- 82 - ii-UJND BIJSTANDoWGT Wil het College bevorderen, dat er van de Algemene Bijstandswet en in het bijzonder van de belangrijkste wetsartikelen een "vertaling" komt die iedereen kan begrijpen en waaruit tevens de sfeer en menta liteit blijkt, waarin in Leeuwar den vorm en inhoud wordt gegeven aan het reent op bijstand. Op grond van een wijziging van de Al gemene Bijstandswet zullen wij binnen-r kort overgaan tot publikatie in de plaatselijke dag- en nieuwsbladen van de richtlijnen, welke bij de gemeente lijke beslissingen inzake de verlening van bijstand tot leidraad dienen. Van toekomstige wijzigingen zal even eens mededeling worden gedaan. Voorts liggen ter secretarie de in deze ge meente gehanteerde richtlijnen voor de verlening van bijstand ter inzage. Tenslotte wordt door het Ministerie van C.R.M. en plaatselijk op verschil lende wijze gerichte voorlichting gegeven. Hoeveel cliënten bevinden zich in het bestand van de gemeentelijke sociale dienst a&o wie hulp is ver leend in de vorm van leenbijstand en tot welk bedrag gemiddeld per cliënt? Naar de toestand van 1 januari 1972 werd aan 119 personen leenbijstand verleend in de kosten van het bestaan. Het gemiddelde als leenbijstand ver strekte bedrag was j J2rj, Wat is met betrekking tot het vorenstaande het beleid hetwelk het College voert? Correspondeert dit beleid met hetgeen aan uitspraken in beroep door Gedeputeerde Staten en de Kroon is bepaald? Uitgangspunt van het beleid is uiter aard het streven naar rechtsgelijkheid, samengaand met de bij de Algemene Bij standswet gestelde eis de bijstand aan te passen aan de individuele omstan digheden van de aanvrager. Met betrekking tot de rechtsgelijkheid worden richtlijnen gegeven in de vorm van door de Regering geïndiceerde bij standsnormen en door het door de juris prudentie gevormde begrip "noodzake lijke kosten van het bestaan". Be bijstandsnormen garanderen volgens deze opvatting een besteedbaar inko men, dat gelijk is aan dat van een werknemer die het minimum-loon geniet. Financieringsmoeilijkheden van de aan vrager, die incidentele bijstand (dus boven de basis bijstand) aanvraagt op grond van het feit, dat hij de kosten niet uit zijn basisinkomsten kan fi nancieren, kunnen leiden tot het ver strekken van leenbijstand. In normale omstandigheden had hiertoe immers voor af gereserveerd moeten worden. Wij houden hierbij het standpunt aan, dat het inkomen van de aanvrager door aflossing van de leenbijstand niet beneden het geldende bijstandnormbe drag mag komen. Als de financierings moeilijkheden de aanvrager niet ver weten kunnen worden, zal de bijstand a fonds perdu worden verleend. Het spreekt voor zich, dat wij met de jurisprudentie in zijn algemeenheid rekening houden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1972 | | pagina 86