Herziening jaarwedde wethouders. Bijlage no. 152. Leeuwarden, 2 mei 1974» Aan de Gemeenteraad. In opdracht van het Interprovinciaal Overleg inzake personeelsaangelegenheden heeft de betreffende interprovinciale adviescommissie voorstellen opgesteld tot herziening onder meer van de bezoldiging der wethouders. Tevens heeft de Com missie positie wethouders van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten een rapport opgesteld aan de hand van het ingestelde onderzoek naar de bestuurlijke en rechts positionele positie van de wethouders. Voorstellen en rapport zijn in liet Kabinet aan de orde geweest. Het Kabinet is van oordeel dat de wethoudersfunctie in de laatste jaren in omvang en zwaarte is toegenomen, in het bijzonder in die gemeenten, waar deze functie als neven functie wordt vervuld. Daarom moet, aldus de Minister van Binnenlandse Zaken aan ie Gedeputeerde Statoi der provinciën, ondanks de omstandigheden van dit ogen blik, een begin worden gemaakt met de herziening van de materiële positie van de wethouders, ook al omdat voor de candidaten voor het wethouderschap financiële overwegingen geen belemmering moeten opwerpen voor het aanvaarden van het wet houderschap. let Kabinet heeft thans bij de gemeenten van JO.OOO inwoners de grens gelegd voor het al of niet hebben van een volledige dagtaak aan het wethouderschap. Ie wethouderswedden bij een volledige dagtaak worden gekoppeld aan bij de over heid gehanteerde salarisschalen. In dit systeem zullen de wethouders in gemeenten van 80.000 - 100.000 inwoners worden gesalarieerd volgens regel 74 van de rijlcsinpassingstabel, d.w.z. op een salaris van 4=786,— per maand (per 1 april 1974) Besloten is de jaarweddeverhoging gefaseerd te doen geschieden en wel over een periode van 4 jaar, waarbij de eerste fase kan ingaan op 1 januari 1973- In concreto betekent de voorgestelde verhoging van de wethoudersjaarwedden voor de wethouders dezer gemeentes nieuwe wedde per 010173 s 95 i° van 12 x 4322 (regel 74) f 49271,— per 010873 s 95 <fo van 12 x 4516 f 51483,— per 010174 97 b/o van 12 x 4647 - f 54092,— per 010474 97 van 12 x f 4786 f 55710,— per 010175 s 93 fo van 12 x 4786 f 56858,— per 010176 3 100 i'o van 12 x 4786 f 57432,— Het bedrag per 1 januari 1974 moet worden verhoogd met 360,ingevolge de Machtigingswet inkomensvorming en bescherming werkgelegenheid 1974 en het bedrag per 1 april 1974 moet worden verhoogd met 540, eveneens ingevolge die wet. De bedragen per 1 januari 1975 en 1 januari 1976 zullen uiteraard te zijner tijd nog worden aangepast aan eventueel dan te treffen algemene salaris maatregelen voor het overheidspersoneel. Gedeputeerde Staten van Friesland hebben verzocht vóór 1 juni 1974 Uw oordeel te mogen vernemen omtrent het door hen overgelegde ontwerp-besluit tot wijziging ran do "Jaarwedderegeling wethouders Friesland 1971"> Ik moge U, mede onder verwijzing naar de ter inzage gelogde stukken, in overweging geven te verenigen met oedoej.d ontwerp-be sluit. De Burgemeester van Leeuwarden, J.S. Brandsma.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1974 | | pagina 136