12 - b. op een open erf of' plaats of in een tuin op tenminste 2 meter afstand van gebouwen; c. in een schuur, die op tenminste 2 meter afstand van andere gebouwen is gelegen d. in een schuur, die door brandwerende constructies is afgescheiden van aangrenzende ruimten en waarvan de toegang vanuit een andere ruimte is afgesloten door een brandwerende deur; e. in een zogenaamde box, deel uitmakende van een woning of woningblok, die door brandwerende constructies is afgescheiden van andere ruimten en waar van de toegang is afgesloten door een brandwerende deur; f. op een plat of een balcon, mits het plat of de vloer van het balcon brand werend is, op tenminste 2 meter afstand van een op dezelfde hoogte liggen de ruimte in een gebouw; g. op een plat of een balcon binnen een afstand van 2 meter van een op de zelfde hoogte liggende ruimte in een gebouw, mits het plat of de vloer van het balcon brandwerend is en de scheiding tussen de ruimte in het gebouw en het plat of het balcon wordt gevormd door een brandwerend muur gedeelte, waarvan de oppervlakte tenminste gelijk is aan de loodrechte projectie van het opgestelde vat op die scheiding; h. in een uitsluitend daarvoor bestemde bergruimte, waarvan de vloer, de wanden en de afdekking brandwerend zijn en de toegang is afgesloten door een brandwerende deur. De eigenaar or gebruiker is verplicht er zorg voor te dragen, dat de opslag plaats vindt in goed gesloten vaatwerk, bestemd tot berging van maximaal 200 liter vloeistof. Artikel 36» De in de artikelen 36 en 37 vervatte verboden gelden niet, indien bedoelde vloeistoffen tot ten hoogste 5 liter worden geborgen in goed gesloten fles sen, bestemd tot berging van ten hoogste 1 liter vloeistof, en in dezelfde ruimte gezamenlijk worden opgeslagen. In afwijking van het bepaalde in artikel 2, vierde lid, geldt voor de toepas sing van de artikelen 36 en 37» hat elke liter benzine wordt vervangen door slechts één liter petroleum of stookolie. Het is verboden vaatwerk, waarin vloeistoffen, als bedoeld in de artikelen 36 en 37, zijn geborgen, op elkaar te plaatsen en zodanig op te stellen dat er gevaar van rollen of ontvallen bestaat. Bij opslag van de in de artikelen 36 en 37 bedoelde vloeistoffen in vaatwerk bestemd tot berging van meer dan 20 liter vloeistof, anders dan op een open erf of plaats of in een tuin, moeten maatregelen worden getroffen, dat geen vloeistof naar een aangrenzende ruimte of naar een lager gelegen verdieping of in afvoerleidingen kan vloeien. Het is verboden een vat met een inhoud van meer dan 20 liter van een peilgla te voorzien. Het is verboden vaatwerk te openen, waarin benzine aanwezig is of is geweest en een zodanige vloeistof over te tappen anders dan in de buitenlucht en in ruimten, die in ruime mate op de buitenlucht geventileerd zijn. Het is verboden daarbij te roken en open vuur of kunstlicht te gebruiken. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen, waaraan vaatwerk, als in bet derde lid bedoeld, de opstelling daarvan en de olielei ding, die een dergelijk vaatwerk met een haard of kachel verbindt, moeten voldoen. Je verpakkingsmiddelen van bra.-.dbare vloeistoffen moeten deugdelijk zijn. Behoudens gedurende het vullen en ledigen van de verpakkingsmiddelen moeten de vul- en aftapopeningen daarvan op deugdelijke wijze luchtdicht zijn af gesloten; de verpakkingsmiddelen moeten steeds zodanig zijn geplaatst, dat de vulopening naar boven is gekeerd.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1970 | | pagina 209