m Verhoging van het huurbedrag voor de van de Nederlands Hervormde Kerk te Lekkum gehuurde lokaliteit en vaststelling van de vergoeding voor het gebruik van de zaal van het dorpshuis te Lekkum; een en ander ten behoeve van de Bijzonder Neutrale Kleuterschool te Lekkum. Bijlage no. 266. Leeuwarden, 5 september 1974» Aan de gemeenteraad. Be bijzonder neutrale kleuterschool van de Stichting Kleuterschool Lekkum te Lekkum dateert van voor de inwerkingtreding van de Kleuteronderwijs wet (1 januari 195^) en is vanaf de oprichting tot heden gehuisvest in een lokaliteit, die van de Nederlands Hervormde Kerk aldaar wordt gehuurd. Onder aftrek van het door de Minister vast te stellen bedrag ter zake van de kosteft van instandhouding wordt ingevolge het bepaalde in artikel 127 van de Kleuteronderwijswet door de gemeente jaarlijks de huursom voor deze lokaliteit aan het schoolbestuur vergoed. Ingevolge het bepaalde in artikel 128 van deze wet ontvangt de gemeente deze vergoeding volledig van het Rijk terug. Met zijn brief van 11 juli 1973 heeft het schoolbestuur medegedeeld, dat de Kerkvoogdij van de Nederlands Hervormde Kerk te Lekkum voornemens is het huurbedrag voor bedoelde lokaliteit, dat laatstelijk per 1 januari 1968 werd verhoogd tot 800, met ingang van 1 juli 1973 "te verhogen tot 1.100,en met ingang van 1 januari 1974 tot 1.820,Het school bestuur verzoekt dan ook de vergoeding ingevolge artikel 127 van de Kleuteronderwijswet in overeenstemming te brengen met de thans gevraagde bedragen. Be door de Kerkvoogdij vastgestelde huren zijn gebaseerd op het taxatierapport van de heer A. Breeuwsma, taxateur te Oldeboorn. Een copie van dit rapport ligt voor U ter inzage. Be verhoging van de huur tot 1.100, achten wij, gezien de in de jaren 1968 t/m 1972 opgetreden lcostenstijgingen, zonder meer acceptabel. Uit het door de directeur van het Grondbedrijf uitgebrachte advies blijkt, dat de verhoging van de huur tot 1.820,alleen dan aanvaardbaar is, indien de in het huurcontract voorkomende beperkende bepaling ten aanzien van het gebruik teniet worden gedaan en het lokaal in verband met de brandveiligheid wordt voorzien van een rechtstreekse achter uitgang. Uit een telefonische mededeling van de secretaris van het schoolbestuur is ons gebleken, dat de Kerkvoogdij bereid is de beperkende bepaling in het te zijnertijd op te maken nieuwe huurcontract achterwege te laten. Een afschrift van het nieuwe huurcontract zal zodra mogelijk door het school bestuur aan ons worden overgelegd. Baar de lokaliteit beschikt over een voldoend aantal grote openslaande ramen, die in geval van brand zonder enig bezwaar als vluchtweg kunnen dienon voor de kleuters, is de Kerkvoogdij, in verband met de daaraan verbonden hoge kosten, niet bereid in het lokaal een rechtstreekse achteruitgang aan te brengen. Het vorenstaande in aanmerking nemende, zijn wij van oordeel, dat tegen het achterwege blijven van deze voorziening geen al te grote bezwaren behoeven te bestaan. Met zijn brief van 25 maart 1974, kenmerk KB0/p/2487218 heeft de Minister van Onderwijs en Wetenschappen medegedeeld, bereid te zijn de door de Kerkvoogdij gevraagde huursom van 1.100,met ingang van 1 juli 1973 en van 1.820,met ingang van 1 januari 1974 voor rijlcsvergoeding krachtens artikel 128 van de Kleuteronderwijswet in aanmerking te nemen. Naar onze mening bestaat er dan ook alle aanleiding aan het verzoek van het schoolbestuur tegemoet te komen. In de genoemde bedragen zijn de kosten van instandhouding begrepen, zodat hierop nog de jaarlijks door de Minister vast te stellen korting moet worden toegepast.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1974 | | pagina 162