- 22 -
c. een inrichting, als bedoeld in artikel 52, die is gevestigd in een gebouw
waarvoor in verband met het gebruik een vergunning op grond van de Verorde
ning op verblijfsgebouwen vereist is.
4. De houder van de toestemming is verplicht alle op de inrichting betrekking
hebbende bescheiden, krachtens deze verordening vereist of afgegeven, uit
treksels of bewijzen daarvan, in de inrichting aanwezig te hebben en op
eerste aanvraag van de in de artikelen 84 en 85 genoemde ambtenaren ter
inzage over te leggen.
ARTIKEL 59 Over te leggen bescheiden
1De kennisgeving, als bedoeld in de artikelen 46 tot en met 55 en 55 moet
schriftelijk geschieden onder gelijktijdige overlegging van de tekeningen en
overige bescheiden, die voor de beoordeling van de kennisgeving nodig zijn.
2. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere regelen te stellen omtrent
de inhoud, de inrichting, de uitvoering, de vorm, het aantal en de wijze van
indiening van de in het vorige lid bedoelde kennisgeving, tekeningen en
overige bescheiden.
ARTIKEL 60 Ongenoegzaamheid van de ingediende bescheiden
1. Indien de hiervorenbedoelde kennisgeving, tekeningen en overige bescheiden
niet voldoen aan de nadere regelen, als bedoeld in het tweede lid van artikel
59? wordt degene, die de kennisgeving heeft gedaan in de gelegenheid ge
steld binnen twee weken deze aan te vullen of te verbeteren.
2. Indien degene, die de kennisgeving heeft gedaan van de in het voorgaande
lidbedoelde gelegenheid geen gebruik maakt, kunnen burgemeester en wet
houders de kennisgeving buiten behandeling stellen. Van hun desbetreffend
besluit doen burgemeester en wethouders schriftelijk mededeling aan degene,
die de kennisgeving heeft gedaan onder terugzending van de ingediende be
scheiden.
ARTIKEL 61 Houden van bijeenkomsten e.d.
1Het is de rechthebbende op een inrichting verboden zonder vergunning van
burgemeester en wethouders in die inrichting een bijeenkomst, voorstelling,
tentoonstelling, veiling, beurs, demonstratie, sportwedstrijd of vermakelijk
heid te houden of te doen houden, waarbij meer dan vijftig personen tegelijk
aanwezig kunnen zijn.
2. Het in het voorgaande lid genoemde verbod geldt niet voor het houden of
doen houden van een bijeenkomst, voorstelling, tentoonstelling, veiling,
beurs, demonstratie, sportwedstrijd of vermakelijkheid in een inrichting
die daarvoor blijkens een verklaring, als bedoeld in artikel 54 eerste
lid, aanhef en onder a, en artikel 55? vijfde lid, aanhef en onder a, in
gebruik mag worden genomen en gehouden, dan wel blijkens een verklaring
als bedoeld in artikel 71, derde lid, aanhef en onder a, in gebruik mag
worden gehouden.
- 25 -
ARTIKEL 62 Opvolgen van aanwijzingen
Een ieder die zich bevindt in een inrichting, waarin een bijeenkomst, voor
stelling, tentoonstelling, veiling, beurs, demonstratie, sportwedstrijd of
vermakelijkheid wordt gehouden is verplicht zich te gedragen naar de aanwijzin
gen, door een ambtenaar van de brandweer in verband met dreigend gevaar
voor het ontstaan van brand gegeven, tot het voorkomen van brand en het
beperken van de gevolgen van brand.
ARTIKEL 63 Marktkramen
1. De rechthebbende op een marktkraam, welke is geplaatst op een terrein waarop
of in een gebouw waarin regelmatig markt wordt gehouden, is verplicht te vol
doen aan de eisen, welke burgemeester en wethouders stellen tot het voorkomen
van brand en het beperken van de gevolgen van brand.
2. Bij de toepassing van het voorgaande lid nemen burgemeester en wethouders
de richtlijnen in acht, die in de bij dit hoofdstuk behorende tabel 9 met
betrekking tot de daarin vermelde punten als te stellen eisen zijn aangegeven.
ARTIKEL 64 Aanschrijving m.b.t. voor het publiek toegankelijke inrichtingen
De rechthebbende op een inrichting die voor het publiek toegankelijk pleegt
te zijn is verplicht - na een van burgemeester en wethouders ontvangen aan
getekende brief - te voldoen aan de eisen die burgemeester en wethouders in
die brief stellen tot het voorkomen van brand en het beperken van de ge
volgen van brand. Artikel 54, lid 2, is van overeenkomstige toepassing.
ARTIKEL 65 Samenwoning
1. De eigenaar van een inrichting, waarin drie of meer gezinnen anders dan
in een voor elk geheel afgescheiden gedeelte zijn gehuisvest, is verplicht -
na een van burgemeester en wethouders ontvangen aangetekende brief - te vol
doen aan de eisen, welke burgemeester en wethouders in die brief stellen tot
het voorkomen van brand en het beperken van de gevolgen van brand.
2. Onder gezin, als bedoeld in het eerste lid, wordt verstaan een persoon, of
een groep van personen, die een afzonderlijke huishouding voert.
ARTIKEL 66 Dierenverblijven
1. De rechthebbende op een inrichting, waarin dieren zijn ondergebracht is ver
plicht - na een van burgemeester en wethouders ontvangen aangetekende brief -
te voldoen aan de eisen, welke burgemeester en wethouders in die brief stellen
tot het voorkomen van brand en het beperken van de gevolgen van brand.
2. liet bepaalde in het voorgaande lid is niet van toepassing voor zover het
betreft het als bedrijf ten verkoop of mede ten verkoop voorradig hebben of
in bewaring nemen van honden en katten.
mm*