2. Welke taken en bevoegdheden dienen naar Uw oordeel aan een eventueel in te stellen gewest toegekend te worden? Voorop dient te staan, dat die taken, welke gemeentelijk kunnen worden uitge voerd, ook daadwerkelijk op gemeentelijk niveau worden aangepakt. Voor concrete taken en taakaspecten, die gewestelijk moeten worden geregeld, kunnen wij verwijzen naar de brieven van de minister van Binnenlandse Zaken, waarin deze een opsomming geeft, alsmede naar het rapport "Samen op Weg". In zijn algemeenheid kunnen wij ons hiermee verenigen.. - - 3. Hoe denkt U zich de financiële regeling van een gewest? Ten behoeve van de gewesten dient tussen het Rijk en de gewesten een eigen financiële verhoudingsregeling te worden vastgesteld. Maast een dergelijk fi nancieel statuut- moet het gewest bevoegdheden hebben ter verzekering van eigen inkomsten. Het rijk zal in ieder geval de financiële consequenties uit de gewestvorming moeten trekken. 4. Welke gemeenten dienen naar Uw mening in een eventueel in Uw omgeving in te stellen gewest te worden betrokken? Uit do studie "Stad en Regio" is gebleken, dat de gemeenten, die betrokken waren bij dat onderzoek, met uitsondering van Rauwerderhem, vrij nauwe relaties met Leeuwarden onderhouden. Deze gemeenten moeten ons inziens deel uitmaken van een gewest. Indien door het stellen van bepaalde minimum-eisen, waaraan een gewest moet voldoen, het nodig blijkt te zijn om naast de in de vorige alinea bedoelde gemeenten een groter aantal in dat gewest onder te brengen, dan lijkt ons dat aanvaardbaar. Vooral daar uit de beschikbare gegevens blijkt dat voor de gemeenten in het IToordoosten resp. in het noordwesten van de provincie na de plaatsen Dokkurn resp. Franeker/ïlarlingen de belangrijkste plaats door Leeuwarden wordt inge- nome n Samenvattend kan worden gesteld dat wij met betrekking tot de grens van het gewest Friesland-noord ons kunnen verenigen met de grens zoals deze is aange geven in de structuurschets. 5. Welke "omvang" dient een gewest te hebben? Uiteraard zal tussen de samenstellende delen van het gewest een vrij nauwe verwevenheid van een groot aantal problemen van lokale aard aanwezig dienen te zijn. Het idee om van Friesland één gewest te maken lijkt niet aan dat criterium te voldoen. Er kan dan bezwaarlijk nog gesproken worden van lokaal bestuur. Dit neemt evenwel niet weg dat er zaken zijn, welke in groter verband moeten worden geregeld. Intergewestelijke samenwerking zal voor dergelijke taakaspec ten nodig zijn. Wij stellen U voor overeenkomstig bovenstaande antwoorden aan Gedeputeerde Staten te berichten. Gemeenschappelijke regeling met betrekking tot de vorming van een Gewest. Het vormen van eenheden van lokaal bestuur op gewestelijke schaal, waartoe de hierboven besproken ontwerp-structuurschets voor de bestuurlijke indeling van Frieslo,n& een eerste aanzet sou kunnen zijn, wordt algemeen als noodzakelijk aan gemerkt, wanneer de tot dan als "gemeentelijk" ervaren ontwikkeling zich gaat af spelen op het gebied van meerdere gemeenten. In die situatie bestaat n.L. het risico, dat ieder gemeentebestuur deze ontwikkeling op eigen wijze blijft benaderet zowel in ideëen als in vormgeving, en terzake een eigen beleid voort, dat heel andc-rs gericht kan zijn dan het beleid van anderen. Met betrekking tot een derge lijke, met de bestaande gemeentegrenzen geen rekening houdende, ontwikkeling is eenheid in bestuurlijke visie van het grootste belang. Bovendien zal een bestuurlijke coördinatie tot stand moeten worden gebracht om dit beleid slagvaardig en doeltreffend te kunnen doen zijn. Evenals elders in het land worden ook Leeuwarden en omringende gemeenten gecon fronteerd met het feit, dat tal van oorspronkelijk gemeentelijk te behartigen be langen in toenemende mate over de gemeentegrenzen heenreiken. C-eruime tijd geleden zijn daarom de burgemeesters van deze gemeenten begonnen re gelmatig op informatieve wijze met elkaar overleg te plegen over onderwerpen, wel ke deze gemeenten gemeenschappelijk aangaan. Ook de colleges van Burgemeester en Wethouders van deze gemeenten hebben over dergelijke onderwerpen enkele malen overleg gepleegd. Deze contacten hebben er toe geleid, dat een nadere verkenning noodzakelijk werd geacht van de samenhangen, welke tussen deze gemeenten bestaan. Het rapport "Stad en Regio", dat U reeds eerder is toegezonden, is van deze stu die een neerslag. Deze nota toonde reeds voldoende aan, dat het zinvol zou zijn het beraad over de intergemeentelijke belangen voort te zetten. Als gevolg van deze contacten is langzamerhand de behoefte gegroeid het tot dan toe informeel gevoerde overleg te institutionaliseren en met name uit te breiden tot de raden van de bij het overleg betrokken gemeenten. Ter voorbereiding van de tot standkoming van een formele intergemeentelijke samen werking is de eveneens reeds in Uw bezit zijnde nota "Samen op Weg" opgesteld. In deze nota zijn de in het rapport "Stad en Regio" reeds geconstateerde samen hangen tussen de daarbij betrokken gemeenten nader uitgewerkt en zijn voorts sug gesties gedaan met betrekking tot de institutionalisering. Het thans voor U liggende ontwerp van een intergemeentelijke regeling bestrijkt een aanzienlijk kleiner gebied dan het in de provinciale ontwerp-structuurschets voorgestelde gewest Priesland-noord. Deze nauwere begrenzing mag ons inziens echter geenszins de gedachte doen post vatten, dat de visie van Leeuwarden en omringen de gemeenten omtrent de gewenste omvang van het gewest principieel afwijkend is van die van de provinciale ontwerp-structuurschets. Dat bij onderhavige regeling een kleiner aantal gemeenten betrokken is, vindt zijn oorzaak in de omstandigheid, dat de betrokken gemeenten, zoals vermeld, reeds geruime tijd met elkaar op verschillend niveau overleg plegen. Uit het door ons geformuleerde antwoord op vraag 4 van Gedeputeerde Staten, als ook uit de regeling zelf blijkt, dat wij er geen bezwaar tegen hebben dat ook an dere gemeenten aan deze regeling gaan deelnemen. Aangezien wij het echter van belang achten, dat deze regeling op korte termijn tot stand zal worden gebracht, zijn wij van mening, dat begonnen dient te worden net deze beperkte groep, waarbij evenwel de weg voor andere gemeenten in het noor den van de provincie om toe te treden openstaat. Met nadruk wijzen wij er voorts op, dat de onderhavige regeling niet mag worden beschouwd als een regeling voor gewestelijke samenwerking, welke in de plaats zou moeten worden gedacht van het gewest, dat ingevolge de gewestwet tot stand zal dienen te komen en waarvan de provinciale ontwerp-structuurschets de moge lijke begrenzing aangeeft. bij zijn van mening, dat de op stapel staande gewestwet de kaders aan zal moeten geven, op welke wijze en in welke vorm de gewestelijke samenwerking zal moeten plaatsvinden. De onderhavige regeling heeft dan ook, zoals daarin geformuleerd, een tijdelijk karakter. Aangezien evenwel verwacht moet worden dat, alvorens een wettelijke regeling van de gewestvorming haar beslag heeft gekregen, nog geruime tijd zal verlopen, zijn wij van oordeel, dat daarop niet dient te worden gewacht. Voor de betrokken gemeenten is het van groot belang, dat nu reeds de mogelijkheid wordt geschapen om op alle bestuursniveau1smet name op dat van de gemeenteraden, niddels een formeel overlegorgaan, gezamenlijk te kunnen spreken over gemeenschap pelijke belangen en in het bijzonder over de problematiek van de gewestvorming zelf. Door met het oog daarop thans een tijdelijke regeling aan te gaan, kunnen ervarin gen worden opgedaan, welke in de toekomst, wanneer de gedachten over de gewest vorming verder zijn uitgekristalliseerd en de gewesten wettelijk zijn ingevoerd, ons ten zeerste ten goede zullen komen. bij zijn van mening, dat de onderhavige ontwerp-regeling een belangrijke bijdrage zal kunnen zijn voor een goed geregelde samenwerking tussen de betrokken gemeenten I voor de naaste toekomst. - 3 -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1972 | | pagina 140