- 2 - 8. bij niet-nakoming van één der verplichtingen of verboden, bedoeld onder 5j 6 en 7j verbeurt de nalatige e.g. overtreder aan de gemeente Leeuwarden vooi iedere niet-nakoming of overtreding een boete van 50*000,deze boete is verschuldigd door het enkele feit der niet-nakoming, zonder dat enige uitdrukkelijke ingebrekestelling behoeft plaats te vinden; 9* de levering geschiedt op de dag van het verlijden van de akte van overdracht; 10. indien de akte van overdracht door toedoen van de koopster niet notarieel wordt verleden binnen twee maanden, nadat dit raadsbesluit de goedkeuring van Gedeputeerde Staten van Friesland heeft verkregen, is de koopster vanaf de datum, vallende twee maanden na de datum van goedkeuring van dit besluit tot de dag, waarop de akte^wordt verleden, over de koopsom een rente ver schuldigd, berekend naar per jaar; 11. het risico voor en het onderhoud van het gekochte en alle daarvan geheven wordende en nog te heffen lasten en belastingen komen vanaf de levering voor rekening van de koopster; 12. partijen doen afstand van het recht tot het vragen van ontbinding, als be doeld in de artikelen 1302 en 1303 van het Burgerlijk Wetboek; 13* de gemeente Leeuwarden is tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die wegens uitwinning; 14. de te stichten opstallen dienen te worden ontworpen onder supervisie van de architect van de gemeente Leeuwarden; 15* de akte van eigendomsoverdracht zal worden opgemaakt door en verleden voor een door koopster aan te wijzen, te Leeuwarden gevestigde notaris. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Vaststellen van een verordening tot wijziging van de Bouwverordening, (derde wijziging). Bijlage nr. 185Leeuwarden, 14 juni 1973. Aan de Gemeenteraad. Bij Raadsbesluit van 10 augustus 1966 is conform de model-bouwveror dening van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten vastgesteld de uuveror- dening van de gemeente Leeuwarden. Leze verordening is door middel van een wijzigingsverordening (eerste wijziging) bij Raadsbesluit van dezelfde da tum aangepast aan de plaatselijke omstandigheden. Beide verordeningen zijn goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Friesland bij besluit van 24 okto ber 1966 en in werking getreden op 1 december 1966. Sedert de inwerkingtreding heeft U de Bouwverordening één maal gewij zigd, namelijk bij besluit van 22 februari 1971. Boze wijzigingsverordening had ten doel de procedure met betrekking tot het beroep op Uw Raad te ver beteren. Inmiddels heeft de door de V.li.G. ingestelde Adviescommissie voor de unificatie en toepassing van gemeentelijke bom/verordeningen een groot aan tal wijzigingen in de Model-bouwverordening aangebracht en hebben ook andere instellingen wijzigingsvoorstellen ingediend. Bovendien heeft Uw Raad vrij recentelijk een principe-beslissing genomen met betrekking tot Gemeenschap pelijke Antenne-Inrichtingen, die een wijziging van de Bouwverordening nood zakelijk maakt. Om deze redenen achten wij het wenselijk, dat de Bouwveror dening ingrijpend wordt herzien. Hiertoe strekt het onderhavige ontwerp. In het algemeen kan worden gesteld, dat de voorgestelde wijzigingen het gevolg zijn va.n het streven naar kwaliteitsverbetering van de bouw dan wel van in de prdktijk ondervonden moeilijkheden bij de toepassing van de Hodel- bouwverordeningEen van de belangrijkste wijzigingen is die met betrekking tot de bepalingen inzake bijzondere woongebouwen. Leze maken het de gemeente mogelijk onaanvaardbare toestanden op het gebied van de collectieve huisves ting van bejaarden, buitenlandse gastarbeiders, studenten etc. te bestrijden en te voorkomen. Le belangrijkste nieuwe eisen voor bijzondere woongebouwen zijn de volgende. Het aantal mensen dat in een wooneenheid - waaronder moet worden verstaan een tot afzonderlijke bewoning bestemd gedeelte van een bij zonder woongebouw dat geen afzonderlijke keuken en niet meer dan twee kamers bevat - mag worden gehuisvest is sterk beperkt; iedere bewoner moet ten min ste een bepaalde hoeveelheid leefruimte hebben, in een wooneenheid •- hoe groot ook - mogen in elk geval nooit meer dan acht mensen worden onderge bracht, Iedere wooneenheid moet in beginsel omvatten; een kamer, een afzon derlijk toilet, een afzonderlijke bad- of doucheruimte en een aanrecht met gootsteen. Voor de sanitaire ruimten zijn minimum afmetingen gesteld. Aan vluchtwegen bij brand e.d. kunnen strengere eisen worden gesteld. Le genoem de bepalingen maken deel uit van een pakket regelingen, waarvan de andere gedeelten U afzonderlijk zullen worden voorgelegd. Voor een toelichting op de overige wijzigingen zij kortheidshalve ver wezen naar de bijgevoegde Nota van Toelichting op het ontwerp. Betreffende de voorgestelde bepalingen die afwijken van het Model van de V.N.G. merken wij het volgende op. Artikel I. In de kodel-bouwverordeningen zijn in de artikelen 1 en 7 ie bepalingen omtrent seizoenwoonverblijven vervallen, omdat de regeling hiervan is neer gelegd in een model-seizoenwoonverbli jvenverordenin g. Aan een dergelijke ver ordening bestaat in onze gemeente naar onze mening vooralsnog geen behoef te. In verband met mogelijke toekomstige ontwikkelingen verdient handhaving van de betreffende bepalingen aanbeveling.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1973 | | pagina 222