ïïo. 710 a.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDER
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 19 janu
ari 1J72 (bijlage no. 28);
BESLUIT:
met K.P.G. Bokmawonende te Leeuwarden, Tijnjedijk 72, een overeenkomst
van grondruil aan te gaan, waarbij
a. de gemeente Leeuwarden van K.P.G. Bokma, voornoemd, in eigendom over
neemt een zuidelijk gedeelte, ter grootte van plm. 12 ca, van het aan
de noordzijde van de Tijnjedijk gelegen perceel, kadastraal bekend ge
meente ïïuizum, sectie G, nummer 4^2, geheel groot 97 ca, welk perceels
gedeelte op de bij dit besluit behorende tekening roodgekleurd is aan
gegeven;
b. de gemeente Leeuwarden aan K.P.G. Bokma, voornoemd, in eigendom over
draagt een zuidelijk gedeelte, ter grootte van plm. 17 ca, van het ten
noorden van de Tijnjedijk gelegen perceel, kadastraal bekend gemeente
Huizum, sectie G, nummer 534» geheel groot 1541 ca (afkomstig van oud
nr. 480), welk perceelsgedeelte op de bij dit besluit behorende teke
ning groengekleurd is aangegeven;
de ruiling van de onder a. en b. bedoelde eigendommen geschiedt onder be
taling van een toegift, groot f 415,-, door K.P.G. Bokma, voornoemd, aan
de gemeente Leeuwarden en voorts onder de volgende bedingen:
1de te ruilen eigendommen worden overgedragen met alles wat daarop of
daarin aanwezig is en met alle daarop rustende erfdienstbaarheden en
lasten en daaraan verbonden rechten, doch vrij van huur en hypotheek;
2. de levering geschiedt op de dag van het verlijden van de akte van rui
ling;
5. van de levering af komen alle zakelijke lasten en belastingen, welke
van de over te dragen eigendommen worden geheven, voor rekening van
de verkrijgers van de perceelsgedeelten;
4. door en op kosten van de gemeente Leeuwarden zal op het aan K.P.G. Bok
ma, voornoemd, verblijvende gedeelte van perceel nummer 462, onmiddel
lijk langs de grens tussen het geruilde en het aan K.F.G. Bokma, voor
noemd, verblijvende een tuinhek van azobé-hout, hoog 0,60 m, worden ge
plaatst, waarin ter plaatse van het voetpad een draaihekje voor het
voetgangersverkeer wordt afgehangen;
5. het onderhoud van het onder 4 bedoelde tuinhek met voetgangershekje is
ten laste van K.P.G. Bokma, voornoemd;
6. indien nodig en gewenst wordt door en voor rekening van de gemeente
Leeuwarden het aan K.P.G. Bokma, voornoemd, verblijvende gedeelte voor
tuin in overleg zover opgehoogd, dat een aanvaardbare aansluiting aan
het trottoir wordt verkregen;
7. voorzover nodig zal door en op kosten van de gemeente Leeuwarden het
voetpad naar de woning, staande op het aan K.P.G. Bokma, voornoemd,
verblijvende perceelsgedeelte, onder afschot worden herlegd en in aan
sluiting worden gebracht met het op het door de gemeente over te nemen
perceelsgedeelte aan te leggen trottoir;