DERAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Vethov.ders van 15 januar
1969 (bijlage no. 40);
BESLUIT
aar. te kopen van drsA.M. Moester en diens echtgenote G.S.M. Eornmann,
beidon wonende te Leem/arden, Groningerstraatweg 211, hot perceel grond
gelogen nabij de Groningerstraatweg, kadastraal bekend gemeente Leeuwaï
den, sectie H, no. 1051, groot 355 ca., welk perceel op de bij dit be
sluit behorende tekening roodgekleurd is aangegeven, voor een koopsom
van 5250,en voorts onder de volgende bedingen:
1de grond wordt overgedragen met alles wat daarop of daarin aanwezig
is en met alle daarop rustende erfdienstbaarheden en lasten en daar
aan verbonden rechten, doch vrij van huur of po.cht en hypotheek;
2. de levering en de betaling geschieden op de dag van het verlijden
do akte van overdracht;
3. de gemeente is ingaande 29 januari 1969 tot de datum van het verlij
den van de akte van overdracht, aan de verkopers over de koonsom
een rente verschuldigd, berekend naar 5^ per jaar,
4. van de levering af komen alle zakelijke lasten en belastingen, well:
van het over te dragen perceel worden geheven, voor rekening van de
gemeente Leeuwarden;
5. zoura aan het gekochte perceel door do gemeente de bestemming wordt
gegeven .als waarvoor doze aankoop geschiedt, zullen door en op kostoi
van de gemeente al die voorzieningen worden getroffen, welke een gooi
waterafvoer waarborgen van het gedeelte erf van het aan de verkopers
verblijvende perceel, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sectie
II, no. 928;
6. de verkopers zijn tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die
we gons uitwinning;
partijen doen afstand van het recht tot het vragen van ontbinding,
al j oaoeld in de artikelen 1302 en 1 3035 van het Burgerlijk Wetboek;
8. de rosten /an overdracht komen voor rekening van de gemeente Leeu-
warden
het onder r bedoelde perceel onder te brengen in het Grondbedrijf.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter,
Secretaris.
Exploiteren autubusstation aan de Zuidersingel,
Bijlage no. 41
Leeuwarden, 15 januari 1969'
Aan de Gemeenteraad.
In 1949 werd tussen de gemeente en de N.V. Nederlandse Spoorwegen een
overeenkomst gesloten inzake het stichten en exploiteren van een autobussta
tion op een aan de N.S. in eigendom toebehorend terrein aan de Zuidersingel,
alhier. Deze overeenkomst, die vrij voor U ter inzage hebben gelegd, gold tot
31 december 1968zodat terzake een nadere regeling dient te worden getroffen.
Wij zijn hieromtrent met de N.S. in onderhandeling getreden teneinde, mede in
verband met het feit, dat is gebleken, dat het tegenwoordige stationsgebouw
(het vroegere tramstation) niet meer voldoet aan de eisen, welke ook door het
reizend publiek aan een dergelijke accommodatie worden gesteld, te komen tot
een moderner aanpak van deze aangelegenheid. Deze onderhandelingen zijn nog
niet beëindigd, doch wij menen te mogen verwachten, dat zij in de loop van dit
jaar kunnen worden voltooid, zodat wij in ieder geval voor 1970 nadere voor
stellen hieromtrent tot U kunnen richten.
In verband met het vorenstaande hebben wij aan de N.S' voorgesteld de be
staande regeling voorlopig voor één jaar te continueren. Van de zijde van de
N.S. blijkt daartegen in principe geen bezwaar te bestaan. De uit een derge
lijke gang van zaken voortvloeiende consequenties met betrekking tot verschil
lende in de thans beëindigde overeenkomst voorkomende bepalingen zullen echter
nog nader moeten worden bezien. Verwacht mag worden dat deze consequenties
ongeveer gelijk zullen zijn als die, welke voortvloeiden uit de thans verval
len overeenkomst. V/ij stellen U daarom voor te besluiten tot het aangaan van
een overeenkomst met de N.S. inzake het verlengen van de eerderbedoelde over
eenkomst, tot 1 januari 1970» onder nader door ons college in overleg met de
N.S. te bepalen voorwaarden.
Het recht tot het exploiteren van de buffetten in het autobusstation aan
de Zuidersingel werd bij Uw besluit van 18 augustus 1965 voor het tijdvak van
1 september 1965 tot 1 januari 1969 verleend aan de heer M. Boelens, Stations
weg 10 alhier, voor een som van 16.952,-- per jaar en verder onder de voor
waarden en bepalingen, zoals die zijn opgenomen in het ter inzage gelegd con
tract.
Het spreekt vanzelf, dat in afwachting van het tot standkomen van een
nieuwe regeling ook de exploitatie van de buffetten in het autobusstation
dient te worden voortgezet. V/ij hebben de heer Boelens bereid gevonden zulks
op zich te nemen tot 1 januari 1970» indien de door hem aan de gemeente ver
schuldigde vergoeding wordt bepaald op 10.000,per jaar en indien het
recht overigens wordt verleend onder de voorwaarden en bepalingen, opgenomen
in de voor U ter inzage gelegde ontwerp-overeenkomst. V/ij mogen U kortheids
halve naar de inhoud van deze overeenkomst verwijzen. De inhoud daarvan is
praktisch gelijk aan die van de overeenkomst, welke tot 1 januari 1969 van
kracht was.
V/ij achten een tijdelijke oplossing als hierbovenbedoeld voor de gemeente
aanvaardbaar. Ook kunnen wij ons verenigen met de lagere vergoeding, die op het
zelfde peil ligt als vóór 1 september 1965* Het bleek niet mogelijk voor deze
korte termijn en met de huidige, wel zeer eenvoudige accommodatie een hoger
bedrag te bedingen.
Onder mededeling, dat de Financiële Commissie niet kon worden gehoord,
geven wij U in overweging te besluiten overeenkomstig het hierbij gevoegde
ontwerp
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J.S. Brandsma Burgemeester,
de Jong Secretaris.
