Instelling van een boekenfonds aan gemeentelijke scholen voor voortgezet onderwijs en het beschikbaarstellen van een krediet daarvoor. Bijlage no. 253» Leeuwarden, 12 juni 1968. Aan de Gemeenteraad. Met ingang van 1 augustus 1968, de datum waarop de Wet op het voortge zet onderwijs in werking treedt, zullen de leerlingen van de- scholen voor l.e.a.o., l.a.v.o. en m.a.v.o. - de huidige scholen voor v.g.l.o. en u.l.o. - de boeken en leermiddelen niet meer gratis van de school in gebruik kunnen ontvangen. De nieuwe wettelijke regeling gaat er namelijk van uit, dat do leerling hiervoor zelf dient zorg te dragen. Een en ander betekent voor de ouders van kinderen, die eer#-van de hier- voor genoemde scholen zullen bezoeken, een nadelige verandering. Teneinde de bezwaren, welke aan de nieuwe regeling zijn verbonden, enigs zins op te vangen, achten wij het gewenst, dat voor het gemeentelijk voort gezet onderwijs een boekenfonds wordt gevormd. De leerlingen kunnen uit dit fonds een boekenpakket in huur ontvangen. De ouders sullen dan niet genood zaakt zijn ineens een aanzienlijk bedrag te besteden, maar kunnen met eon lager huurbedrag volstaan. Het fonds zal geheel "self-supporting" dienon te zijn, daar de gemeente terzake geen uitgaven zal mogen doen, die niet door een bijdrage van de ouders worden gedekt. Het fonds dient naar onze mening uitsluitend betrekking te hebben op de schoolboeken. Atlassen en woordenboekenwaarvan het gebruik zich in de regel over alle klassen van de school uitstrekt, en schrijf- en tekenbehoeften zul len onzes inziens niet onder de werking van het fonds moeten vallen. Deze leermiddelen zullen de leerlingen zelf moeten aanschaffen. Zij blijven dus hun eigendom. Ten aanzien van de werking van het fonds menen wij, dat dit zich dient uit te strekken tot do volgende scholen: a. school voor l.a.v.o. en l.e.a.o. (scholengemeenschap); b. scholen voor m.a.v.o.; c. school voor h.a.v.o. en atheneum (scholengemeenschap); d. gymnasium. Het lijkt ons wenselijk he.t fonds in het algemeen geleidelijk op te bouwen en, behoudens het hierna vermelde ten aanzien van l.a.v.o., m.a.v.o. en l.e.a.o., per 1 augustus 1968 alleen de eerste leerjaren van genoemde scholen eraan te laten deelnemen. Per 1 augustus 1969 kan het tweede leerjaar worden toegevoegd en zo vervolgens. Voor do por 1 augustus a.s. aanwezige klassen "oude stijl", kan de bestaande situatie worden gehandhaafd. Voorzover dit betreft de scholengemeenschap h.a,v0-atheneum en het gymnasium betekent dit geen wijziging. Ook nu moeten de leerlingen van deze scholen zelf voor de boeken zorgen. Anders ligt dit met betrekking tot de leerlingen van de scho len voor l.a.v.o., m.a.v.o. en l.e.a.o. Zij ontvangen tha.ns do boeken van de school gratis. Deze boeken, die eigendom zijn van de school, zullen in hot algemeen gedurende de resterende schooljaren in de hogere klassen, waarin het oude programma wordt afgewerkt, nog dienst kunnen doen. Hev ligt naar onze mening in do rede deze boeken in het fonds in te brengen, zodat do leerlingen niet worden gedwongen tot de aanscha.ffing van nieuwe boeken over te gaan. Het kiezen van deze oplossing zal ook daarom aanbeveling verdienen, daar deze inbreng het mogelijk maakt voor het boekenpakket van do z.g. oude leerjaren een lager huurbedrag in rekening te brengen. In afwijking van de gedachte regelmatige opbouw, zal de werking van' het fonds naar onze mening zich dan ook van do aanvang af dienen uit te strekkon tot alle klassen van de scholen voor l.a.v.o., m.a.v.o. en l.e.a.o. De verhuur vs.n de boeken zal onder bepaa.lde voorwaarden moeten nlaats vinden 7 9

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1968 | | pagina 119