A
Vestiging supermarket Albert Heijn N.V.
Bijlage no. 43 Leeuwarden, 17 januari 1969.
Aan de Gemeenteraad.
Zoals wij reeds meedeelden in antwoord op vragen van het lid van Uw
Raad, de heer J.T. Velienga, zoekt Albert Heijn N.V. reeds jaren naar een
geschikt terrein in Leeuwarden voor de vestiging van een grote supermarket.
Een dergelijke vestiging zou niet het karakter moeten krijgen van een wijk-
vo-orziening maar veeleer moeten worden beschouwd als een koopcentrum voor
totaal Leeuwarden en eveneens voor de inwoners van omliggende gemeenten. Met
het oog op dit karakter van de vestiging is steeds gezocht naar een terrein,
dat gemakkelijk te vinden en bovendien vlot bereikbaar zou zijn- Ligging van
het terrein aan of zeer nabij de ringweg werd daarom gewenst geacht.
Albert Heijn N.V. heeft over deze aangelegenheid besprekingen met ver
tegenwoordigers van onze gemeente gevoerd. Uiteindelijk hebben deze bespre
kingen geresulteerd in een toezegging onzerzijds dm na te gaan öf 'het moge
lijk zou zijn onder bepaalde voorwaarden medewerking te verlenen aan de ves
tiging van een grote supermarket met een vloeroppervlakte van ongeveer 2500
m2 op het terrein, gelegen ten zuiden van de prof. mr. P.S. Gerbrandyweg en
nabij het Vrijheidsplein. Deze voorwaarden zouden onder andere betrekking moe
ten hebben op het stedebouwkundige aspect, op de te verwachten verkeerssi
tuatie en op het ter beschikking stellen aan de gemeente van het terrein van
de voormalige Nieuwe Doelen aan de Voorstreek.
Bij de nadere beschouwing van het stedebouwkundige aspect hebben wij
uiteraard in do eerste plaats nagegaan welke gevolgen de vestiging van een
dergelijke grote supermarket zou hebben op de in de wijken Bilgaard en Lekku-
nerend geprojecteerde wijkvoorzieningen. V/ij zouden het namelijk bepaald on
juist vinden, wanneer deze wijkvoorzieningen achterwege zouden blijven of een
kwijnend bestaan zouden gaan lijden tengevolge van een vestiging van een
koopcentrum ten zuiden van de Gerbrandyweg. Dat een dergelijk koopcentrum in
vloed zoxi hebben op de omzet van de wijkvoorzieningen stond bij voorbaat
vast, doch zulks zou naar onze overtuiging eveneens het geval zijn wanneer
een grote supermarket op een andere plaats in de stad gevestigd zou worden.
Wanneer zou mogen worden verwacht, dat deze invloed bij vestiging van Albert
Ileijn N.V. aan de Gerbrandyweg van beperkte mate zou zijn en dus vast zou
staan, dat de in de wijken Bilgaard eh Lekkumerend geplande wijkvoorzieningen
inderdaad tot stand zouden komen c-n zouden kunnen floreren, zou vestiging
van de onderhavige supermarket naar onze mening in de planologische opzet
van het noordelijk gedeelte van de stad kunnen worden ingepast. Om terzake
een standpunt te kunnen bepalen hebben wij de Stichting Het Ncderlandsch
Economisch Instituut te Rotterdam verzocht ons in deze van advies te dienen.
In dit advies, dat voor U ter inzage is gelegd, wijdt het Instituut afzon
derlijk aandacht aan het wijkcentrum voor Bilgaard en aan dat voor Lekkumer
end. Voor Bilgaard komt het Instituut tot de conclusie, dat de vestiging van
een grootwinkelbedrijf met een vloeroppervlak van circa 2300 m2 ten zuiden
van de ringweg wel van invloed zal zijn op de omzetten in het winkelcentrum
Bilgaard, doch dat deze invloed, gezien het karakter van deze vestiging,
niet meet worden overschat. Daar zou nog bijkomen, dat de geplande vloeropper
vlakte van 5000 m2 van het wijkcentrum Bilgaard aanzienlijk geringer is dan
de door het N.E.I, Gerekende van 6000 ti 6500 m2. Bovendien achten wij de in
Bilgaard geprojecteerde wijkvoorziening zo centraal en zo gunstig in de wi jk
gesitueerd, dat de aantrekkelijkheid daarvan moeilijk kan worden aangetast
door een supermarket, die op redelijke afstand en bovendien aan de andere
zijde van de drukke' ringweg zou worden gesticht.
