Hierdoor wordt het gemeentelijk subsidie op dit onderdeel opgetrokken van 4Oj» tot
""Een aantel mot onze gemeente vergelijkbare 'gemeenten zoals Groningen, Tiltur,:
en Hengelo hebben terzake inmiddels soortgelijke maatregelen getroffen.
Hoewel het Rijk de slechte financiële positie van het geprofessionaliseerd
jeugdwerk onderkent, ontbreekt het aan de benodigde rijksmiddelen om deze positie tl
verbeteren. Mocht de Rijksoverheid te zijner tijd besluiten op het onderdeel huisves
tingslasten een hoger subsidiepercentage vast te stellen dan kan het gemeentelijk
subsidiepercentage dienovereenkomstig worden verlaagd. W ij stellen dan ook voor
met ingang van 1972 het gemeentelijk subsidie voor het onderdeel huisvestingslasten
te verhogen van 40-/3 "tot 6CF/0 in de naar het oordeel van ons college daarvoor
merking komende gevallen en onder de door ons college te stellen voorwaarden
Het het oog hierop zijn wij van mening, dat door deze subsidiemaatregel de
de Raad voor Jeugdaangelegenheden ingestelde verhoging van het gemeentelijk subsidil
tot 50/3 van de personeelslasten beperkt kan blijven tot het bovenvermeld percent:
van 47
In onderstaand overzicht is aangegeven welke vermindering de eigen bijdrage
3 lasset
in :j
le doos
- 3 -
Het name ue hoogte van de laatste post hebben de besturen van de instellingen
door het te voeren beleid voor een groot deel zelf in de hand. Wij nonen dat de
jeugdinstellingen in staat moeten worden geacht dit deel van de lasten zelf op
te brengen.
Zoals wij hierboven reeds hebben gesteld heeft de Raad voor Jeugdaangelegen
heden over de onderhavige materie reeds een advies uitgebracht, niettegenstaande
dit zullen wy deze Raad over dit voorstel alsnog horen.
Resumerend stellen wy thans voor te besluiten conform bijgaand concept-
raadsbesluit.
de diverse instellingen ondergaat in
het Rijk en de gemeente Leeuwarden het
subsidiepercentage van de personeelslasten elk op 47/6 brengen (kolom 1en de ge
meente Leeu\irarden voorts besluit het percentage voor huisvestingslasten op 60j;
(kolom 2) te bepalen (op basis begroting 1972). Door deze extra subsidiemaatregell
ondergaat de eigen bijdrage van de instellingen (eigen bijdrage subsidiabele lastri
minus overheidssubsidie) een belangrijke verbetering (kolommen 4 en 5). ïïiteraai'd
stygt hierdoor het gemeentelijk subsidie en wel met 55-415»(kolommen 6 en
4/7 meer 20>
0 meer
totaal
voor-
eigen
bijdr
gem. subsidie
pers.1st. huisv.1stdeel ins
t.begr.72
herzien
begr. 72
herzioi
St.Soc.Cult.Werk
1
2.
3.
4.
5.
6.
7.
Be Stins
2x1667= 3334
8050
11.384
31.554
20.170
74-515
04.23:
Sinneljocht
2x 800= 1600
3375
4-975
12.950
7.975
35.885
40.061
Hij la n
2x 332= 664
1846
2.510
9.816
7.306
22.180
24.3)1
Kath.Contr.
II.W. 't Yliet
2x 954= 1908
4486
6.394
14.596
8.202
41.120
46.5Ö
Be Jeugdhaven
(Biels 28)
2x1165= 2550
3440
5.770
15.940
10.170
42.590
47.19!
Ruiterstof artier
2x1200= 2400
16200
18.600
30.064
11.464
75.038
92.431
Hippopotamus
2x 440= 880
11020
11.900
16.040
4.140
50.176
62 071
totaal
13116
48417
61.533
130.960
69.427
341.504
396.91!
Omdat deze instellingen voor beroepsmatig jeugdwerk door de gemeente gesubsidiëerl
worden op voet van de Rijkssubsidieregeling jeugd- en jongerenwerk, welke rc-gelind
sinds 1971 valt onder de werking van de factor sociale zorg van de gemeentefonds-1
uitkering, kan 80>' van het meerdere subsidie hieruit gedekt worden.
Het overblijvende deel van 20c/> van 55.415» zijnde 11.005, blijft voor
rekening van de gemeente Leeuwarden. Het begrotingstekort over het dienstjaar 197:
stijgt door deze subsidiemaatregel met 11 .005,
Bij een 100/» subsidiëring van het onderdeel huisvestingslasten 'is het van be
lang dat vaststaat, welke huisvestingslasten hieronder worden begrepen. Omdat de
rijkssubsidieregeling niet een dergelijke omschrijving bevat, is in het concept
raadsbesluit de omschrijving van het begrip huisvestingslasten opgenomen.
Wanneer ïïw raad besluit de voorgestelde medewerking te verlenen bestaat de
opbouw van de eigen bijdrage van de diverse instellingen uit onderling meer gelijke
grootheden, te weten;
personeelslasten;
20yj van de subsidiabele apparaats- en activiteitslasten.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J.S. Brandsma
de Jong
Burgemeester.
Secretaris.