-6-
Hoofdstuk 6.
De voorzitter.
Artikel 22.
1. Het algemeen bestuur kiest de voorzitter en de tweede voorzitter
van het automatiseringscentrum uit de leden van het algemeen be
stuur, die niet zijn ambtenaar, vanwege het bestuur van een deel
nemende gemeente aangesteld of daaraan ondergeschikt. Het tweede
en derde lid van artikel 25 van de gemeentewet zijn van overeen
komstige toepassing.
2. Bij verhindering of ontstentenis van de voorzitter treedt als zo
danig op de tweede voorzitter en bij verhindering of ontstentenis
ook van de tweede voorzitter een ander lid van het dagelijks be
stuur, door dat college aan te wijzen.
3. De voorzitter van het automatiseringscentrum is voorzitter van het
algemeen bestuur en van het dagelijks bestuur.
Artikel 23.
1. De voorzitter is belast met de leiding van de vergaderingen van het
algemeen bestuur en het dagelijks bestuur.
2. Hij draagt zorg voor een spoedige afdoening van zaken.
3. Hij tekent de stukken, die van het algemeen bestuur en van het da
gelijks bestuur uitgaan.
4. De voorzitter vertegenwoordigt het automatiseringscentrum in en
buiten rechte. Indien hij behoort tot het bestuur van een deelnemen
de gemeente, die partij is in een geding, waarbij het automatise
ringscentrum betrokken is, vertegenwoordigt een ander, door het
dagelijks bestuur van het automatiseringscentrum aan te wijzen lid
van dat college, het automatiseringscentrum in rechte.
5. Hij, die het automatiseringscentrum overeenkomstig het vorige lid
vertegenwoordigt, kan die vertegenwoordiging aan een door hem aan
te wijzen gemachtigde toevertrouwen.
6. De voorzitter en de tweede voorzitter hebben aanspraak op vergoeding
van kosten, volgens regelen door het algemeen bestuur te stellen.
7. Indien het algemeen bestuur daartoe besluit, geniet de voorzitter
een vergoeding volgens door het algemeen bestuur te stellen regelen.
Hoofdstuk 7.
De secretaris en de penningmeester.
Artikel 24.
1. Het dagelijks bestuur kiest uit zijn midden een secretaris en een
tweede secretaris.
2. De secretaris wordt bij verhindering of ontstentenis vervangen door
de tweede secretaris en bij verhindering of ontstentenis ook van de
tweede secretaris door een ander lid van het dagelijks bestuur, door
dat college aan te wijzen.
3. Door hem worden alle stukken, die van het algemeen bestuur of het
dagelijks bestuur uitgaan, mede ondertekend.
Artikel 25.
1. Het dagelijks bestuur kiest uit zijn midden een penningmeester.
2. De penningmeester wordt bij verhindering of ontstentenis vervangen
op de door het dagelijks bestuur te bepalen wijze.
3. De penningmeester is onder toezicht van het dagelijks bestuur ver
antwoordelijk voor de gehele financiële administratie en het jaar
lijks daaruit opmaken van de rekening van baten en lasten over het
afgelopen jaar.
-7-
Hoofdstuk 8.
De directeur.
Artikel 26.
1. Het algemeen bestuur beslist omtrent benoeming, schorsing en ont
slag van de directeur van het automatiseringscentrum. In een spoed
eisend geval kan het dagelijks bestuur tot schorsing overgaan. Deze
schorsing vervalt, wanneer het algemeen bestuur haar niet in zijn
eerstvolgende vergadering bekrachtigt.
2. Het algemeen bestuur stelt voor de directeur een instructie vast.
Hoofdstuk 9.
De administrateur.
Artikel 27.
1. Het algemeen bestuur beslist omtrent benoeming, schorsing en ontslag
van de administrateur van het automatiseringscentrum. Artikel 26,
eerste lid, tweede en derde volzin, is van overeenkomstige toepas
sing.
2. Het algemeen bestuur stelt voor de administrateur een instructie
vast
Hoofdstuk 10.
De rechtspositie van het personeel.
Artikel 28.
1. De algemene vergadering regelt de bezoldiging van de directeur, de
administrateur en de overige ambtenaren van het automatiserings
centrum, alsmede van het personeel van het automatiseringscentrum,
werkzaam op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht.
2. De algemene vergadering stelt overeenkomstig het bepaalde in de ar
tikelen 125 en 134 van de Ambtenarenwet 1929 reglementen vast ten
aanzien van de rechtspositie van de directeur en de administrateur
en het overige personeel van het automatiseringscentrum.
3. Zolang de algemene vergadering aan het bepaalde in het eerste en het
tweede lid niet heeft voldaan zijn in zoverre de regelen, welke zijn
of zullen worden vastgesteld voor het personeel in dienst van de
gemeente Groningen, van toepassing op het personeel in dienst van
het automatiseringscentrum. Alsdan treden de overeenkomstige organen
en functionarissen van het automatiseringscentrum op daar, waar
organen en functionarissen van de gemeente Groningen zijn genoemd.
Hoofdstuk 11.
Financiële bepalingen.
Artikel 29.
1. De algemene vergadering stelt voorschriften vast terzake van het
geldelijk beheer en de boekhouding.
2. Ten aanzien van de controle op het geldelijk beheer en de boekhou
ding zijn de artikelen 265 bis tot en met 265 sexsies van de gemeente
wet van overeenkomstige toepassing.
Artikel 30.
1. Het dagelijks bestuur maakt jaarlijks een ontwerp-begroting op. De
ramingen in de ontwerp-begroting worden behoorlijk toegelicht.
2. De ontwerp-begroting wordt tijdig voor de vergadering, waarin zij
zal worden behandeld, aan de colleges van burgemeester en wethou
ders van de deelnemende gemeenten toegezonden.
3. In de begroting wordt aangegeven de naar raming door elke deelnemer
voor het jaar, waarop de begroting betrekking heeft, verschuldigde
bijdrage