4. Do raad benoemt de leden van de secties op a.anbeveling van de in het
tweede lid van dit artikel bedoelde organen en instellingen voor do
tijd van ten hoogste vier jaar. Aftredende loden kunnen terstond wor
den herbenoemd.
- 2 -
Go. 3os loden, voorgedragen door do gezamenlijke "besturen van del]
instellingen voor algemeen maatschappelijk werk.
4« Aan de werkzaamheden van de raad nemen als adviseurs deel;
a. twee door burgemeester en wethouders aangewezen deskundigen; i)
b. andere personen, die daartoe door do raad zijn uitgenodigd.
5. De loden als bedoeld in het derde lid, onder c, van dit artikel worl
do n benoemd door de gemeenteraad op voordracht van de desbetref fcnl
organen 011 instellingen of groepen van organen en instellingen. In
dien bedoelde voordracht niet geschiedt binnen een door burgemeestel
en wethouders gestelde termijn, worden deze leden benoemd door de
gemeenteraad op aanbeveling van burgemeester en wethouders, gehoord!
de raad.
Artikel 2.
1. De leden treden af:
a. voor zover zij lid van de gemeenteraad zijn, op het tijdstip,
dat zij aftreden als raadslid en
b. voor zover zij geen lid van de gemeenteraad zijn, op hot tijdsti;
waarop de periodieke aftreding van de leden van de gemeenteraad I
plaats heeft.
2. Hot lidmaatschap van de raad kan te allen tijde op eigen verzoek
worden beëindigd. Dit verzoek wordt schriftelijk bij burgemeester c:
wethouders ingediend.
3. Voor een lid als bedoeld in artikel 1, derde lid, onder c, eindigt
het lidmaa.tsc3.iap van de raad in elk geval:
a. wanneer dit lid, uitgezonderd een vertegenwoordiger van een bo-
jaardenbond of -sociëteit, de 70-jo.rige leeftijd hoeft bereikt;
b. wanneer dit lid de functie of kwaliteit niet meer bekleedt, res
pectievelijk bezit, uit hoofde waarvan het in de raad is benoendj
c. wanneer het orgaan of do instelling, op voordracht waarvan hot
is benoemd, verklaart dat het niet meer als zijn c.q. haar ver
tegenwoordiger kan worden beschouwd.
Artikel 3-
1De raad benoemt uit zijn midden een voorzitter en twee vico-voor-
zitters, dio tezamen het presidium van de raad vormen. liet door bur
gemeester en wethouders uit hun midden aangewezen lid kan geen deel
uitmaken van het presidium.
2. Onder verantwoordelijkheid van de raad berust de dagelijkse leiding
van en hot dagelijks toezicht op do werkzaamheden van do raad bij
het in het eerste lid van dit artikel bedoelde presidium.
Artikel 4°
1Als secretaris van de raad treedt op oen door burgemeester en wet
houders aangewezen ambtenaar. Deze aanwijzing behoeft de instemming
van de raad. Burgemeester en wethouders regelen de vervanging van de
secretaris, indien deze verhinderd is alszodanig op te treden.
Do secretaris is geen lid van de raad.
2. Do secretaris is belast met alle dagelijkse werkzaamheden, die uit
de taken van de raad voortvloeien.
1) Gedacht wordt aan een artsdeskundig op hot gebied van de be jaardeel
zorg en een functionaris van de Gemeentelijke Sociale Dienst.
Artikel 3«
1. Als taken vo.11 de raad worden aangemerkt:
A. 1. het instellen of doen instellen van onderzoekingen en hot be
studeren van vraagstukken, die verband houden met het bojaar-
donwerk in de gemeente;
2. het coördineren, stimuleren en aktiveren vc.n voorzieningen of
vormen van dienstverlening net betrekking tot het bojaardon-
werk;
5. hot uitbrengen van adviezen - desgevraagd of uit eigen beweging-
aan organen, instellingen 011 personen, die op het terrein vo.:n
hot bejaardenwork in de gemeente werkzaam zijn;
B. het schriftelijk uitbrengen van adviezen - desgevraagd of uit
eigen beweging - aan de gemeenteraad of burgemeester en wet
houders over alle zaken, die het gemeentelijk bejaardenbeleid
betreffen.
Artiokel C.
1De raad kan zich bij do vervulling van de hem opgedragen taken doen
bijstaan door secties voor doelgebieden (hierna te noemen "secties")
en commissies voor bepaalde doeleinden (hierna te noemen "commissies")
2. Het voorzitterschap van de secties en van de commissies wordt bij
voorkeur bekleed: a. door een dooi1 de raad in overleg met de betref
fende sectie of commissie uit zijn midden aan
gewezen lid of
b. door een door de raad in overleg met de betref
fende sectie of commissie aangewezen adviseur,
als bedoeld in artikel 1, vierde lid.
3. De raad wijst de organen en instellingen dan wel groepen van orga
nen en instellingen aan, die voor vertegenwoordiging in een sectie
in aanmerking komen.
De raad kan op grond van gewijzigde omstandigheden of verhoudingen
eon eonmaal gedane aanwijzing als bedoeld in dit artikellid introk
ken
De raad gaat niet eerder tot oen zodanige intrekking over dan nadat
hot betrokken orgaan of de betrokken instelling is gehoord.
5- Hot lidmaatschap van een lid van een sectie eindigt in elk geval op
hot tijdstip, waarop de raad de in het tweede lid van dit artikel
bedoelde aanwijzing intrekt van het orgaan of de instelling, dat c.q.
die door dat lid wordt vertegenwoordigd, of wanneer het betrokken
orgaan of de betrokken instelling verklaart, dat het op zijn c.q.
haar aanbeveling benoemd lid niet neer als zijn c.q. haar vertegen
woordiger kan worden beschouwd.
6. Ier vervulling van elke vacature, die in de sectio hetzij door perio
dieke aftreding hetzij op andere wijze ontstaat, verzoekt de raad
het betrokken orgaan of de betrokken instelling zo spoedig mogelijk
oen aanbevoling in te dienen.
7. Hij, die ter vervulling van c-on andere dan door periodieke aftreding
opengevallen plaats in een sectio is benoemd, treedt af op hot tijd
stip, waarop degene, in wiens plaats hij is benoemdzou zijn afge
treden