het tracé van de in het dyklichaam van d.e spoorlijn Leeuuarden-Stiens gelogen
aardgastransportleiding is als aanduiding op do plankaart aangegeven;
de behouwingsgrens ten opzichte van de toekomstige Rijksweg 9 is aangepast
aan het thans bekende tracé van deze weg;
de noordelijke grens van het plan is zodanig verschoven, dat deze aansluit
op het gebied, benodigd voor de toekomstige Rijksweg 9,
voor de laagbouw en de hoogbouw in liet zuidelijke plangebied zijn op de plan-
kasri'lxbouwingsgrenzen aangegeven, gelegen op een afstand van respectievelijk
30 en 60 n. uit de as van de Poptawei;
de als suggestie op de plankaart aangegeven westelijke wegaansluiting op de
Rijksweg Ilidlum-Leeuwarden is vervallen.
artikel 15 lid 1 van de voorschriften wordt als volgt gewijzigd en aangevuld:
a. voor d, e, f en g wordt respectievelijk gelezen: f,g, h en i.
b. tussengevoegd wordt:
"d. de gebouwen, als bedoeld in de artikelen 3? 4 sn 5 mogen de op de
kaart aangegeven behouwingsgrens naar de zijde van de rijksweg (Poptawei)
niet overschrijden".
c„ tussengevoegd wordt
"e. tussen de onder d. bedoelde behouwingsgrens en do op de kaart aange
geven behouwingsgrens voor hoogbouw mogen geen gebouwen worden opgericht
met oen grotere hoogte dan 10 m"
artikel 19 van de voorschriften wordt alsvolgt gewijzigd en aangevuld:
a. do huidige volzin wordt aangeduid als lid 3.
b. toegevoegd worden de volgende leden:
"1. Voorzover zulks niet bij de diverse bestemmingen is geregeld, is het
verboden bouwwerken op te richten met een grotere hoogte (+IL1P) dan
voor de diverse gebieden, waarop de aanduiding straalverbindingstra
ject betrekking heeft, op de plankaart is aangegeven.
2. Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het bepaal
de in lid 1 voor het oprichten van andere bom/werken. Deze vrijstelling
zal slechts worden verleend indien na overleg mot het Staatsbedrijf
der P.T.T. van geen bezwaar is gebleken en van Gedeputeerde Staten
de verklaring is ontvangen, dat zij togen het verlenen van vrijstelling
geen bezwaar hebben."
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Bouw van zes noodlokalen ten behoeve van de Stedelijke Scholengemeenschap
atheneum-havo
Bijlage nr. 180. Leeuwarden, 2 juni 1972.
Aan de Gemeenteraad.
Bij de voorbereiding van het schooljaar 1972 - 1973 van de Stedelijke
Scholengemeenschap atheneum-havo, alhier, hebben wij een prognose gemaakt
van het aantal leerlingen, dat bij de aanvang van het nieuwe schooljaar en
het daaropvolgende schooljaar de school zal bezoeken. Verwacht wordt, dat dit
aantal leerlingen bij de aanvang van het schooljaar 1972-1973 689 en "b^j
aanvang van het schooljaar 1973-1974 778 zal bedragen.
Het aantal lokalen, waarover de school thans beschikt, is niet toerei
kend om dit aantal leerlingen te huisvesten. Zoals U bekend zal zijn, is de
school gehuisvest in het schoolgeboxiw van de voormalige h.b.s.-A, Achter de
Hoven, in een aantal noodlokalen, gelegen aan de Fabriekssteeg en in het
schoolgebouw van de voormalige meisjes h.b.s. aan de Grote Kerkstraat.
Wij hebben de Minister van Onderwijs dan ook verzocht ons toe te staan
ten behoeve van de school een aantal noodlokalen te bouwen.
Bij brief fed. 8 mei 1972, welke op 12 mei 1972 werd ontvangen, heeft de
Staatssecretaris van Onderwijs medegedeeld, dat hij zich kan verenigen met
een uitbreiding van de scholengemeenschap met 4 theorielokalen en een over
blijflokaal ter grootte van 2 leslokalen. Deze toestemming is gebaseerd op
het leerlingenaantal bij de aanvang van het komende schooljaar. Gelet op de
prognose dient er dan ook rekening mee te worden gehouden, dat dit aantal
noodlokalen bij de aanvang van het schooljaar 1973-1974 opnieuw zal moeten
worden uitgebreid.
Wij hebben ons onmiddellijk beraden over de wijze, waarop in de bouw
van de noodlokalen zal dienen te worden voorzien. Hierbij hebben wij ons la
ten leiden door de gedachte, dat deze lokalen slechts gedurende een beperkt
aantal jaren zullen worden gebruikt ten behoeve van de scholengemeenschap,
terwijl voorts bijzondere aandacht is besteed aan de bouw van de lokalen zelf,
waarbij, in verband met de te ontvangen rijksvergoeding, gedacht is aan het
plaatsen van noodlokalen, zoals die ook door het Rijk gewoonlijk worden ge
plaatst
Be omstandigheid, dat de lokalen slechts voor een beperkt aantal jaren
ten behoeve van de scholengemeenschap zullen worden gebruikt, maakt het nood
zakelijk, dat de lokalen na dit gebruik met weinig kosten kunnen worden ver
plaatst en elders kunnen worden gebruikt. Op basis van deze uitgangspunten
zijn enkele offertes gevraagd. Uitgaande van deze offertes menen wij, dat de
kosten van de bouw van de noodlokalen kunnen worden geraamd op f 272.700,
Voor de inrichting van deze lokalen is nog een bedrag nodig van 21.300,--.
Voorts dient de aanwezige rijwielberging met 160 plaatsen te worden uitge
breid. Be aan deze uitbreiding verbonden kosten worden geraamd op f 10.000,--.
Be kapitaallasten van de bouwkosten van de noodlokalen worden op basis
van een 15-jarige 7,'Jj rentende annuïteit gera.amd op 30.160, Boor de
staatssecretaris van het ministerie van onderwijs en wetenschappen is medege
deeld, dat gerekend kan worden op een voorlopige rijksvergoeding voor de ka
pitaallasten van 6 x 3.000,18.000,Sr is dus een nadelig verschil
tussen kapitaallasten en rijksvergoeding van 12.160,--. Bit bedrag kan wor
den gedekt ten laste van de stelpost voor kapitaallasten van nieuwe werken
(volgnr. 634)"
Be aanschaffingslcosten van het meubilair en de kosten van het plaatsen
van de rijwielberging zullen door het Rijlc a fonds perdu worden vergoed.
Baar het van groot belang is, dat de lokalen tijdig gereed komen, hebben
wij ons genoodzaakt gezien de nodige voorstellen op zeer korte termijn aan
U voor te leggen.