|<3
If*
I
Subsidiëren geprofessionaliseerd jeugdwerk.
lylage no. 367Leeuwarden, 9 november 1972.
Aan de Gemeenteraad.
In onze gemeente zyn thans een viertal jeugdwerkinstellingen werkzaam, welke
loor het ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk en onze gemeen-
jéworden gesubsidieerd op voet van de Rijkssubsidieregeling jeugd- en jongeren-
terk. Deze instellingen zijn de Stichting Sociaal Cultureel Merk voor de Jeugd in
beuwarden, de Stichting Katholieke Centrale voor Maatschappelijk Werk sectie
jeugdzorg (clubhuis 't Vliet), de Gereformeerde Stichting voor Jeugdzorg "De
teagdhaven" (clubhuis Biels 28) en de Stichting RuiterskwartierOver enige tijd
loopt een vijfde instelling, de Stichting Hippopotamus Unltd. van start te gaan
ie het kaaspakhuis aan de Schoolstraat.
Tot nu toe ontvangen deze instellingen het volgende overheidssubsidie in hun
tploitatielasten:
rijk gemeente totaal
srsoaeelslasten 45/j 45/'j 90/b
verige exploitatielasten (huisvestings
ten, organisatiekosten, kosten van
ctiviteiten) 40jj 4 0£> SOjj
it impliceert dat de instellingen uit eigen inkomsten moeten opbrengen;
1 ff/is van de personeelslasten;
20/ï van de overige exploitatielasten,
foor de lastenstijgingen van dé afgelopen jaren hebben de eigen bijdragen een der-
elijke omvang aangènomen, dat de instellingen er sléchts ten dele 'in slagen dezo ui
igen - inkomsten te dekken.
In verband met deze- ontwikkeling heeft de Staatssecretaris van Cultuur,
lecreatie en Maatschappelijk Werk onlangs besloten het rijkssubsidie van 45/j van
Ie personeelslasten met terugwerkende kracht tot 1971 met 2£> te verhogen tot 47$»
het Rijk deze maatregel heeft getroffen, menen wij dat de gemeente, omdat het
at om plaatselijk jeugdwerk, op dit gebied niet achter kan blijven. Wij stellen U
p ook voor het gemeentelijk subsidiepercentage van de personeelslasten met in-
van 1971 eveneens te bepalen op 47/j. Indien U zich hiermee kunt verenigen,
indert de eigen bijdrage van -de instellingen op het onderdeel personeelslasten
an T0$ tot (f/o.
De Raad voor Jeugdaangelegenheden heeft' zich'eveneens beraden over de wyze
an subsidiëren van het beroepsmatig èn vrijwillig jeugdwerk. Bit heeft geresul-
ïerd in het aanbieden van een ontwerp-subsidieverordening, welke het subsidiëren
a het gehele plaatselijke jeugdwerk beoogt te regelen. Op het invoeren van deze
jerordening zullen wjj te zijner tijd zo nodig terugkomen. Wegens de slechte finan-
ple situatie van diverse instellingen voor beroepsmatig jeugdwerk komt de Raad
wr Jeugdaangelegenheden in haar ontwerp-verordening terzake tot het volgend
borstel;
psoneelslasten 50(was 45',^)
rerige exploitatielasten; huisvestingslasten 5Oj-j (was 40jj)
panisatie- en activiteitskosten 40jj (was 40/Ó
vergelijking van de exploitatierekening van de diverse instellingen blijkt, dat
p lasten onderling het meest uiteenlopen op het onderdeel huisvesting. Deze las-
p vormen in het algemeen een vast gegeven voor de instellingen, waarop zij veel-
weinig invloed kunnen uitoefenen.
Wij menen, dat met het oog op de continuïteit van het beroepsmatig jeugdwerk,
plaatselijke jeugdwerkinstellingen op een adequate wijze uit de financiële
«ilijkheden moeten worden geholpen. Bit kan worden gerealiseerd door het over-
Mdssubsidie op het onderdeel huisvestingslasten op te trekken tot 1OOj van de
tosidiabele lasten.
