Het enquêteformulier, dat werd toegezonden aan alle bekende belangnebbende
winkeliers (230 in totaal), luidde als volgt:
"Indien de verplichte winkelsluiting op woensdagmiddag na 13 uur wordt op
geheven, waaraan geeft U dan de voorkeur?
a. verplichte sluiting op maandag tot 13 uur;
b. verplichte sluiting op maandag na 13 uur;
c. verplichte sluiting op dinsdag na^13 uur;
d» geen verplichte halvedagsluiting.
De onder a tot en met c genoemde halve dagen zijn, afgezien van de woensdag
middag de enige halve dagen,waarop ingevolge artikel 4 der wet een algemeen
verplichte halvedagsluiting kan worden opgelegd.
Uitgedrukt in procenten werd de volgende voor^keur uitgesproken:
maandagmorgen 16,3 °/n
maandagmiddag 3,9
dinsdagmiddag 7,4 °b
woensdagmiddag 24,8
geen sluiting 1 78
diversen (niet mog. 2,6 cjo
geen antwoord 2?-
Hoewel wij bij de enquête duidelijk de winkelsluiting op woensdagmiddag
hebben uitgesloten, is het opvallend, dat toch ongeveer 1/4 van het aantal
geënquêteerden zich uitspreekt voor handhaving van de woensdagmiddagsluiting.
Verder valt het op, dat voor geen enkel alternatief een duidelijke meerderheid
naar voren is gekomen.
Naar onze mening zijn er nu twee mogelijkheden:
1. de verplichte woensdagmiddagsluiting blijft gehandhaafd of
2. het herhaalde advies van de Kamer van Koophandel wordt gevolgd.
Eén lid van ons college meent op grond van de uitkomsten -.an de
gehouden enquête, dat het huidige winkelsluitingsregime dient te blijven
bes taan.
Rekening houdende met de inhoud van de door de Raad aanvaarde motie
menen de overige leden tnans het advies van de Kamer van Koophandel te
moeten volgen.
Wij geven IJ dan ook in overweging over te gaan tot intrekking van de
Verordening ingevolge artikel 4 van de Winkelsluitingswet >991, zulks over
eenkomstig het hierna afgedrukte ontwerp-besluit.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J.S. Brandsma Burgemeester.
de Jong Secretaris.
No. 8154.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders cl.d. 24 mei
1968 (bijlage no. 237);
gezien de adviezen van do Kamer van Koophandel en Fabrieken voor
Friesland d.d. 16 mei 1967, no. 23-520, 18 september 1967, no. 23-983
en 23 december 1967no. 23-1337;
gelet op artikel 4, tweede lid van de Winkelsluitingswet 19515
BESLUIT:
I. m te trekken de Verordening ingevolge artikel 4 van de Winkelsluiting
wet 1951 (gemeenteblad 1952, no. 21, 1955, no. 14, 1956, no. 16
en 1959, no. 23);
II. te bepalen, dat dit besluit in werking treedt op 1 juli 1968
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.