Vaststelling kostenbedrag als bedoeld in artikel 55"ter, 1e lid, van de Lager-
onderwi jswet 1920, verhoging kostenbedrag ex artikel 55 his en aanvullende
exploitatie-kostenvergoedingen aan besturen van bijzondere scholen, alles
betreffende het gewoon lager onderwijs over 1968.
Bijlage nr. 258. Leeuwarden, 4 augustus 1971
Aan de Gemeenteraad.
Ingevolge artikel 55"ter, eerste lid van de Lager-onderwijswet 1920
moet de gemeenteraad het bedrag bepalen, dat in 1968 is uitgegeven voor het
openbaar gewoon lager onderwijs.
Tevens moet IJ het bedrag vaststellen, dat voor 1968 met inachtneming van
het werkelijke aantal leerlingen en het ingevolge artikel 55his der wet
per leerling bepaalde bedrag hiervoor is beschikbaar gesteld en, indien deze
bedragen verschillen, het verschil.
Deze voorlopige vaststelling is van belang voor het bijzonder onderwijs;
de vast te stellen bedragen vormen de grondslag voor het bepalen van de aan
de schoolbesturen uit de gemeentekas toekomende exploitatievergoeding.
Aan de hand van de cijfers van de gemeenterekening over 1960 is een
berekening van de werkelijke uitgavenopgezet. Voor een nadere specificatie
verwijzen wij U naar het bijgevoegde overzicht. Na sluiting van de rekening
door Gedeputeerde Staten wordt de voorlopige vaststelling definitief, indien
de betreffende bedragen geen wijziging ondergaan.
Omschrijving van de kosten Bedrag
Instandhouding van gebouwen, terreinen en
gymnastieklokalen 175-308,77
Onderhoud van schoolmeubelen 11 3- 033,34
Verlichting, verwarming, schoonhouden en reinigings
rechten 269.503,72
Aanschaf en onderhoud van schoolboeken, leermiddelen
en schoolbehoeften schoolbibliotheek, exclklassi
kale leermiddelen a 150per dorpsschool (de bij
zondere dorpsscholen ontvangen eenzelfde bedrag) 95-489?75
Andere uitgaven ter verzekering van de goede gang
van het onderwijs 11 82.214,71
Totaal 625.550,29
Opbrengst wegens gebruik lokalen voor andere doeleinden 886,05
Netto-kosten 624.664,24
Het krachtens artikel 55bis van de Lager-onderwijswet 1920 beschikbaar
gestelde bedrag is voor het jaar 1968 bij Uw besluit van 19 februar: 1968. no
2008 voor het gewoon lager onderwijs vastgesteld op 132,89. Het gemiddeld
aantal leerlingen bedroeg over 1968 4330 5/12Het totaal beschikbaar ge
stelde bedrag, berekend aan de hand van het werkelijke aantal leerlingen
bedroeg over 1968 derhalve 4330 5/12 x 132,89 is 575.469,07.