- 12 - Artikel 35 1Het dagelijks bestuur biedt jaarlijks vóór 1 juli de rekening over het afgelopen jaar onder toevoeging van een verslag van het onderzoek naar de deugdelijkheid van de rekening, ingesteld door de overeenkomstig artikel 265 van de gemeentewet aangewezen deskundige(n) en van hetgeen het dagelijks bestuur te zijner verantwoording dienstig acht, met alle bijbehorende bescheiden ter voorlopige vaststelling aan het algemeen bestuur aan. 2. Het algemeen bestuur onderzoekt de rekening en stelt haar voorlopig vast vóór 1 oktober van het jaar, volgend op dat, waarvoor de rekening dient 3. Zij wordt terstond met alle bijbehorende stukken aan gedeputeerde staten ter vaststelling aangeboden. Van de vaststelling doet het dagelijks bestuur mededeling aan de raden van de gemeenten. 4. He vaststelling van de rekening strekt het dagelijks bestuur tot decharge behoudens later in rechte gebleken valsheid in geschrifte of andere onregelmat ighe den 5. In de rekening wordt de door elk van de gemeenten over het desbetref fende jaar werkelijk verschuldigde bijdrage opgenomen. 6. He kosten worden, rekening houdend met bijdragen van het Rijk of van- anderen, over de gemeenten verdeeld naar het inwonertal op 1 januari van het jaar, voorafgaande aan het jaar waarop de kosten betrekking hebben. Artikel 34> vierde lid, tweede volzin, is van overeenkomstige toepassing. 7. Verrekening van het verschil tussen het op grond van artikel 34- vijfde lid, bepaalde en het werkelijk verschuldigde vindt plaats binnen twee maanden na de in het derde lid bedoelde mededeling van de vaststelling van de rekening. Artikel 36. Wanneer aan het algemeen bestuur blijkt, dat de raad van een gemeente niet voldoet aan het bepaalde in artikel 34, zevende lid, van de regeling, verzoekt het algemeen bestuur gedeputeerde staten over te gaan tot toepassing van artikel 240a van de gemeentewet. H00FBSTUK XI. HET ARCHIEF Artikel 37. 1Het dagelijks bestuur is belast met de zorg en het toezicht op de bewaring en het beheer van de archiefbescheiden van het schap en zijn orgaan overeenkomstig een door het algemeen bestuur met inachtneming van artikel 37tweede lid, van de Archiefwet 1962 vast te stellen regeling. 2. He secretaris is belast met de bewaring en het beheer van de archief bescheiden, bedoeld in het vorige lid, overeenkomstig de door het algemeen bestuur vast te stellen regel.en. - 13 - HOOFDSTUK XII. GESCHILLEN Artikel 38. Voordat ten aanzien van een geschil, aangaande de uitvoering of toepassing van de regeling gerezen, de beslissing van de Kroon wordt ingeroepen, wordt de zaak voorgelegd aan gedeputeerde staten, teneinde dit college in de gelegenheid te stellen partijen tot overeenstemming te brengen. H00FBSTUK XIII. TOETREBING, UITTREBIHG, WIJZIGING, OPHEFFING Artikel 39» 1Toetreding door een andere gemeente kan plaatsvinden wanneer het algemeen bestuur daarin bewilligt bij met ten minste tweederde der uitgebrachte stemmen vastgesteld besluit. In dat besluit kan de toetreding afhankelijk worden gesteld van de voldoening aan bepaalde voorwaarden door de betrokken gemeente. 2. Be toetreding gaat in op de eerste dag van de maand, volgend op die waarin de in artikel 8 van de Wet gemeenschappelijke regelingen bedoelde bekendmaking in de Nederlandse Staatscourant heeft plaatsgevonden, tenzij het besluit tot toetreding een andere datum aangeeft. Artikel 40. 1. Uittreding door een gemeente kan plaats vinden door toezending aan het algemeen bestuur van een daartoe strekkend besluit van de bestuurs organen van die gemeente, doch slechts wanneer het algemeen bestuur daarin bewilligt bij een met tenminste tweederde der uitgebrachte stemmen vastgesteld besluit. 2. Be bewilliging bedoeld in het vorige lid wordt niet geweigerd indien de uittreding gepaard gaat met deelneming van de betrokkengemeente aan een gewest dat mede ten doel heeft het maatschappelijk ifelzijn van de woonwagenbewoners in zijn geheel te behartigen. Be bewilliging, bedoeld in het vorige lid, wordt voorts niet geweigerd indien de uittreding noodzakelijk is ter bevordering van het maat schappelijk welzijn van woonwagenbewoners in die gemeente, mits daartoe gedane onderzoekingen zulks uitwijzen. 3. Be uittreding gaat in op de eerste dag van de maand volgend op die waarin de in artikel 8 van de Wet gemeenschappelijke regelingen bedoelde bekendmaking in de Nederlandse Staatscourant heeft plaats gevonden, tenzij het besluit tot uittreding een andere datum aangeeft. Artikel 41 1Zowel het dagelijks bestuur van het schap als de raad van een gemeente kan voorstellen doen tot wijziging van de regeling. 2. Een wijziging is tot stand gekomen, wanneer de bestuursorganen van ten minste de helft van de gemeenten zich daarvóór hebben verklaard. 3. Be wijziging treedt in werking op de eerste dag van de maand volgend op die, waarin de in artikel 8 van de Wet gemeenschappelijke regelingen bedoelde bekendmaking in de Nederlandse Staatscourant heeft plaats gevonden, tenzij het besluit tot wijziging een andere datum aangeeft. i7»sr

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1973 | | pagina 426