ITo. 16809. DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 20 december 1972 (bijlage nr. 11); BESLUIT betreffende de volgende aanvragen de gevraagde m )dev;erking te verlenen; Volg- Datum aanvraag Schoolbestuur nr. Gevraagde voor ziening Toegepast vel artikel 12 oktober 1972 25 oktober 1972 4 november 1972 Vereniging voor Protes tants Christelijk Basis onderwijs te Leeuwarden, Vereniging voor Protes tants Christelijk Basis onderwijs te Leeuwarden Stichting Katholiek Onderwijs Leeuwarden het inrichten van een handenarbeid lo kaal in de Kon. Wil- helminaschool, Pon- teinstraat 16 het aanschaffen van bui te nz 0uwering t.b.v. do Maria Louiseschool,Trans- vaalstraat 75 het aanschaffen van buitenzonwering t.b.v. de St. Pau- lusscliool, Jan Tooropstraat 1 artikel 72 de Lager-ondervri, wet 1920 artikel 72 La ger-onderwijsv 1920 artikel 72 la ger-onderwijs:," 1920 Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Vaststellen bestemmingsplan voor het buitengebied der gemeente Leeuwarden. Bijlage nr. 12. Leeuwarden, 28 december 1972. Aan de Gemeenteraad. Voor het agrarisch gebied der gemeente gelden momenteel twee bestemmings plannen, t.w. de plannen, respectievelijk vastgesteld als uitbreidingsplan in hoofdzaak voor de gemeente Leeuwarden bij besluit van de Burgemeester van 2 ju li .1942 en als uitbreidingsplan in hoofdzaak voor de gemeente Leeuwarderadeel bij besluit van de gemeenteraad (van Leeuwarderadeel) van JO januari 1941» Dit laatste plan geldt voor het gebied der gemeente dat bij de grenswijziging, in gegaan op 1 januari 1944s van de gemeente Leeuwarderadeel aan Leeuwarden is toegevoegd. Bedoelde plannen zijn sterk verouderd en kunnen derhalve niet meer als basis dienen voor de ruimtelijke ontwikkeling van het buiten de kernen ge legen grondgebied. Tevens dienen deze bestemmingsplannen op grond van de Overgangswet Ruimte lijke Ordening en Volkshuisvesting te worden aangepast aan de bepalingen van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. In verband met het vorenstaande is aan het adviesbureau voor stedebouw Ir. J.J.M. Vegter b.i. en H. Vijn, alhier, opdracht verstrekt een ontwerp te ontwikkelen voor een (nieuw) bestemmingsplan voor het buitengebied dezer gemeen te. Het buitengebied omvat dat deel van de gemeente, dat niet is gelegen binnen de bebouwde kommen van de stad of de dorpen, dan wel is gelegen buiten de gel dende of binnen afzienbare tijd ter visie te leggen bestemmingsplannen voor Stads- of dorpsuitbreidingen. Uit planologisch oogpunt is het van belang het bestaande agrarische karak ter - waar en zolang dit mogelijk is - te handhaven. Het ontwerp-plan heeft derhalve voornamelijk een conserverende werking. Hoewel bepalingen zijn opgenomen ter bescherming van het landschap, staat het ontwerp plan de ontplooiing van de bestaande agrarische bedrijven, tenzij deze zijn ge projecteerd in een niet-agrarische bestemming, niet in de weg. In het plan zijn voldoende waarborgen opgenomen tegen het ontstaan van ongewenste ontwikkelingen en toestanden, zoals o.m. opslagplaatsen voor auto wrakken. Wij noemen in dit verband de gebruiksvoorschriften en de aanlegvergun* ning. Deze vergunning, te verlenen door ons college, is verplicht gesteld voor het uitvoeren van bepaalde werken, geen bouwwerken zijnde, zoals het leggen van kabels, rooien van bomen, in die gebieden waar dit ter bescherming van land schappelijke- of archeologische waarden nodig is. Uiteraard biedt het plan de nodige ruimte voor de toekomstige ontwikkelin gen op het gebied van de verkeers- en recreatievoorzieningen. Het ontwerp onderscheidt verschillende agrarische bestemmingen die zijn onderverdeeld in de kategoriéën A, C en D. Als agragrisch gebied A zijn vanwege de beperkende bepalingen ten opzichte van de agrarische bedrijven (geen gebouwen in welke vorm ook) slechts aangewezen die gebieden die voor verkeersdoeleinden benodigd zijn. Uit deze bestemming kan dus het beloop van de toekomstige wegen met uitzichtshoeken worden afgeleid. Op grond van de in de voorschriften opgenomen wijzigingsbevoegdheid, als bedoeld in artikel 11 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, kan ons college deze agra rische bestemming wijzigen in de bestemming "wegen". De overige agrarische bestemmingen zijn er op gericht een goed functioneren van de agrarische bedrijven mogelijk te maken. Gebied C geeft slechts een be perkte bouwmogelijkheid, die overigens is gebonden aan een vrijstelling van ons ooilege. In bijzondere gevallen kunnen de mogelijkheden worden verruimd met toe passing van de in de voorschriften opgenomen wijzigingsbevoegdheid, als bedoeld m artikel 11 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. In agrarisch gebied D

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1973 | | pagina 87