i
Verordening op de Gemeentelijke Sociale Dienst en de verlening van bijstand
ingevolge de Algemene Bijstandswet.
Bijlage nr. 304 Leeuwarden, 28 september 1972.
Aan de Gemeenteraad.
Per 1 juli 1971 is in werking getreden de wet van 10 september 1970,
Stbl. 447? houdende wijziging van de Algemene Bijstandswet.
Deze wijziging maakt het noodzakelijk, dat de bij de invoering van de Algemene
Bijstandswet per 1 januari 19^5 voor deze gemeente in werking getreden Verorde
ning op de Gemeentelijke Sociale Dienst en de verlening van bijstand eveneens
aangepast dient te worden.
Gezien de niet zozeer naar inhoud doch meer qua opzet nogal ingrijpende wijzi
gingen lijkt het ons overzichtelijker geen besluit tot wijziging van de bestaan
de verordening te nemen, doch deze verordening in te trekken en een nieuwe
vast te stellen.
Hierbij betrekken wij eveneens enkele wijzigingen, ingevoerd bij de wet van 6
augustus 1970s Stbl. 421, die op 30 september 1970 in werking is getreden.
Toelichting op de belangrijkste wijzigingen van de Algemene Bijstandswet.
Artikel 7a»
Door invoering van dit artikel zal ook aan personen, die over méér dan een be
scheiden vermogen beschikken, doch wier vermogen belegd is in een zelfbewoond
huis, zo nodig bijstand kunnen worden verleend en wel in de vorm van een geld
lening onder verband van hypotheek.
Daardoor kan worden voorkomen dat een huis verkocht moet worden; de geldlening
in deze nieuwe vorm en de daarop verschuldigde rente worden pas opvorderbaar
wanneer de belanghebbende en zijn gezin het huis niet meer voor zelfbewoning
gebruiken of wanneer het huis wordt verkocht. Deze vorm van bijstandverlening is
nader uitgewerkt in het "Besluit Krediet-hypotheek".
Artikel 13a.
Bij dit artikel wordt uitdrukkelijk aan de gemeentebesturen opgedragen richt
lijnen vast te stellen, die tot leidraad moeten dienen bij de verlening van
bijstand. Van de vaststelling of wijziging van die richtlijnen moet mededeling
worden gedaan in een of meer dag- of nieuwsbladen, die in de gemeente worden
verspreid, terwijl de tekst van die richtlijnen ter secretarie voor een ieder
ter inzage moet worden gelegd en tegen betaling der kosten algemeen verkrijg
baar moet worden gesteld.
Aangezien deze verplichting reeds expliciet in de Algemene Bijstandswet is
neergelegd, is het naar onze mening niet nodig bepalingen terzake in de nieuwe
verordening op te nemen.
Overigens zijn wij inmiddels reeds tot publicatie overgegaan.
Artikel 19a.
Bit artikel is ingevoegd bij de wet van 6 augustus 1970? Stbl. 421 en bepaalt
dat de Kroon voortaan "centrumgemeenten" kan aanwijzen, die met uitsluiting
van andere gemeenten, bijstand verlenen aan tot een aangewezen groep behorende
en in een aangewezen gebied verblijvende personen. Dit is intussen voor wat de
gemeente Leeuwarden betreft al gebeurd ten aanzien van woonwagenbewonersver
blijvende in - globaal gezegd - het gehele noorden van de provincie friesland.
Be kosten van deze bijstand worden volgens artikel 49 door het Rijk vergoed.
Ook ten aanzien van dit artikel behoeven naar onze mening geen nadere bepalin
gen in de verordening te worden opgenomen.