L
Onteigenen van percelen aan het Hoeksterpad, de Baljeebuurt en de Hieuwe-
kade
Bijlage no. 45. Leeuwarden, 8 februari 1973 -
Aan de gemeenteraad.
Teneinde het plan tot het verbreden en verbeteren van een gedeelte
van de Uoorderweg (gedeelte vanaf de Vijzelstraat tot de Iïoekstersingel
van de Baljeebuurt en van de Nieuwekade, door Uw Raad vastgesteld op
18 oktober 1971? "te kunnen realiseren, dient de gemeente naast een aantal
reeds aangekochte percelen aldaar nog de vrije beschikking te verkrijgen
over een 17-tal percelen en perceelsgedeelten, gelegen aan het Hoeksterpad,
de Baljeebuurt en de Hieuwekade.
Onderhandelingen met de eigenaren van deze percelen hebben totnutoe
generlei resultaat opgeleverd en wij verwachten, dat ook in de toekomst
langs minnelijke weg geen overeenstemming zal kunnen worden bereikt.
Wij zien ons daarom genoodzaakt te bevorderen, dat de bedoelde percelen
en perceelsgedeelten door middel van onteigening ter beschikking van onze
gemeente komen.
Leze onteigening zal dienen te geschieden op grond van titel II A
van de Onteigeningswet. Volgens deze titel kan namelijk een onteigening
voor het aanleggen en verbeteren van wegen plaats vinden uit kracht van
een door Hare Majesteit de Koningin, de Raad van State gehoord, genomen
besluit. Aan Hare Majesteit de Koningin zal derhalve moeten worden
verzocht tot onteigening te willen besluiten.
In verband met het vorenstaande hebben wij een onteigeningsplan
gemaakt, dat wij bij de stukken voor U ter inzage hebben gelegd.
Het advies van de Commissie voor het Grondbedrijf zal eveneens ter
inzage worden gelegd.
V/ij geven U in overweging te besluiten overeenkomstig het hierna
afgedrukte ontwerp.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J.S. Brandsma Burgemeester.
de Jong
Secretaris.