Voor welke oojectea waren de op bis. 17 van de aanbiedingsbrief bedoelde 5,855.000,aan burgerzinlening? rt. 12 Jin.Verhoudingswet 1960. Is net hantering van do minimumnormen voor do aangevenon eigen middelen zonder meer voldaan aan de door het bijl: gestelde voorvaarde, of kunnen voor bepaalde gemeenten hogere normen yorden vastgesteld, zod.,t de minimuu- n or nor. niet neer clan een "richtlijn" zijri Hoe is de praktijk? boet uit do aanbiedingsbrief worden afgeleid, dat in werkelijkheid, dus in do praktijk, de uitkering uit het Ge meentefonds bij het oude is gebleven. Har. het Ooilogo mededelingen cloen over bat bedrag, via cle Raad van G-eneente- financiën aan de Hinister geadvi seerd,en veil: bedrag in werkelijkheid is toegewezen door hot ninisterie. Voor hot gevraagde overzicht verwijzet- wij U naar de ter inzage gelogde stukken. De uininuu-nornea zijn niet neer dan een richtlijn. In het kader van een opgelegde saneringseis zullen mogelijk hogere ta rieven dan de uininun-nornen moeten worden ingevoerd. liet eerste onderdeel van deze vraag kan bevestigend worden bc.antwoord. Voor het tweede onderdeel van de vr.xg verwijzen wij naar het ter inzage gelegde advies van de Raad voor de Gomeentefinan- ciën en naar de ter inzage gelogde minis teriële circulaires van 14 juli 1972, ni W72/U560 en 15 juli 1972, nr. H772/c%', net betrekking tot L.t samenstellen van do ramingen voor do begroting 1975. Hoe komt het, dat de kosten van het buitengewoon onderwijs volledig uit do uitkering gemeentefonds bestreden kunnen worden? Is dit maar toevallig of is de uitkering beter? (Zie bijlage 5). On bladzij 11 van de aanbiedingsbrief spreekt u over een belasting terzake ven onroerend goed. bobt enig idee hoeveel zo'n belas ting op zal brongen? De raming van de uitkering uit het go meentefonds voor het buitengewoon onder wijs is niet gebonden aan landelijke normer maar is gebaseerd op het uitgavenpoil van de eigen gemeente. In verband hier mede is de uitkering uit het gemeente fonds gelijk geraamd aan d. kosten. Uitgaande van het maximum bedrag, dat de onroerend-good belasting kan opbrengen, zou de invoering van deze belasting eer. opbrengst opleveren van f 7.4-95.000, zonder een aftrek voor invorderingskosten De invordering zal door het Rijk plaats vinden voor rekening van do Gemeente. De wijze van kostenverrekening is nog niet bo kond. Rij merken nog op, dat bij do invoe ring van deze belasting eon aantal andere belastingen otraatbc.lasting, rioolbelas ting, hoofdsommen en opcenten grond- en personele bel.sting) kont te vervallen. De totaio opbrengst van deze belastingen is voor 1975 geraamd op 5.195. e::clusief perceptiekosten ia nb i e d i ng s br ie f -corstel van de Op bladzij 11 van de uordt gc-rept van een ■oreniging van Nederlandse Gemeenten 2-' thans nog ten bate van het Rijk ge neven opcenten op do grond- en de per sonele belasting voorlopig toe te la ter. komen aan dc gemeentekas zolang ck- nieuwe belasting terzake van on roerend goed nog niet in werking is 20treden. Hoeveel is dat voor de ge- ueer.te Leeuwarden? Het gaat hier om een bedru f 711.000,

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1972 | | pagina 186