- 66 -
22. Werkt de samenstelling van de Raad
voor de Volkshuisvesting het niet op
timaal functioneren van deze raad
in de hand?
nemers. De taak van de Raad voor de
Volkshuisvesting moet worden gezien als
het uitbrengen van adviezen aan Uw Raad
en ons College over de hoofdlijnen van
het gemeentelijke volkshuisvestingsbe
leid. Dit kan uiteraard niet inhouden,
dat van deze Raad over alle bouwplannen
advies wordt gevraagd. Wij zijn evenwel
voornemens met name voor het toekomstig
plan Camminghaburen deze Raad zoveel
mogelijk te laten meedenken in de op
bouw van de nieuwe woonwijken. Voorts
zal de Raad voor de Volkshuisvesting
worden betrokken bij de diverse sane
ringsplannen, voorzover het de volks
huisvestingsaspecten betreft.
Zoals bekend treden de leden van de Raad
af op het tijdstip, waarop de periodieke
aftreding van de leden van de Gemeente
raad plaats heeft. In verband hiermede
zullen v/ij begin 1974 in overleg met de
Raad treden omtrent de wijze van func
tioneren van de Raad en zo nodig wijzi
gingsvoorstellen aan voorleggen.
l'uurha rmoni s a t i e
1. Ondanks dat nu een andere Minister
heeft laten weten in te stommen met
de ingediende voorstellen van harmo
nisatie van 1973, en er geen nadere
gegevens bekend zijn over harmonisa
tie 1974, zijn B. en W. dan niet mot
mij van mening dat juist nu een uit
spraak tegen een eventuele voort
zetting van huurharmonisatie in onze
Gemeente op zijn plaats sou zijn, en
er toe kan bijdragen (gezien ook de
uitspraken van voor de verkiezingen
door regeringspartijen van nu) dat
doze harmonisatie volledig wordt
teniet gedaan.
2. Hoe is door de Minister van Ruimte
lijke Ordening en Volkshuisvesting
gereageerd op hot schrijven van het
College i.z. het waarderingssysteem
in het kader van de huurharmonisatie?
Is het College bereid de over dit
onderwerp gevoerde correspondentie
ter inzage te leggen?
Zoals U bekend is, is de huurharmonisa
tie een zaak die behoort tot het beleid
van de Minister van Volkshuisvesting
en Ruimtelijke Ordening. Wij zijn van
mening, dat de nieuwe richtlijnen van
de Minister dienen te worden afgewacht.
Ter uitvoering van de in de vergadering
van de Raad van 19 februari 1973 aange
nomen motie is het standpunt van de
Commissie van het Woningbedrijf rn.b.t.
de huurharmonisatie ter kennis van de
Minister gebracht.
Men copie van de ter zake verzonden
brief en het van de Minister ontvangen
antwoord wordt voor ter inzage gelegd.