2-
Artikel 23
De hoofddirecteur is behoudens het bepaalde in artikel 6, belast met en
verantwoordelijk tegenover Burgemeester en h'ethouders voor - de doelmatige orga
nisatie van de dienst en de administratie, de voorlichting, de interne dienst en
de huisvesting»
Artikel 24
1o De aan de gemeente toebehorende, voor exploitatie bestemde, gronden, welke
daartoe bij een besluit van de Gemeenteraad zijn aangewezen, worden afzonderlijk
beheerd in de Dienst Stadsontwikkeling»
2. Ook andere, daartoe bij besluit van de Gemeenteraad aangewezen onroerende
goederen kunnen in de Dienst Stadsontwikkeling worden beheerd»
Artikel 25
1De inbreng van de na het in werking treden dezer verordening in eigendom
te verkrijgen gronden of van andere onroerende goederen geschiedt in de regel onmid
dellijk na het passeren van de akte van overdracht.
2. Tegelijk met het besluit van de Gemeenteraad, waarbij tot inbreng wordt be
sloten, wordt het bedrag vastgesteld, waartegen de inbreng geschiedt.
3» Indien de inbreng plaats vindt binnen zes maanden na het in het eerste lid
van dit artikel genoemde tijdstip, geschiedt deze voor de kosten van eigendomsver-
krijging, tenzij de Gemeenteraad in enig geval anders besluit»
4. Heeft de inbreng niet binnen de in het voorgaande lid genoemde termijn
plaats, dan wordt het bedrag van de inbreng door de Gemeenteraad vastgestel:1 -
Artikel 26.
1. De in de Dienst Stadsontwikkeling gebrachte'gronden werden gesplitst in
drie groepen te weten: bouwterreinen, cultuurgronden en uitgegeven terreinen.
De in artikel 24, lid 2, bedoelde onroerende goederen worden eveneens als afzonder
lijke groep geadministreerd»
2» De groepen worden, al nae.r gelang van gesteldheid, bestemming of anders
zins, gesplitst in complexen:,
3» Onder complex wordt ir. het a?_ ge woon verst-an een oppervlakte terrein- welke
voor de grondexploitatie in het uitbreidingsplan een rationeel geheel vormt-,
4. Zodra een aanvang wordt gemaakt met het voer bouwterrein in gereedheid
brengen van een complex of van een gedeelte hiervan, wordt dit van de groep cultuur
gronden overgebracht naar de groep bouwterreinen»
5» De in artikel 32 bedoelde gronden worden onmiddellijk nadat uitgifte heeft
plaats gehad, overgebracht naar de groep uitgegeven terreinen»
6. De administratie zal zodanig worden ingericht, dat daaruit steeds een
volledig overzicht van de bezittingen en schulden van de Dienst Stadsontwikkeling
en een gedetailleerd exploitatie-overzicht kunnen worden samengesteld, waaruit de
uitkomsten van elke groep en van elk complex afzonderlijk blijken»
Artikel 2^
1. Een nadelig exploitatiesaldo van de groep bouwterreinen wordt jaarlijKS
aan de boekwaarde hiervan toegevoegd»
2. Een batig exploitatiesaldo van de groep cultuurgronden en van de groep
uitgegeven terreinen wordt aan de gemeente uitgekeerd, een nadelig exploitatie
saldo wordt door de gemeente uit de gewone middelen aan de Dienst Stadsontwikkeling
vergoed.
3» Het bepaalde in het vorige lid is eveneens van toepassing op het exploita
tiesaldo van de onroerende goederen, bedoeld in artikel 24, lid 2, dezer verorde
ning.
-3-
Artikel 28.
1» De boekwaarde van de groep bouwterreinen wordt gevormd door het bedrag,
waarvoor deze gronden zijn ingebracht of van de groep cultuurgronden zijn over
geboekt, vermeerderd met de ten laste van deze terreinen komende kosten van het
in gereedheid brengen tot bouwterrein en niet de nadelige exploitatiesaldi.
2. De boekwaarde van de groep cultuurgronden wordt gevormd door het bedrag
waarvoor deze gronden zijn ingebracht, vermeerderd met de sinds het tijdsstip
van inbreng ten laste van deze gronden gebrachte kosten van verbetering en aanleg»
3» De boekwaarde van de groep uitgegeven terreinen wordt gevormd door de
waarden, waarop de erfpachtscanon of de gebruiksvergoeding is gebaseerd,,
Artikel 29»
1» De voor de aanleg van straten en wegen, met inbegrip van plantsoenen,
parken, speel- en sportterei.nen, bestemde gronden, worden, behoudens het bepaalde in
het volgende lid, zonder verrekening met de gemeente uit de Dienst Stadsontwikke
ling genomen»
2. Indien straten, wegen, plantsoenen, parken, speel- en sporttereinen niet
worden aangelegd ten behoeve van het grondcomplex, waarin zij komen te liggen,
doch voor de behartiging van een algemeen plaatselijk belang, worden de daarvoor
bestemde gronden uit de Dienst Stadsontwikkeling genomen tegen vergoeding door de
gemeente van de boekwaarde.
3» Indien grond.en door de gemeente benodigd zijn voor andere doeleinden dan
in dit artikel genoemd, worden deze gronden uit de Dienst Stadsontwikkeling geno
men tegen een door de gemeenteraad vast te stellen waarde.
Deze handeling wordt beschouwd als een verkoop in de zin dezer verordening.
Artikel 30»
A. 1» Indien bij het in exploitatie brengen van een complex gronden, behorende tot
de groep bouwterreinen, bedoeld in artikel 26, blijkt, dat de baten de
lasten van dit complex overtreffen wordt het verschil beschouwd als winst»
2. De winst wordt aan de algemene dienst der gemeente uitgekeerd, tenzij de
gemeenteraad besluit deze winst bij de Dienst Stadsontwikkeling aan to --jen
den voor de dekking van voorzienbare tekorten, voortvloeiende uit de ex
ploitatie van andere complexen, behorende tot de groep bouwterreinen.
3» Indien bij het in exploitatie brengen van een complex gronden, behorende
tot de groep bouwterreinen, bedoeld in artikel 26, blijkt, dat de lasten
de baten van dit complex overtreffen, wordt het verschil door de algemene
dienst der gemeente aan de Dienst Stadsontwikkeling uitgekeerd.
B. 1. Indien bij verkoop van in erfpacht uitgegeven terreinen deze meer opbren
gen dan de boekwaarden, wordt het verschil beschouwd als winst en aan de
algemene dienst der gemeente uitgekeerd.
2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op de meerwaarde bij uit
gifte, als bedoeld in artikel 32, derde lid, die bij de verkoop van in erf
pacht uitgegeven terreinen wordt gerealiseerd.
3. Indien bij verkoop van in erfpacht uitgegeven terreinen deze minder op
brengen dan de boekwaarde, wordt het verschil door de algemene dienst der
gemeente aan de Dienst Stadsontwikkeling uitgekeerd, voorzover dekking niet
mogelijk is uit de voor deze terreinen geboekte meerwaarde bij uitgifte,
als bedoeld in artikel 32, derde lid.
C. Bij verkoop van andere dan de onder A. en B. bedoelde onroerende goederen wordt
het verschil tussen de boekwaarde en de opbrengst met de algemene dienst der ge
meente verrekend.
Artikel 31.
1. Voor ieder complex, behorende tot de groep bouwterreinen, wordt een raming
gemaakt van de kosten, die ten laste van het complex komen en van de opbrengsten,
die uit het complex voortvloeien»