-2- Wij merken hierbij voorts nog op, dat de Minister van Verkeer en Water staat, die in de kosten verbonden aan het opstellen van het verkeers- en ver voersplan een bijdrage heeft verleend, daarbij onder meer als voorwaarde heeft gesteld, dat bij het onderzoek regelmatig overleg zou te worden gepleegd met .het hoofd van de afdeling Wegen en Verkeer van de direktie Algemene Dienst van de Rrjkswaterstaat en het hoofd van de afdeling Ontwikkeling Onenbaar Vervoer van het directoraat-generaal van het Verkeer; daarbij diende zoveel mogelijk met de van deze zijdaigegeven aanwijzigingen of wensen rekening te worden gehouden. Een en ander, alsmede de omstandigheid, dat subsidiëring van verkeérs- voorzieningen in en om steden slechts mogelijk is, indien aan deze voorziening; een op deskundig onderzoek berustend verkeers- en vervoersplan ten grondslag ligt - dit ter beoordeling van de Minister - hebben er toe geleid, dat het onderzoekprogramma steeds is aangepast aan de van rijkszijde gegeven aanwijzin gen. Aangezien de ministeriële bijdrage niet in verhouding staat tot de stij ging van de kosten van het onderzoek, hebben wij onder verwijzing naar de hierboven vermelde omstandigheden bij het Ministerie van Verkeer en Water staat een verzoek om een aanvullende bijdrage ingediend. Verder zijn wij van mening, dat het gereedkomen van het verkeers- en ver voersplan ook als een provinciaal belang moet worden beschouwd, aangezien het te onderzoeken gebied - de regio Leeuwarden-een niet te verwaarlozen deel van de provincie omvat. Om deze reden hebben wij bovendien bij de provincie een verzoek ingediend om een bijdrage in de kosten van dit onderzoek. Afschriften van de brieven die op deze verzoeken betrekking hebben zijn voor IJ ter inzage gelegd. Aangezien het voor dit onderzoek benodigde krediet bij de eindwijzigingen van de begroting van 1971 en 1972 reeds is aangevuld tot 350.380, zal nog een aanvullend krediet van 790.000,-- - 350.380,-- 439*620,— moeten worden verstrekt. De indertijd geraamde rijkssubsidie ten bedrage van 45*000,--, bij eindwijziging 1972 aangevuld tot 54*000,is door de minister verhoogd tot 67.5OO,--. Er kan derhalve een hoger subsidie worden geraamd va.n 67.5OO,— - 54*000,— 13.500, Daar op dit moment nog geen rekening kan worden gehouden met verdere subsidiëring van rijk of provincie, moet het ten laste van de gemeente blij vende deel van het aanvallende krediet voorshands geraamd worden op 439- 620,- - 13*500,— 426.120, Dit bedrag kan, zoals ook met het oorspronkelijk krediet heeft plaats gevonden, gedekt worden door middel van een bijdrage uit de Reserve voor Openbare Werken. Onder de mededeling, dat de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening hier over zal worden gehoord, stellen wij U voor te besluiten zoals in ontwerp hierna is afgedrukt. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J. Tiekstra ,tBurgemeester de Jong Secretaris. 9371 DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden van juli 1974 (bijlage no. 225) BESLUITs voor de werkzaamheden ten behoeve van de opstelling van het verkeers- en vervoersplan een aanvullend krediet groot 439.620,-- beschikbaar te stellen; het ten laste van de gemeente blijvende deel van het aanvullende krediet, groot 426.120,--, te brengen ten laste van de Reserve Openbare Werken. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1974 | | pagina 324