r
Uitbreiden deelplan H-1 Groene Ster (noordzijde Kleine Wielengebied)
Bijlage no. 258. Leeuwarden, 14 september 1973*
Aan de Gemeenteraad.
Uw Raad heeft op 16 augustus 1971 besloten tot de aanleg van parkeer
terreinen en ontsluitingswegen c,a. aan de noordzijde van het recreatie
gebied "De Kleine Wielen" (deelplan II-1en voor de uitvoering van deze
werkzaamheden een krediet ad 5*510.000,beschikbaar te stellen. Nadat
eind 1971 door de Staatssecretaris van Cultuur, Recreatie en Maatschappe
lijk Werk een principiële subsidietoezegging voor regiegedeelte I werd ge
daan tot een bedrag van f 600.000,(wa.arvan 75 °P wordt gesubsidieerd),
mocht begin 1972 met de uitvoering een aanvang worden gemaakt. Vervolgens
werd in oktober 1972 een nieuwe subsidietoezegging in het kader van het
extra werkgelegenheidsprogramma 1972 ontvangen tot een bedrag van
f 3.974.902,waarvan eveneens 75 P wordt gesubsidieerd (regiegedeelte li).
De werkzaamheden hebben, mede dankzij de gunstige weersomstandigheden
een dermate vlot verloop gehad, dat van de voor regiegedeelte II beschikbaar
gestelde gelden een aanzienlijk bedrag zal overblijven. Teneinde deze in
het kader van de aanvullende werkgelegenheid beschikbaar gestelde gelden
toch voor de Groene Ster te besteden, is getracht een zodanige bestemming
te vinden, dat deze enerzijds gekoppeld is aan deelplan ïï-1 en anderzijds
overeenkomt met de doelstelling, waarvoor dit subsidie is verstrekt. In
verband hiermede is door de Heidemij Nederland B.V. bijgevoegd plan opge
steld voor het maken van een beplantingsgordel - overeenkomstig het basis
plan 1969 voor de Groene Ster - op het terrein, gelegen tussen het kampeer
terrein en de rijksxreg.
Dit terrein maakte in eerste conceptie ook deel uit van deelplan H-1
doch is naderhand daar buiten gelaten toen het plan voor uitbreiding van
het kampeerterrein ter sprake kwam, waarvan wij in de aanbiedingsbrieven
bij de begrotingen voor 1971» 1972 en 1973 reeds melding hebben gemaakt.
Door de Staatssecretaris van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk
zijn evenwel overwegende bezwaren gemaakt tegen de plannen voor uitbreiding
van het kampeerterrein op deze plaats. Uitbreiding van het kampeerterrein
ten behoeve van het toeristisch kamperen in noordelijke richting wordt niet
noodzakelijk geacht en zou een aantasting van de dagrecreatieve functie
van het project betekenen. Aantasting van de geplande beplantingsgordel
van 150 meter tussen het kampeerterrein en de rijksweg komt de Staatsse
cretaris in verband met de rust op het kampeerterrein minder gewenst voor.
Indien uitvoering zou worden gegeven aan het voornemen om over te gaan tot
uitbreiding van het kampeerterrein in noordelijke richting, zou hierdoor
het subsidie van reeds uitgevoerde en nog uit te voeren delen van het
project in ernstig gevaar worden gebracht. In verband hiermede zijn wij
van mening, dat niet moet worden overgegaan tot ixitbreiding van het kam
peerterrein in noordelijke richting.
De kosten van het door de Heidemij Nederland B.V. opgestelde plan voor
het aanbrengen van een beplantingsgordel worden geraamd op 261,580,
en kunen worden gedekt uit het van deelplan H-1 (regiegedeelte li) over
blijvende bedrag.
Zoals met alle projecten in het kader van het extra werkgelegenheids
programma zal het werk vóór 1 januari 1974 gereed moeten zijn. De tijdsduur
van de uitvoering, gesteld op 12 weken, maakt dit mogelijk, indien op
korte termijn kan worden begonnen.