- 26 -
Yo lkshui sve s ting
Wij hebben in de aanbiedingsbrief bij de begroting voor 1972
de verwachting uitgesproken, dat de mogelijkheden voor de wo
ningbouw in onze gemeente voor de komende jaren belangrijk min
der zouden zijn dan wij op grond van de noodzakelijke voorzie
ning in de woningbehoefte gewenst achten. De opstelling van een
woningbouwprogramma van circa 1000 woningen, hetwelk wij zien
als oen minimumtaakstelling, zou, daarbij lettende op do stand
van zaken m.b.t. de bestemmingsplannen, welke in procedure varen,
niet eerder dan in 1974 mogelijk zijn.
liet verheugt ons U te kunnen mededelen, dat de belemmeringen,
welke de uitvoering van een zodanig woningbouwprogramma in de
weg stonden, door de inspanning van alle bij deze zaak betrokken
diensten en partijen tot aanmerkelijk kleinere proporties kon
den worden teruggebracht, zodat het zich laat aanzien, dat bin
nen afzienbare tijd het aantal in uitvoering zijnde woningen in
belangrijke mate zal kunnen worden opgevoerd.
Een prognose van de woningproductie voor de komende jaren,
welke gebaseerd is op bij ons bekende initiatieven, treft aan
in bijlage nr. 7 bij deze aanbiedingsbrief. Enkele van deze ini
tiatieven verkeren in een vrij vergevorderd stadium van voorbe
reiding en voorstellen dienaangaande zullen U binnenkort kunnen
bereiken.
Voor een zeer belangrijk deel van deze woningbouwplannen zijn de
initiatiefnemers uiteraard afhankelijk van de medewerking van
rijkswege, nl. in de vorm van leningen en/of subsidies. In dit
verband merken wij op dat wij de stellige indruk hebben, dat ook
de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening en zijn
adviseurs, alsmede de Adviescommissie Verdeling Rijksstoun Wonting
bouw voor de provincie Friesland bereid zijn er aan mede te werke
dat de gemeente Leeuwarden niet alleen haar evenredig deel krijgt
van het beschikbare woningbouwvolume doch ook in staat zal worden
gesteld de in het verleden opgelopen achterstand in te halen.
Ons optimisme over de woningbouwmogelijkheden voor de konen-
de jaren betekent evenwel nog nier dat de eerder vermelde taak
stelling van 1000 woningen per jaar voor de eerstkomende jaren
door ons als een onveranderlijke grootheid wordt gezien. De ont
wikkeling op de woningmarkt zal van jaar tot jaar nauwlettend
moeten worden gevolgd, opdat tijdige "bijsturing" mogelijk blijft