- 51 - Wanneer en aan wie wordt terug- gerapporteerd? In haar jaarverslag 1-8-'JO - 1-8-171 spreekt de S.A.D. over haar visie, die misschien in de toekomst gewijzigd moet worden. Is dit ook de visie van het ge meentebestuur en weet het bijzon der onderwijs van deze visie? Hoeveel kinderen worden door de S.A.D. opgeleid? Wil het College van B. en W. ver duidelijken wat congitudinale - of als het een drukfout is en het zou longitudinale moeten zijn - wat longitudinale onderzoekingen zijn? (blz. 34 ontwerpbegroting) Wat is het nut van massa-onderzoek van kinderen op de basisschool, als het ontbreekt aan mogelijkhe den om de gevonden problematiek te bestrijden of te voorkomen? Wat is "so wie so" het nut van welk diagnostisch onderzoek als het ont breekt aan de mogelijkheden de we gen te begaan, die de gevonden problematiek naar een oplossing kunnen leiden? Wat doet de Leeuwarder S.A.D. aan één van de grootste taken, die er op het gebied van de schoolbege leiding liggen, a.an: "changement of attitudes"; bij het onderwijs bij de onderwijzer? De terugrapportage na een onderzoek vindt plaats aan de belanghebbenden. Dit zijn de hoofden, de leerkrachten, de ouders, de artsen enz. In het alge meen vindt de terugrapportage plaats aan diegenen die het onderzoek hebben aangevraagd. Zonder toestemming van de betrokkene worden aan derden geen infor maties verstrekt. De algehele evaluatie wordt gerapporteerd aan de Bestuurscom missie. De terugrapportage vindt vrij snel na het onderzoek plaats. Bij een longitudinaal onderzoek thans in het al gemeen binnen een twee maanden. In het jaarverslag is het woord visie alleen gebruik t met betrekking tot een wijziging in de werkwijze en een verdere evaluatie daarvan van de dienst. Eet heeft betrekking op een andere doelstel ling van de dienst. Eet onderzoek van de Schooladviesdienst strekt zich uit tot de kleuters van het laatste schooljaar van de kleuterschool en tot alle leerlingen van het lager on derwijs. Uit dit onderzoek vloeit een zekere begeleiding voort. In het alge meen kan dan ook worden gesteld, dat de begeleiding zich uitstrekt tot de kleu ters van de hoogste klas van de kleuter scholen en alle leerlingen van het lager onderwij s Longitudinale onderzoekingen zijn onder zoekingen die de psychische ontwikke lingen van het kind gedurende de kleu ter- en basisschoolperiode volgen. Indien dit het geval zou zijn zou een massaonderzoek inderdaad weinig vrucht baar zijn. Een dergelijke situatie doet zich echter in Leeuwarden niet voor. Zie ook het antwoord op vraag 10. Ieder onderzoek is er op gericht tijdig te signaleren en te voorkomen dat er veel gedaan moet worden. Eet signaleren betekent naast de hulpverlening door de dienst soms een medische verwijzing, de inschakeling van sociaal maatschappelijk we de :k, en het verwijzen naar m.o.1 sociaal-psychiatrische dienst, s en De S.A.D. werkt hieraan mee vanuit de concrete problematiek waarmede de school kampt. Meer algemeen gezien ligt hier een taak voor de pedagogische centra, de pedagogische akademies en de onderwijs organisatie s

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1972 | | pagina 55