke garantie
biedt voor een adequaat gebruik van de programma's en het na afloop van
elke in de klas gevolgde uitzending inzenden van een geprecodeerde en-
quêtekaart.
Naar onze mening zijn deze voorwaarden zodanig, dat in feite iedere
school, die dit wenst, bij het experiment wordt ingeschakeld, dit in
tegenstelling tot de oorspronkelijke situatie, waarbij de Stichting N.O.T.
na een zorgvuldige voorselectie een beperkt aantal scholen ir. den lande
verzocht aan het experiment deel nemen- In die gevallen heeft de Kroon
uitgesproken, dat door het verlenen van de gevraagde medewerking de nor
male eisen, aan het geven van lager onderwijs te stellen, niet worden over
schreden. (Koninklijke besluiten van 15 juni 1967nr. 53 en 1L juni 19&7
nr. 31).