- 2 - Haar onze- mening dient het bezwaar van de heer Kopmans gegrond te worden geacht. Er bestaan voorts geen stedebouwkundige bezwaren tegen on het voetpad een enigszins ander beloop te geven. Hierdoor kan in voldoende mate aan het bezwaar worden tegemoetgekomen. De vast te stellen plankaart is hieraan reeds aangepast. Resumerend stellen wij U voor op de ingekomen bezwaarschriften te beslisse: zoals hierboven is weergegeven, en het bestemmingsplan "Aldlan-Vest" vast te stellen met inachtneming van de hiervoor aangegeven wijzigingen, een en ander ave eenkomstig het bijgaande ontwerp-besluit. Ten slotte delen wij U mede, dat de commissie voor de ruimtelijke ordening over dit voorstel zal worden gehoord. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden. J.S. Brandsma de Jong becretarxs. u vte .irH'. - Ho. 11544. DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDER 5 Overwegende, dat bjj besluit van 8 november 1971» no. 15042, het nog geen rechtskracht verkregen hebbende bestemmingspla.n "'t Aldlan" is inge trokken, aangezien de stedebouwkundige inzichten voor het betrokken gebied zijn veranderd; dat het gebied, gelegen tussen de Aldlansdyk, de (in uitvoering zijnde) Drachtsterweg, het Van Harinxmakanaai en de Uirdumervaart was opgenomen in dit bestemmingsplan; dat het in verband met de behoefte aan bouwgrond voor woningen gewenst is voor dit gebied een nieuw stedebouwkundig plan vast te stellen; dat een ontwerp voor dit bestemmingsplan, aan te halen als "Aldlan- l/est"vervat in een plankaart en voorschriften en vergezeld van een toe lichting met ingang van 10 juli 1972 gedurende een maand ter secretarie voor een ieder ter inzage heeft gelegen; dat tegen het ontwerp-plan tijdig bezwaren zijn ingediend door a. de heer lir. A.A.M. van der Meulen, Beemdgras 24, alhier, en b. de heer L. Koopmans, van ilijenrodeweg 228, Amsterdam; dat hij - de Gemeenteraad - onder het overnemen ve.n da motivering, opgenomen in het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 7 september 1972 (bijlage no. 287) van oordeel is dat de bezwaren gegrond behoren te worden verklaard; dat in verband met de gegrondheid van deze bezwaren bij de vaststelling van het bestemmingsplan op enige punten moet worden afgeweken van het ont werp-plan; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 7 september 1972 (bijlage no. 287); gelet op de bet op de Ruimtelijke Ordening en het Besluit op de Ruimte lijke Ordening; BESLUIT I. de bezwaren van de heren Yan der Heulen en Koopmano, voornoemd, gegrond te verklaren; II. vast te stellen het bestemmingsplan "Aldlan-West"zoals dit is vervat in de bij dit besluit behorende: a. kaart met bijbehorende verklaring, waarop de bestemming van de in liet plan begrepen gronden worden aangegeven; b. voorschriften omtrent het gebruik van do in het plan begrepen gronden met de zich daarop bevindende opstallen, welk plan op de volgende punten afwijkt van het ontwerp, dat ter visie heeft gelegen: 1. de bestemming van de oeverstrook langs de Uirdumervaart, voorzover deze strook loopt over het erf van de woning Beemdgras 24, is gewij zigd van "openbaar groen" in "tuin en/of open erf I"; 2. de bestemming van de oeverstrook langs het Yan Harinxmakanaai is ge wijzigd van "openbaar groen" in "water" (waaronder ingevolge artikel 27 van de hierboven sub b. bedoelde voorschriften oeverstroken zijn begrepen)

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1972 | | pagina 38